Prioriteiten
'Ben jij geïnteresseerd in een aardappelplant?'
Wat bedoel je daarmee?
'Ik heb een zoete aardappel, met blaadjes.'
Hij bekeek de knol, draaide hem rond en rond in zijn handen.
De overpeinzing begon, mompelend; meer tegen zichzelf en de aardappel dan tegen mij.
Het zijn snoezige blaadjes! Heeft hij al wortels?
Hij moet in een heel klein laagje aarde, want hier beneden heeft hij ook een blaadje..
Hm. Ik zal eens kijken wat ik kan doen.
Dan:
Is dit de enige met blaadjes?
'Dit is de enige die ik hèb.'
Ik vraag me af of ik hem eerst een poosje met zijn onderlijf in het water moet stoppen. Wat denk jij?
'Eeeh.. Ik weet het niet. Het is opeten of begraven.'
Begraven!, kwam het zonder enige aarzeling
Er wordt niet naar mijn, toch ontzettend fascinerende, wasmachineverhalen geluisterd en nu wordt me ook nog mijn avondmaal ontzegd.
Het is bitter gesteld in dit huis.