Vorig Archief - Volgend Archief

maandag 28 december
2 | 23:25 Ongelezen

Postjes op ‘publish’ zetten, in plaats van op ‘hold’. Ook een idee..

(Semi-)Nieuwe stukjes vanaf dit punt. Voor wie geen zin heeft om te scrollen.
En daar moet u het voorlopig even mee doen. Veel leespret, goed uiteinde, etc etc.
zondag 27 december
1 | 23:14 Free at last, free at last

Praise The Lord.

Heden is, na tien dagen afzondering, mijn moeder weer naar buiten gegaan.
2 | 13:17 WTF?!

Zomaar ineens was ook het grasveld aan de overkant sneeuwvrij.
Alles weer fris en groen, alles behalve die gigantische sneeuwbal die een paar buurtkinderen daar hadden gemaakt.
Hij ligt er eenzaam en verlaten bij, en een tikje beduusd. Of verontwaardigd.
Alsof hij na een feestje in gezelschap van tien vrienden dronken in slaap is gevallen, maar wakker wordt in een leeg huis.
En niemand die even een briefje heeft achtergelaten.
zaterdag 26 december
§ | 21:34 Weg (2)

De wegsmeltende sneeuw onthulde een zeldzaam brutale misdaad.
Geheel in de geest van de feestdagen - een combinatie van 'eerlijk zullen we alles delen' en 'als u een winterdepressie heeft helpen wij u graag een stukje op weg naar het ware (uit)einde' - bleek vanochtend een forse hap zand onder de stoeptegels te zijn verdwenen. 'Gestolen' zei de eerder genoemde boerenbuurman, altijd vol vertrouwen in de goedheid van zijn medemens.

Diefstal lijkt me een zeer plausibele verklaring: al enige tijd klinkt er vaak doch niet regelmatig een vreemd gebrom in het flat, wat het meest doet denken aan een zuiginstallatie voor grondwater, zoals die je ziet bij bouwprojecten. Bovendien waren onlangs ineens de bakstenen, die de zware kelderdeur openhielden, verdwenen. Grote kans dat één van onze buren een eigen projectje heeft opgezet, daarbij gebruikmakend van genoemde installatie, bakstenen en scheppen zand. Immers: eerlijk zullen we alles delen, suikergoed, marsepein èn de fundamenten van uw woning.

Fundamenten, ja. Want het zand blijkt op een vrij kritiek punt te zijn weggehaald. Onder twee weggezakte tegels openbaart zich een gat van apocalyptische diepte, een gat tot het eind van de wereld en verder.
Vergeet Maya-kalender en 2012. Het einde der tijden is hier en nu; vandaag, naast de deur.

Op de rand van het gat heeft iemand een stok met een vaantje neergezet, als waarschuwing.
Maar ik vertrouw dat gat niet. Het is een gat met ambities.
Dus als u niets meer van me hoort: ik ben opgeslokt, opgezogen in een eeuwig Niets. Dat, of ons flatgebouw stort binnenkort in, door verzakkingen.
Daar hebben wij hier geen Noord-Zuidlijn voor nodig. Zelfs geen Randstadrail.
vrijdag 25 december
§ | 21:53 Weg

Warempel.
Ik had er niet meer op gerekend, als alle kleine kinderen wen ik snel aan nieuwe situaties tenslotte, maar de dooi is ingetreden. Althans, min of meer.
Op de wegen dooit het. Maar de stoepsneeuw houdt dapper stand, en niet alleen de stoepsneeuw, maar ook en vooral de stoeprándsneeuw. Dikke lagen sneeuw omvatten de rioolputjes, en dus kan het smeltwater niet weg.
Den Haag, of in elk geval: mijn deel van Den Haag, is één grote wasmachinebreuk.
(ok, gun mij deze vergelijking. De enige ervaring die ik heb met spontane ongepaste hoeveelheden water betreft wasmachine-lekkages in de keuken).
In plaats van door enkelhoge sneeuw ploeg ik nu door enkelhoog water.
En ik voorspel nu vast:
riolen gaan overstromen, waterleidingen springen, als al dit water straks ineens en tegelijk een uitweg weet.
En dan....

