Drift
Onderwerp: De oester en het zandkorreltje
Op een dag was hij het zat. Het voortdurende gekift, de irritatie, de halfslachtige pogingen hem weg te duwen, hem te omgeven met een muur van valse schoonheid.
Hij rolde, wentelde en wrikte; wurmde zich uiteindelijk los uit het beknellende parelmoeren omhulsel, de ander verbaasd achterlatend met het nu zo broze bewijs van hun dubieuze verhouding.