Terug naar huis « Verdienste   » Ter informatie

maandag 16 juli 2007 - 23:03
Dissociatief

Een mens lijdt het meest door het lijden dat hij vreest, mailde iemand me onlangs.
Maar soms blijkt het lijden in de vrees nog geen fractie van het werkelijke lijden.

Ik weet niet wat er precies gebeurde. Ik werd wakker, rond halftwee ’s nachts. Ik werd wakker, ik wist met enige zekerheid dat ik wakker was maar durfde er bij nader inzien toch niet mijn hand voor in het vuur te steken.
Was ik wakker? Had ik net gedroomd, of was ik toen ook al wakker?
Ik ging naar de wc, gaf een forse krab over mijn been. Au. Ja, ik was wakker. En als ik het nu niet geloofde zou ik in elk geval de volgende ochtend een kras als bewijs hebben.
Maar ik was er nog steeds niet. Ik leek niet in de wereld te staan.

Beetje door huis wandelen. Computer aan. Mailtje schrijven. Nog een mailtje schrijven. Verzoek aan Gemailde Eén, voor de zekerheid ook aan Gemailde Twee. Kan je morgenochtend even ‘Hallo’ zeggen? Dat ik zeker weet dat ik er nog ben, dat dit allemaal echt was?
Ik heb het gevoel dat ik er niet ben. Dat ik helemaal weg ben. Ik weet dat ik er ben want ik schrijf, maar alles lijkt wèg. Fysiek, geestelijk. Heel eng, heel naar.

Plotseling déjà-vu. Ik had dit eerder gehad. Als kind. Als kind, na mijn ergste nachtmerries. Als ik het als kind had gehad had ik het toen ook overleefd, rustig maar.

Maar het werd niet beter, het werd almaar erger.
Toch maar mijn moeder wakker maken. ‘Ik ben er niet, ik ben weg, kan je alsjeblieft wakker worden, kan je helpen?’

Een uur paniek die geen paniek wou worden.
Dit was geen angst zoals ik hem kende. Niet misselijk, geen buikpijn, niet duizelig. Geen hartkloppingen, geen hyperventilatie. Geen secundaire symptoomangst die afleidde, geen ‘ik ben zo bang dat ik ga overgeven, zo bang dat ik flauwval, een hartaanval krijg, stik’. Alleen de angst mezelf kwijt te raken, en die angst leek tot nu toe vrij reëel.

Paniek om de paniek te bestrijden: heen en weer huppen, nerveus ijsberen, schreeuwen en discussiëren - het had al die jaren van paniekaanvallen gewerkt, maar nu niet.
Ik kon niet tot mezelf doordringen, kon mijn angst niet voelen, niet zien. Niet bestrijden. Ik was er niet.

‘Mama, doe nou iets, haal me terug, ik ben weg, ik ben er niet meer. Help me nou, maak me heel!’
Meer déjà-vu. Dat riep ik toen ook.
Maar ze kon toen niets doen en nu ook niet.

De laatste weken had ik het met mijn psych vaak gehad over het gevoel onecht te zijn. Mijn angst niet werkelijk te bestaan; alleen opgetrokken te zijn uit sluiers. Een sociopaat te zijn, zonder moraal. Al mijn moraal was bedoeld om de schijn op te houden. Om te pleasen, want wie aardig en normaal wordt gevonden krijgt meer gedaan. Heeft macht. Maar diep vanbinnen liet alles me onverschillig; dat ik bang was onecht te zijn was in feite ook onecht, want volgens de gevraagde moraal zou ik het immers erg moeten vinden onecht te zijn?

Onecht zijn - maar dat ging over doen-alsof. Je anders voordoen dan je was.
Wat er nu gebeurde was iets totaal anders Dit was de hel. Dit was een totaal afgesneden zijn, van mezelf en van de realiteit. Een levende nachtmerrie, letterlijk.

Mijn moeder en ik wisten geen van beiden wat we moesten doen. De doktersdienst bellen? Die zouden langskomen en me vol Valium gooien, dan zou ik nog verder kwijtraken, dat wilde ik niet.

Na een uur zakte het, enigszins. Genoeg om terug naar bed te gaan, te dromen van kindslaven die uitgehongerd werden en door soldaten gevoed werden met een mede-slaaf. Weerzinwekkend, maar ik omhelsde het. Zo kende ik mijn nachtmerries weer.

Vanochtend mailde ik de psych wat er was gebeurd.
Was ik nu officieel aan het doordraaien? Was het een bijwerking van mijn medicijnen, was het iets neurologisch? Of was al dat giswerk feitelijk hypochondrie, was het niets anders geweest dan een heel agressief soort ‘met het verkeerde been uit bed stappen’?

Hij schreef terug. ‘Ja, dat is een forse dissociatie’.

Juist. Het beestje heeft een naam.
Moge het beestje zijn naam oppakken en wandelen. Naar verre oorden, weg van mij.
Het was beslist erg leerzaam, dit kijkje in mijn kinderjaren, maar wat mij betreft eens maar nooit weer.


(Jij bent welbespraakter dan je psych.)
Kshhhht weg beest! Zo. Ik hoop dat het helpt. En anders pak ik mijn plantenspuit.
Cockie (URL) - 17 juli 2007 - 07:58

Ik herken het, maar kan niet tevoorschijn toveren waarvan.
mrs c - 17 juli 2007 - 11:07

weet het weer. van na een epileptische aanval.
mrs c - 17 juli 2007 - 11:07

als ik ook een keer echt echt mag zijn - k*t voor jou maar voor ons weer stukje waar we rijker van werden
roosje - 17 juli 2007 - 18:08

Beangstigend met hoofdletters! Ik herken het enigsinds, denk ik-ik voel niet wat jij voelde, van een ´narcose´ met lachgas die ik kreeg tijdens een curettage.
Ik bleef maar hangen in ´het naar de ok gereden worden en onder het mes moeten´ Zag keer op keer het plafond voorbijschuiven, de opmerking dat ze gingen beginnen en... weer het plafond..

Een draaimolen waar ik niet in -of uit kon stappen, het gebeurde met mij, ik had er geen invloed op. Vroeg mezelf af of IK nog wel IK was en wie IK dan was..

De narcotiseur merkte dat ik erg onrustig was en liet me bijkomen..Al bijkomend mompelde ik maar ´ik ben Mien, ik ben Mien´...

Alsof ik, door maar te herhalen wie ik was, mezelf terug kon vinden..
Erg beangstigend vond ik het en het was gelukkig ook maar éénmalig..

Ik hoop dat die beesten wegblijven, dat zijn geen nachtmerries, maar monsters!
Groetjes, Mien
Mien - 17 juli 2007 - 19:23

herstel enigsinds is natuurlijk enigszins...
Mien - 17 juli 2007 - 19:26

Hoi Puck, je kon het niet beter omschrijven, ik herken het helemaal. Het raakt me....
Tineke - 18 juli 2007 - 01:51

  
Persoonlijke info onthouden?

Om commentspam te voorkomen vragen we je om antwoord te geven op de 'silly question'
 



Verberg email:

Kleine lettertjes: Alle HTML-tags behalve <b> en <i> zullen uit je reactie worden verwijderd. Je maakt links door gewoon een URL of email-adres in te typen.