Vandaag introduceren we de volgende begrippen:
- iro·´nie (de ~ (v.))
- 1 spot waarbij men het tegendeel zegt van wat men bedoelt te zeggen
- cy·´nis·me (het ~)
- (1 wijsgerige school bij de oude Grieken)
- (2 verbitterde twijfel als houding of levenshouding)
- -> 3 scherpe uiting van verbitterde twijfel => sarcasme
- (2 verbitterde twijfel als houding of levenshouding)
- sar·´cas·me (het ~)
- 1 bittere, bijtende spot
- scherts (de ~)
- 1 grappige of speelse beschouwing of opvatting => gekheid, plagerij, grap
- ernst (de ~ (m.))
- 1 stemming waarin men de dingen in hun wezenlijke waarde wil zien <=> scherts
- 2 vastberadenheid
- 3 wat ernst teweegbrengt, daarbij hoort, daaruit voortkomt
- 2 vastberadenheid
- ´ern·stig (bn.)
- 1 van ernst vervuld => serieus, in (alle) ernst, zonder gekheid
- 2 werkelijk gemeend => serieus
- 3 niet licht op te vatten => oprecht, serieus
- 4 van ingrijpende en onaangename aard => zwaar
- 5 [in bw.bep.] in hevige of bedenkelijke mate => zwaar, danig
- 2 werkelijk gemeend => serieus
Moeilijke begrippen, en voor sommigen nauwelijks van elkaar te onderscheiden.
Bij een eerste kennismaking voelt men zich wellicht als de eeuwige vrijgezelle flierefluiter die een kamer vol nieuwgeborenen binnenwandelt. Alle baby's zijn eender.
Na verloop van tijd kan echter worden vastgesteld dat weliswaar sarcasme, scherts, cynisme en ironie enige onderlinge gelijkenis vertonen en wellicht verwanten van elkaar konden zijn, maar dat ernst zeer beslist tot een volkomen andere familie behoort, en ook op een andere wijze moet worden benaderd.
Tot zover hoofdstuk 1.
Huiswerk voor volgende week: lees de laatste bladzijden van de her en der op internet te vinden lesstof (voor u samengevoegd en ingelijst op weblogger.nl), en onderzoek of u de geleerde begrippen kunt opsporen en onderscheiden.
Veel succes, tot de volgende keer.