Afijn. Crisis bindt, zullen we maar herhalen.
donderdag 24 december
§ | 17:43 Ugly truth

Ik bedacht me vanmiddag: wat een pure hel moeten deze dagen en omstandigheden zijn voor de smetvrezenden onder ons.
Bergen zwarte sneeuw, poelen goorbruine modder.
Het levende bewijs van al het vuil dat altijd, overal, aanwezig is: op onze wegen, banden, schoenzolen.
Je zou toch van ellende en afschuw met je Sorbo-doekje op je knieën over de snelweg gaan.
woensdag 23 december
§ | 14:07 Broeders hoeders

Het moet gezegd: crisis brengt ons samen, drama verbroedert.
Wegen zijn onbegaanbaar, afspraken moeten worden afgezegd, en zelfs als dat een uur tevoren gebeurt is er alle begrip.
Mijn verhaal heb ik helemaal klaar, tot kruipend uitleggen bereid: 'ik heb een afspraak met Dokter ZusEnZo, maar ik heb MS en evenwichtstoornissen en alleen een fiets, en -' 'Nee, dat wordt hem niet hè', word ik al onderbroken. Niks 24 uur tevoren afzeggen anders zelf betalen. Ik word zelfs hartelijk bedankt voor het afzeggen; de meeste mensen schijnen gewoon weg te blijven.
Kom ik wél op mijn afspraak (ik had nogal veel afspraken de afgelopen week), dan word ik geprezen, gecomplimenteerd, om niet te zeggen: bewonderd om mijn moed.

Ook mede-weggebruikers zijn coulant, vriendelijk, lief.
Fiets- en voetpaden zijn niet meer berijdbaar, dus iedereen rijdt op de autoweg. Niet alleen op de autoweg, maar bij voorkeur midden op de autoweg. Strategisch fietsen: niet in de autoband-baan, want daar is de sneeuw in een harde ijslaag veranderd, daar is het puur ijs. Nee, tussen de wielen: daar is de sneeuw vast genoeg, maar niet glad.
Meer ergerniswekkend kan je het voor een auto niet bedenken: zo'n trage, wiebelende fietser recht voor je, als je zelf ook al vertraging hebt. Maar er wordt niet opgejaagd, niet getoeterd, niets.

Op al te smalle wegen drukke wegen hobbel ik af en toe naar de zijkant van de weg om de rij auto's achter me door te laten, maar vanmiddag bleek dat niet de bedoeling.
De voorste auto van een rij was een politiewagen. Hij stopte naaste me, de auto's achter me negerend.
'Is alles in orde met u?'
'Ja hoor. Maar ik ga naar de zijkant zodat u erdoor kunt.'
'Nee nee, geen sprake van. De auto's moeten gewoon rekening met u houden, u mag gewoon op de weg fietsen, zo langzaam als nodig is. Maar is alles met u in orde?'
(achter ons groeide de rij auto's. Ik keek wat zenuwachtig achter me, maar de politieagent had geen haast, converseerde rustig door).
'Ik zie dat u een stok heeft, heeft u een ongeluk gehad?'
'Nee hoor', zei ik opgeruimd; 'ik heb MS.'
(G'oon MS, niks aan de hand)
'Ok. Maar doet u voorzichtig, rustig aan. Veel sterkte, prettige feestdagen.'
Na welk knusse gesprekje de agent eindelijk doorreed, een inmiddels lange rij auto's achter hem aan.

Ja, crisis bindt. En na de crisis worden we met zijn allen weer net zo asociaal en ongeduldig als altijd.
Je zou haast wensen....
maandag 21 december
§ | 20:05 Wintersport

Vreselijke ervaringen hoor ik 'in het veld'.
Het kassameisje dat om de hoek bij de super woont, maar uitgerekend vannacht besloot dat het een tof idee zou zijn om bij een vriendinnetje te logeren. Aan de andere kant van Den Haag. Van waaruit ze 's ochtends vroeg glibberend en bibberend en (on)wel naar haar werk moest lopen omdat de tram nog steeds niet rijdt.
Mijn fysio die dezelfde ochtendgymnastiek had, want ook andere kant van de stad en geen tram. Maar bovendien de godganse dag haar aan-huispatienten te voet moest opzoeken. Want ook geen fiets of auto.

