Feestje (1)
'Feestje' - zelden een woord meegemaakt dat zo tegengesteld was aan zichzelf.
Waarmee je overigens bij de kwestie komt dat iets nooit tegengesteld kan zijn aan zichzelf.
Want mèt dat het tegengesteld is aan zichzelf, is het zichzelf, en daardoor weer tegengesteld, enzovoort. Het is, als je achtervolgd voelen door je eigen schaduw, je om te draaien om hem te grijpen, en met het draaien de schaduw weer achter je te weten.
('Pfff.. en dat op de vroege ochtend..'. Och, Wees blij, u kunt mij nog wegklikken. Toen ik klein was klom ik om halfzes in de ochtend bij mijn ouders in bed, stortte op slaapdronken toon filsofieën over God en de mensen en de beesten over hen uit en viel weer in slaap. Onnodig te zeggen dat het voor mijn ouders een weinig ontspannen manier was om de dag te beginnen.)