maandag 30 juli 2007 - 12:38
‘Papa is vannacht naar de EHBO gegaan’.
Met die verontrustende zin maakte mijn moeder me om halfelf wakker.
Mijn vader was dit weekend in Wenen geweest en rond middernacht zou hij thuiskomen.
In het kader van mijn zelfstandigheidstrainingsprogramma was mijn moeder bij mij komen slapen. Ander huis; met een thuiskomende PaPuck zouden we niets te maken hebben. Dachten we.
Maar vanochtend vroeg verstoorde mijn moeder de aangename warmte van mijn ochtendhumeur: ‘Misschien kan je toch maar beter naar huis gaan voor het ontbijt. Papa heeft me gebeld. Hij is in de tram gevallen.’
Nog zo’n vreugdevolle zin om mee wakker te worden. Dat moet mijn moeder ook gedacht hebben toen mijn vader haar er ’s nachts om halfeen mee had gebeld.
Den Haag heeft nieuwe trams van Randstadrail. Pokke-trams. Ze hebben de ambitie een trein te zijn en zijn ook zo gebouwd: ze kunnen aan twee kanten open en welke kant opengaat verschilt per halte. De zitplaatsen zijn op een trein-manier tegenover elkaar gezet, zodat je nooit anoniem en stil kunt reizen, en bovendien in het spitsuur verzekerd bent van een wagenzieke achteruitrij-rit.
De bekleding van de banken lijkt rechtstreeks uit een stevige LSD-trip te zijn gekomen. Hij zucht en puft, de tram, of hij zelf ook moe is van zijn ontwerp.
Maar het ergste zijn de steunen - of beter: het gebrek daaraan.
De oude trams hadden aan elke bank een paal waaraan je je kon vastgrijpen en door de slingerende tram kon voorttrekken.
De nieuwe trams hebben lussen aan het plafond, maar aan lussen kun je alleen hangen. Wie valt zal in zijn reflex niet snel blind omhoog grijpen, laat staan ook nog precies met zijn hand in een lus belanden. Wie valt grijpt een stang op armhoogte; maar de stangen in de nieuwe trams zijn volstrekt arbitrair geplaatst. Eerder speels dan functioneel.
En dus smakte mijn vader, toen de tram na een halte wild optrok, achterover, met zijn rug tegen de punt van een bank.
Na dit bericht sliep mijn moeder de rest van de nacht niet meer en vond ze het verstandiger als ik thuis zou ontbijten, in plaats van in mijn eigen huis.
Om iets voor halfzeven kwam ik thuis. Ik twijfelde of ik bij mijn vader moest gaan kijken. Aan de ene kant wilde ik controleren of hij nog leefde, aan de andere kant dacht ik dat hij zijn nachtrust goed kon gebruiken. Ik besloot niets te doen, hoopte in elk geval maar dat ik hem zou horen als er iets was.
Rond achten viel ik weer in slaap.
(Even voor de duidelijkheid: da’s een dagelijks ritueel. Activiteit, slaap, activiteit, slaap, etc. Ongeacht de tijd waarop ik opsta ben ik na pakweg 3 uur leven weer toe aan rust, dus hoe eerder ik de dag begin, hoe meer ik van die dag overhoud).
Rond achten viel ik weer in slaap, tegen halftien moest ik naar de wc. Hé, een papa. Een wandelende papa. Hallo papa, dag papa, truste maar weer.
Als hij door huis wandelde en me al wandelend nog kon vragen ‘was die telefoon voor jou?’ (Huh? Welke telefoon?) was hij niet héél stervend. Ik kon weer terug naar bed.
Tot ik om halfelf door mijn moeder werd wakker gemaakt.
‘Papa is naar de EHBO gegaan’.
Wat? Nu? Net? Tussen halftien en halfelf?
Hij is vannacht naar de EHBO gegaan, om kwart voor twee, op de fiets.
Als hij op de fiets naar de EHBO kan, wat moet hij dan op de EHBO?
Ja, dat kon je je afvragen. En niet alleen was hij op de fiets naar de EHBO gegaan, hij was naar Ziekenhuis B gegaan.
Waarom niet naar Ziekenhuis A? Da’s veel dichterbij, B is twee keer zo ver!