Ikzelf heb na vijf dagen sneeuw- en ijspret chronische spierpijn, vanwege het voortdurend krampachtig vasthouden van mijn stuur, het ingespannen turend en manoevrerend over de straten glibberend.
De kortste weg is beslist niet meer de snelste: binnendoor-paadjes zijn het hardnekkigst dichtgevroren, en het afleggen van dergelijke sluiproutes zijn daardoor behalve levensgevaarlijk vooral tijdrovend.

Wie denkt: ach, die Puck, da's een watje die van een stukje typen al spierpijn krijgt - neen. Mijn stoere Twentseboerenbuurman met de grote sterke herder en een knuppeltje in de kast voor wie hem dwarszit uitte dezelfde klacht. Zere benen van het zich staande proberen te houden.

Maar niet alleen al deze stoere jongens, meisjes en Pucken en boeren werken aan hun conditie.
Heden gespot: een avontuurlijke danwel claustrofobische bejaarde die een ommetje wenste te maken. Met rollator.
De wieltjes bleven, uiteraard, in de sneeuw steken, zodat ze het ding als looprek moest gebruiken: drie centimeter rollen, vastlopen, rollator omhoog rukken en tien centimeter voor zich uit gooien, er achteraan stompelen en opnieuw beginnen. Om in infomercial-termen te spreken: een full-body-workout.
Als dit maar lang genoeg aanhoudt loopt er straks een zwaar afgetrainde oude bes door onze straten.
§ | 13:11 Schietgebed

Afgelopen woensdag kwam mijn moeder voor het laatst haar huis uit. Toen werd de wijk, de wereld, bedekt met een deken van sneeuw en zij in reactie daarop met een deken van angst.
Sneeuw is glad en glad is vallen, vallen is gebroken botten en mogelijk de dood. En dus sloeg ze al een week lang voorraden in, en zit ze nu met voorraden en al binnenshuis nog steeds bang te zijn.

Ik probeer dagelijks bij haar langs te gaan, tegen al haar ge- en verboden in.
De angst en zorg beperken zich niet tot haarzelf, namelijk, maar strekken uit tot haar naasten. Waarbij 'naaste' een vrij rekbaar begrip is; kassameisjes, taxichauffeurs, een ieder die zich beroepshalve moet opofferen, maar ook al wie er maar kwetsbaar wankelend uitziet vallen er onder.

Afijn.

Gisteren moest ook ik het laten afweten. De sneeuw was te dik om doorheen te fietsen, en lopen lukt me niet.
Vanochtend lukte het weer wat beter.

En ik ontdekte iets.
Ik ontdekte waarom de trams in Den Haag niet rijden.
Niet omdat ze zich niet door de sneeuw heen kunnen of willen ploegen.
Nee: omdat de tramrails simpelweg verstopt zitten.
Volgesneeuwd, ingedikt, ingevroren. Bikkelhard spekglad ijs.
Overal, met uitzondering van één meter rails. En laat die ene meter nou net op de route Puck-MaPuck liggen.

Wat er dan gebeurt is - levende paradox - even voorspelbaar als onverwacht.
Je fietst, geheel gefocust op het rechthouden van je stuur. Je fietst, geheel gefocust op de trefwoorden 'ijs' en 'glad'.

Normaal gesproken ben je als fietser zeer actief bezig niet in tramrails te rijden. Het wordt er met de paplepel ingegoten: vanaf het moment dat je als Haagse uk je eerste voet op een fietspedaal zet wordt je met grote lichtsignalen en alarmbellen en horrorverhalen TRAMRAILS voorgehouden. Meer nog dan op auto's, spookrijders, agressieve scooteraars en overstekend wild leer je op rails te letten, 'want die zullen jou zelf nooit ontwijken'.
Je hebt aanrij-trucjes en speciale wendingen aangeleerd; en wie één keer verzuimt op te letten leert kwaadschiks hoe het wel moet.

Hoe dan ook: tramrails.
Normaal gesproken, dus.

