Terug naar huis « Zorg. En zekerheid!   » Knetter

dinsdag 13 november 2012 - 13:40
End of an Era

Begin juli schreef ik, voor Facebook, het onderstaande stukje. Nu komt er een vervolg. Een tragisch treurig vervolg over vondelingen en wat niet al. Waarover, naar ik hoop, zo snel mogelijk een nieuw stukje. Maar omdat er voor een begrijpbaar vervolg natuurlijk eerst een 'Deel I' nodig is, hier dat begin:

In 2001 schafte ik mij een fiets aan: een hardroze Kronan, met nummerbord FD 942.
Het was een nogal opvallend ding, en dus stond ik in no-time in de buurt bekend als 'het meisje met de roze fiets'.
Dat bleef, ook toen ik hem al lang en breed had ingeruild tegen een nauwelijks minder opvallend rood zusje.

Bij één van mijn bezoekjes aan de fietsenmaker had die me de stuipen op het lijf gejaagd, door me op duistere toon te wijzen op de slechte lak van Kronans, hun extreme gevoeligheid voor roest, en kijk daar: daar, op mijn frame en op mijn wielen, daar was het onder de lak gaan roesten, niet weinig ook, en ik moest goed oppassen want het was heel goed mogelijk dat de hele fiets gewoon zomaar onder me ineen zou storten.
Toen kort daarna mijn beide banden (onplakbaar) lek waren gegaan, hing ik dus subiet FD aan de wilgen, en kocht in plaats daarvan een oude leenfiets van dezelfde fietsenmaker op. Oók een Kronan (de balk in fietsenmakers eigen oog?), maar dit keer, als gezegd, een rode.

Dat zal ruim drie jaar geleden zijn, denk ik.
Op Google Maps is een beeld van mij te vinden, waarop ik zwaar geirriteerd achterom kijk.
Ik vermoed, vanuit mijzelf gezien, dat 'er een raar soort busje heel opdringerig en tergend langzaam voorbij reed', en dat dan het fotograferende Google-maps-busje was.
Maar goed: die foto is uit oktober 2008, schijnt. En daar fietste ik nog roze.

Ondanks het feit dat ik niet meer op FD kon of durfde te rijden, kon ik het toch niet over mijn hart verkrijgen om hem weg te doen.
En dus stond hij in de garage, hapte stof en binnenwaaiende blaadjes en spinnenwebben, en nog meer roest dan hij al had.

In de afgelopen jaren maakte ik kennis met èchte roest.
Niet die slappe hap die de fietsenmaker als zo bedreigend had gezien, maar echt gruwelijk ondermijnend levensgevaarlijk.
Mijn 'nieuwe' rode fiets stond dag en nacht buiten, weer of geen weer.
En in één ding had de fietsenmaker wel gelijk gehad: de lak was snert, en het metaal zwak.

Het nummerbord begaf het als eerste.
Op een dag hing het scheef.
Korte tijd later hoorde ik, bij het fietsen over een hobbelige weg, eerst een hele hoop gerammel en toen een klap. Toen ik terugreed zag ik op straat het nummerbord liggen, inclusief fragmenten van mijn spatbord. Het bordje was niet uit zijn boutjes geschud, hij was gewoon finaal losgescheurd.

De bel, de koplamp.
Schilfers loshangende lak her en der op het frame, alsof de hele fiets aan een ernstige huidziekte leed. Het kleine gaatje in het zadel werd een scheur, werd toen een gapende wond, het schuim naar buiten. Als het regende zoog hij het water op, zodat je vervolgens heel letterlijk op een natte spons zat.

De laatste maanden ging het ineens héél snel.
Al fietsend desintegreerde de hele fiets. Elke fietstocht viel er wel iets af.
Waar het nummerbord had gezeten en een gat was achtergebleven, vrat de roest zich een weg naar binnen. Het hele spatbord brak in tweeën, rammelde dat het een aard had. Mijn bel had ik op die manier in elk geval niet meer nodig: van veraf kon men me al horen aankomen.
Twee weken geleden bengelde er een los stukje snoer onder mijn fiets. Toen ik er voorzichtig aan trok leek het of je een truitje uithaalde: er kwam geen einde aan. Tot ik uiteindelijk de complete verlichting in mijn hand had.

Het werd tijd.
Het werd nu echt tijd.
''t Is schoon al wat men door het oog der liefde ziet', schreef Willem den Elger; maar zelfs stekeblind kon ik ook wel zien dat het nu echt voorbij gevaarlijk was geworden.
Ik bestelde een nieuwe fiets, reed nog een week extra op mijn oude vertrouwde wrakje rond, en belde toen de gemeente.

Vanochtend zijn ze gekomen, van het grof-vuil.
En dus haalde ik gisteravond twéé fietsen uit elkaar.
Alle nog enigszins bruikbare onderdelen van de rode legde ik opzij.
De lekke banden van de roze haalde ik er ook eindelijk af; de roze die ineens, in vergelijking, in verbazend goede conditie leek.

De rode, die is nu echt officieel ten grave gedragen.
De roze, ach, ik vermoed dat ik daar ook nooit meer op zal gaan rijden, ondanks mijn zo ijverig bijeen schrapen van ruil-onderdelen.
Maar ik kan niet alles tegelijk.
Laat mij nog even het meisje van die rare roze fiets met het nummerbord zijn; voor ik een vrouw op een hele gewone degelijke Gazelle word.

* * *

© 13-07-2012
Bijbehorende Flickr mini-set: Kronan-sloop 12-07-2012


Ik heb een limegroene fiets, een Giant. Met recht een reus. Ik fiets er al elke dag op, 5 jaar nu. Prima ding. Aan te raden!
zuster_klivia (URL) - 14 november 2012 - 10:00

Herken ik ineens een stukje van mn oude woonwijk (lees: 15 jaar geleden)*EUNK!?* Ik stelde me jou altijd compleet ergens anders voor haha. Moet ik ineens mn beeld bijschaven ;)

RIP rode fiets :)
Annemieke - 15 november 2012 - 20:10

De Gazelle roze spuiten misschien? Als de fiets dan nog gaat roesten, weet ik het ook niet meer.
CiNNeR () (URL) - 21 november 2012 - 04:27

  
Persoonlijke info onthouden?

Om commentspam te voorkomen vragen we je om antwoord te geven op de 'silly question'
 



Verberg email:

Kleine lettertjes: Alle HTML-tags behalve <b> en <i> zullen uit je reactie worden verwijderd. Je maakt links door gewoon een URL of email-adres in te typen.