Je om kwart voor een 's nachts ineens realiseren dat de biobak nog buiten staat. Ginder, op het pleintje.
Wat te doen? Naar buiten gaan en de kans lopen overvallen, verkracht en vermoord te worden, of in het minst erge erge geval moe en wel uit te glijden en in de sloot te vallen? Of het ding laten voor wat ie is, met het risico dat ie wordt gejat, of als buitenwc gebruikt?
En dan dus toch gaan, hè. Om halftwee 's nachts.
Eigenlijk vooral omdat er in de auto nog een tas-met-trui lag. En mijn auto zo lek is als een mandje. En ik morgenvroeg naar de garage moet en dan niet met die tas terug wil.
Maar ik leef nog.
Want, eerlijk is eerlijk: ik woon in een heel lief gezapig wijkje. Niks horror en bruut geweld.
Hoewel ik natuurlijk, uitgerekend nu, de enige echte creep van de buurt moest tegenkomen. Kippenvel, hart in mijn keel toen hij me een duistere blik toewierp. Z'n creepiness alleen maar extra bevestigd door het feit dat ie om half twee over straat liep.
Wie doet dat dan ook...