Na pakweg 25 jaar Haagse fietservaring leek van het ene moment op het andere het hele begrip 'rails' geheel uit mijn hersens gewist. Ze bestonden niet, ik zag ze niet, en als ik ze zag, dan alleen als 'een stuk sneeuwloze weg'.
Een en al aantrekkingskracht; niks potentieel gevaar.
En zo zeilde ik, vanuit het niets, over een strook ijs en metaal, ijzig metaal, precies met mijn band in die ene open meter, KLAP naar rechts, op straat en sneeuw en meer ijs.

Nu wil het feit dat ik, als ik val, altijd huil. Ongeacht de ernst van de val: ik huil. Ook als mensen me plagerig een tik geven. Alsof mijn lichaam één grote panicbutton is: druk onverwacht op een willekeurig lichaamsdeel, hetzij met asfalt, hetzij met een propje papier dat naar me wordt gegooid, en ik zet het onverbiddelijk op een tomeloos janken, dat uren kan aanhouden en bij het minste geringste opnieuw begint.

Edoch! Niet dit keer.

Verbluft zat ik op ijs en sneeuw, rails en wegdek, mijn fiets over me heen. En schoot in de lach.
Nou vraag ik je.
Omstanders vroegen bezorgd of het wel ging, of ze iets konden doen, of ik me pijn had gedaan.
En ik lachte.
'Nee, ik ben verbaasd. Ik was die hele tramrails vergeten'

Toen ik mezelf en mijn fiets eenmaal had opgeraapt, het stuur weer had rechtgezet (de fiets had zichzelf wèl pijn gedaan, namelijk) en héél voorzichtig naar mijn moeder was gepeddeld, deed ik bij haar mijn verhaal.
Ze begon nog harder te trillen dan ze deze dagen al deed, en reageerde: 'nu moet je nagaan, ik heb gebéden dat je niet zou langskomen'.

Verbaasd, grappig, pijnloos of niet: ik heb haar verboden nog voor me te bidden.
Als dat dit soort gevolgen heeft...
zaterdag 12 december
§ | 19:31 De Oorlog (2)

Mijn vader, in reactie op het hieronder geposte:

‘Was dat echt of een droom?’

‘Echt natuurlijk. Heb je het nieuwsbericht niet gehoord? “Oorlog afgelast wegens regen”.’

(In de serie 'onzinnige vragen')
1 | 19:18 De Oorlog

We lagen in de loopgraven, Rob Trip en ik. Plat met ons buik op de grond staarden we de vijand in de ogen. Die lag op een meter of vijf, tien; iets onder ons. Zo, van bovenaf, hadden we goed zicht op ze. Daar stond tegenover dat onze 'loopgraven' feitelijk een groot open plateau betrof. De vijand en wij, we waren beiden in het voordeel, beiden in het nadeel.
Ik gooide granaten, Rob schoot zijn machinegeweer leeg.
Toen begon het te regenen. Druppeltjes, maar toch. Allengs harder.
Voor wel helemaal doorweekt zouden raken sprongen we op, trokken onze regenjassen aan en spoedden ons huiswaarts. Maar niet voordat beide partijen naar vijandelijk gebied overstaken om aldaar de door hen veroorzaakte rommel op te ruimen. Losliggende kogels en hulzen, granaatscherven en wat dies meer zijn. Voor zover het niet in slachtoffers ingebed zat werd het opgeraapt en in vuilniszakken meegenomen. De vervuiler betaalt, tenslotte.

Moderne oorlogsvoering, v.β1a. Voorlopig alleen als droom verkrijgbaar.
dinsdag 08 december
2 | 22:37 Killjoy

‘...dus ik ben volgens haar de allerallerALLERmooiste van alle mensen op de hele wereld. Vind je het niet fijn voor me?!’

‘Heerlijk ja. Maar wat moet je ermee?’

Mijn vader kijkt, in tegenstelling tot mijn zwijmelende moeder, naar een documentaire over de Tweede Wereldoorlog. Clearly.
§ | 22:31 Spiegeltje, spiegeltje

Mijn moeder belt me op, na het zien van één of andere film met één of andere filmster: ‘Ik vond haar na jou het mooiste meisje dat ik ooit heb gezien’.

Heh. Moederliefde is een mooi ding.