Terug naar huis « Trip   » Verlies (3)

vrijdag 30 maart 2012 - 19:14
Verlies (2)

‘Verder was alles weg, kapot’, schreef ik eerder.
Ik had me bij ‘alles’ iets anders voorgesteld dan in werkelijkheid is gebleken.
Nu, vijf dagen later, blijk ik het beetje gevoel van veiligheid en ‘thuis’, dat ik eindelijk verworven had, verloren te zijn.

~

We hadden ruzie, hij en ik.
Er was schreeuwen, tieren, er waren tranen.
Ik brak. Zag mijn wereld instorten, al wat kapot ging zag ik op dat moment kapot gáán, voor mijn ogen. Zoveel meer dan alleen een weekend, zoveel meer zelfs dan de vriendschap.

Terwijl hij door de kamer beende, tekeer ging, werd mijn zwijgen steeds luider.
En op dat moment zag ik, duidelijk als nooit tevoren: misschien ook wel zijn tekortkomingen, maar vooral mijn eigen. Mijn handicaps, mijn drempels.
Niet alleen zag ik daarmee het contact met hem verdwijnen, maar elke mogelijkheid tot contact, met wie dan ook, in de toekomst. De kans op diepe, langdurige vriendschappen, de kans op een levenspartner.

Ik brak, en ik wilde alleen zijn. Oog in oog met mijn - onvermijdbare - eenzaamheid was al wat ik, paradoxaal genoeg, wilde: alleen zijn.
Weg, weg, weg van hem. Hij weg van mij.
‘Ga naar huis, ga alsjeblieft gewoon naar huis!!!’, brulde ik - en stormde de deur uit. Naar god-weet-waar.

Pas een uur later kwam ik terug.
Zijn auto was weg.
Goddank.
Alleen thuis, in stilte tot mezelf komen. Rusten. Eten.
Het was halftwee, en ik had de hele dag nog niet gegeten.

Boven deed ik, ondanks dat zijn auto weg was, enigszins terughoudend de voordeur open. Zijn jas hing niet meer aan de kapstok.
Behoedzaam keek ik in de slaapkamers. Al zijn spullen weg.
Naar de woonkamer. Ja. Helemaal leeg, hij zat zelf niet op de bank, niets van zijn spullen lagen er nog.

Ik wandelde naar de keuken en snakte naar adem.
Daar, in een hoekje van de woonkamer, grenzend aan de open keuken, zat heel stil zwijgend starend een vreemde man.
Zó erg schrok ik, zó zeer was ik overvallen door de onverwachte aanwezigheid, dat ik in die eerste flits niet eens zag dat hij het was. Een vreemde.

‘Als je iemand een hartverzakking wilt bezorgen moet je vooral dit doen’, snauwde ik.

In mijn hoofd vulde ik er onmiddellijk aan toe: ‘blablabla, wrawrawra’. Spottend brallerig. ‘Ja hoor, tuurlijk, "hartverzakking". Iemand die er zo’n volzin uitkrijgt, met zulke lange woorden, die is nauwelijks geschrokken. Stel je niet zo aan’.

Ik liep door naar het gasfornuis, draaide twee pitjes open.
Ik zou me mooi niet laten tegenhouden door hem. Ik had honger, halftwee en nog niet gegeten, immers. Ik ging soep koken.

En toen kreeg ik geen lucht meer.
Was ik eerder ‘alleen maar’ emotioneel gebroken - nu ook fysiek.
Ik kreeg geen lucht meer, kon niet meer helder denken, kon me nauwelijks meer bewegen.
‘Weg, weg, ik moet weg’, dacht ik weer.
Ik moest weg van ‘die vreemde’ die daar in mijn huis, in mijn kamer, op een paar meter afstand van me zwijgend zat te staren.

