Oké, here's the thing:
eerst sliep ik niet. Dat was vannacht. Toen werd ik te vroeg wakker en kon ik niet meer slapen, toen had ik [gedoe] waarover D.V. morgen meer, toen dacht ik, tot twee maal toe vandaag: als ik me nu extra extra moe maak door fijn veel te fietsen, dan slaap ik vannacht misschien eindelijk
Die nu vervangen moet worden.
En ik ben duizelig, en de lamp is een plafonnière, die eerst ontmanteld moet worden, en hij zit in het midden van de kamer, en dan moet ik zomaar in de ruimte op een stoel en mijn armen en hoofd omhoog.
En dat durf ik niet.
Dus.
Laat ik die alom geprezen 'kracht van social media' eens voor me laten werken, en met u afspreken: ik ga nu op die stoel, en de lamp vervangen. En als ik binnen twintig minuten geen update heb gegeven dat ik nog leef en niet ter aarde ben gestort, dan belt u - u die mij ook offline kent, dat is - 112. En mijn moeder.
Kendet...?
Update, 22.26: Ik leef nog. Alles trilt, maar ik leef nog. En er zit een nieuwe lamp in de lamp. Note to self: nooit nooit nóóit meer een plafonnière. Voortaan gewoon een fijne robuuste industriële hanglamp, met zo'n rekbaar snoer en een hengsel, zodat je hem helemaal naar beneden kan trekken.