In A had hij langer moeten wachten.
Ja, dat kan natuurlijk niet als je voor een potentiële dwarslaesie komt. Dan kan je veel beter midden in de nacht een half uur op de fiets zitten.
Waren ze niet woest?
Nee, ze zijn heel lief voor hem geweest. En hij heeft een lange brief voor de huisarts meegekregen.
Oh. Moeten wij die straks even afgeven?
Nee, dat heeft hij zelf al gedaan, op de terugweg.
Maar niet voordat hij de brief had gelezen, en aangepast.
De brief had gesproken van een kerngezonde bejaarde. Over dat laatste was mijn vader uiteraard absoluut niet te spreken. Dat kòn gewoon niet. Je noemde iemand geen ‘bejaarde’, en sowieso: of iemand bejaard of niet was hing niet af van zijn leeftijd, maar van zijn uitstraling. En mijn vader, de jonge god van 72 die hij is, laat zich niet bejaard noemen.
In de brief had bovendien gestaan dat meneer last had van tintelingen in de onderste extremiteiten. Wat onzin was. Dat had hij er ook bijgezet: ‘Nee!’, met zijn initialen. Dat dat heel duidelijk was.
Om halfvier was hij thuisgekomen. Op aanraden van de dienstdoende chirurg had hij zich volgegooid met paracetamol (twee stuks. De chirurg zei vier, maar dat was natuurlijk erg overdreven). En nu was hij wakker, moe maar monter. Het leven lachte hem zogezegd tegemoet - twee verbijsterde vrouwen in zijn huis of niet.
Ik neem aan dat je vandaag thuis blijft?, vroeg mijn moeder voorzichtig.
Neenee, ik moet naar het RKD, ik heb veel te veel te doen.
Je gaat op de fiets zeker?
Ja, waarom niet?, negeerde mijn vader haar sarcasme.
En zo fietste mijn vader aan het eind van de ochtend naar de andere kant van de stad. Kerngezond. En nog lang niet bejaard.
(Waarom hij überhaupt naar de EHBO was gegaan?, vroeg ik mijn moeder. Voor de zekerheid. En omdat, zo had hij geargumenteerd: ‘ik anders toch naar de huisarts zou zijn gestuurd’. Goedbeschouwd was zijn nachtelijke reisje dus puur gemakzucht. ’s Nachts naar de EHBO kwam hem gewoon beter uit dan overdag en doordeweeks naar het spreekuur van de huisarts...)
't Is maar wat je makkelijk vindt! Hebben ze nog iets gevonden bij 'm? Of was het echt alleen maar 'for the record'?
Sabine - 30 juli 2007 - 21:54
Fijn dat je een beetje medeleven voor hem kon opbrengen.
En ja, dit is mijn laatste reactie, ik kan me alleen nog maar ergeren en dat is voor niemand goed.
Els () - 30 juli 2007 - 22:03
ja: pokke-trams!!!
roosje - 31 juli 2007 - 15:56
> Hebben ze nog iets gevonden bij 'm? Of was het echt alleen maar 'for the record'?
Alleen maar for the record. Ze hebben geduwd en gevoeld, kneuzing vastgesteld en spierpijn vóórspeld. Welk laatste hij overigens niet heeft gekregen.
Het hele voorval lijkt voor hem inmiddels al weer tijden geleden en volkomen bijzaak. Hij heeft verteld over Wenen en een openluchtconcert en dat hij een stroopkoekje uit het vliegtuig voor me had. Zijn val heeft mijn moeder en mij meer aangegrepen dan hem, geloof ik..
Puck - 31 juli 2007 - 15:57
Waarom noem je je vaders huis 'thuis' en je eigen huis niet?
Pien - 14 augustus 2007 - 14:02
Daar zal dit denk ik het beste antwoord op zijn:
http://puckspodium.com/pivot/entry.php?i..
(of, korter en wat minder dramatisch: omdat ik bijna 30 jaar in
hetzelfde huis heb gewoond, en nu langzaamaan op mezelf ga wonen. Wat
nog beslist niet als eigen en thuis voelt)
Puck - 14 augustus 2007 - 14:08
Aha
Pien - 16 augustus 2007 - 11:51