Onmiddellijk draaide ik het gas weer uit. Zwalkte de kamer uit. Blind en doof naar de wc.
Het rook er naar ontlasting.
Weg, ik moest hier weg, weg van ‘die vreemde’ die in mijn huis naar de wc was geweest - ook dat nog.
Ik rende, voor zover mogelijk, naar beneden, naar buiten.

In een flits, in het voorbijgaan: daar hing zijn jasje, aan mijn badkamerdeur. Ik had het kunnen weten, dat hij er nog was - maar ik hang altijd mijn pyjama aan die deur. Donkere jasjes in de gang zijn normaal voor mij, die worden door mijn hersenen genegeerd.
Stomme sukkel. Ik had het kunnen weten.

Beneden realiseerde me dat ik mijn fietssleutel kwijt was, waarschijnlijk op het aanrecht gegooid.
Met mijn autootje dan maar. Als ik maar weg kon.

Met mijn autootje, duizelig en blind en doof met de auto waar ik in twee jaar tijd één keer in had gereden.
Naar mijn moeder, waar ik hikkend van het huilen vertelde wat er gaande was.
Niet eens wat er gebeurd was. Alleen: dat hij er nog was. Dat hij weg moest, en dat ik niet wist hoe, dat ik niet wist wat te zeggen.

Mijn moeder belde hem op. Zei dat het me allemaal teveel was geworden, dat het beter was als hij gewoon ging.
Prima, hij was al vertrokken.

Mooi.
Gelukkig.
Alles goed, dan.
Alles goed.

Dat helemáál niet alles goed was, dat had ik al kunnen voorspellen, toen ik mezelf bij de buurvrouw zag aanbellen.
Of ze alsjeblieft even mee naar binnen wilde, want ik durfde niet alleen, gewoon even mee naar binnen, kijken of hij inderdaad weg was.
Niets voor mij, zo’n actie.
Maar dat drong op dat moment nog niet door.

Ook niet toen ik, eenmaal met buurvrouw binnen en eenmaal zeker dat hij echt en heus weg was, opnieuw in tranen uitbarstte.
Mijn hart bij buuv uitstortte.
Aldoor: ‘hij is niet gevaarlijk hoor, dat is het niet, maar ik schrok zo, ik schrok zo ontzettend, toen hij daar ineens zat, en ik wist niet meer wat te doen. Nee, hij heeft geen sleutel, en hij kan niet meer binnen komen, ook niet zomaar langskomen, hij woont hier 400 kilometer vandaan, en hij is niet gevaarlijk, maar ik schrok gewoon zo.’

Eten.
Later meer.

(wordt vervolgd)

(Voor wie niet tegen cliffhangers kan: geen nood, er is geen griezelig gevolg, geen gruwelijke gebeurtenissen - althans, niet in de strikte zin. ‘’t Zit allemaal in mijn hoofd’, zeg maar. Ik ben nu gewoon even, heel banaal, te moe om verder te schrijven)


Ik zit tijdens het lezen van dit verhaal al met hartkloppingen achter de laptop, laat staan dat ik het IRL zou meemaken. Echt, hartverzakking is nog mild, ik zou zelf voor "pestpokkepleuris" willen gaan. :-(
Poelekie (URL) - 30 maart 2012 - 19:59

Och meissie, Sterkte! Ik ken het gevoel en ik weet heel zeker dat het overgaat, maar tot die tijd zit je er mooi mee..
Woofur - 30 maart 2012 - 22:36

Ik was me ook helemaal kapot geschrokken... Ik hoop dat je snel weer wat rust vindt in je eigen huis. Maar ik begrijp dat je je bezoedeld voelt.
esther - 01 april 2012 - 12:52

  
Persoonlijke info onthouden?

Om commentspam te voorkomen vragen we je om antwoord te geven op de 'silly question'
 



Verberg email:

Kleine lettertjes: Alle HTML-tags behalve <b> en <i> zullen uit je reactie worden verwijderd. Je maakt links door gewoon een URL of email-adres in te typen.