11 | 16:50
Lieve Muts
Lieve K.,
"God allemachtig.
Ongelofelijke MUTS, jij
En nu?"
Dat was mijn eerste reactie.
De tweede krijg je nu.
Ik ben vooral kwaad, denk ik.
Kwaad om de manier waarop je werkelijk alles en iedereen inzet om je leven dragelijk te maken.
Is het in je opgekomen dat dat kind er ook *uit* moet? Dat het een leven krijgt, een opvoeding en liefde en begeleiding nodig heeft? Dat zwangerschap een inleiding is, geen op zichzelf staand evenement?
Soms denk ik weleens dat jij drama nodig hebt, om jezelf en het leven grijpbaar te houden. Alsof al wat jij denkt te zijn drama is; je jezelf herkent in het gecreeerde drama en daarmee het gevoel hebt "er te zijn".
En bovendien alle mensen om je heen stevig hebt wakkergeschud.
"Het gaat niet goed met me, heus niet, kijk maar, zie je wel? Hou van mij, zorg voor mij, vergeet mij niet"
Denk je werkelijk dat je dat nog een jaar of veertig, vijftig naar tevredenheid kan volhouden?
De mensen om je heen niet, dat kan ik je nu al vertellen.
Er is een grens aan wat een mens in zorg aankan. Zowel wat betreft zorgen voor als zorgen maken.
De achtbaan van alert moeten zijn, even ontspannen, weer alert moeten zijn - dat vreet je op. Vraag dat te vaak van mensen, en ze keren zich van je af. Niet omdat ze niet meer van je zouden houden, maar juist omdat ze dat wèl doen. En de daarmee samengaande stress zelf niet meer aankunnen. Zie het als wegzappen van je favoriete serie, op het moment dat je persoonlijke held op de rand van afgrond staat. Het eenvoudigweg niet langer kunnen aanzien wat er gebeurt.
Dat risico loop jij ook, als je zo doorgaat.
En vind je het sowieso niet tijd worden eens te stoppen met al dit gedoe? Om in elk geval een deel van je gekte af te leggen?
Ik weet: ik heb geen recht van spreken.
Maar als ik naar je kijk.. kom op zeg, wat wil je nou eigenliijk?
Zelfs als ik gelijk had hierboven, dat je drama nodig hebt om het leven hanteerbaar te maken, dan nog ben je nu te ver doorgeschoten. Want hoeveel ijd heb je nog over om te leven? Het drama is alles geworden, aan leven kom je helemaal niet toe.
En waarom niet?
Weet je niet wat je wilt?
Denk je dat je het niet kunt?
Onzin, natuurlijk. Je hebt ontzettend veel in je mars, en dat weet je zelf ergens ook wel, denk ik. Je hebt de neiging - net als ikzelf, overigens - jezelf in het verleden heel objectief te beschouwen en analyseren, en over de K van het verleden ben je een stuk aardiger en realistischer dan die van het heden. Die "andere K" heb je vaak genoeg als intelligent en begaafd omschreven; waarom zou dat nu ineens weg zijn?
Hou nou toch verdomme eens op met al die heisa.
Met het gegiechel, het zogenaamd charmerende en lokkende hou-van-mij-lachje, het excuserende lachje, alle onvolwassen, zenuwachtige en onechte lachjes.
Stop met in het verleden te leven, te verwijten en te hekelen. Of je nou gelijk hebt of niet, in je recht staat of niet: het gaat niet altijd om gelijk of recht. Het gaat ook om het nut ervan, in hoeverre het zinvol is je recht te krijgen.
Stop met alle aanslagen op je lichaam, op je hersenen, stop met de spelletjes.
Het zijn geen spelletjes. Dat weet je zelf ook, maar hoe hard je ook alles probbert weg te lachen en door drukdoenerij te neutraliseren: dat kan niet.
Je bent zwanger van je tweede kind; de eerste voed je niet zelf op, wat moet er met deze gebeuren?
En dan? Over een jaar of vier nummer drie? Die dan ook weer ergens anders wordt geplaatst?
Dat waarmee je aanvankelijk denkt op te vallen, dat waarmee je jezelf vorm wilt geven en uniek wilt laten zijn, dat gaat zich tegen je keren. Op een gegeven moment zijn al die vormgevende acties te veel geworden; kan men de details en de achtergronden niet meer zien, of wil die niet meer zien, en dan ben je alleen maar de zoveelste gek; het zoveelste tragische geval. Trailerparktrash; die freak die her en der kinderen heeft.
Terwijl je juist zònder al die gekkigheden uniek bent. En lief. En waardevol. Alsjeblieft, voorkom dat je verwordt tot een geval, een ding. Daar sta je zo ver boven.
Neem jezelf in de hand. Doe iets, iets gezonds, iets drastisch. Draai om, nu het nog kan.
Ik weet dat het eng is. Dat je niet anders kent dan hoe het is; dat je zelf niet eens weet waarom en wat en hoe. Dat je bang bent om te vallen, bang dat mensen niet meer van je houden en je zullen vergeten.
Maar dat gebeurt niet. Je valt niet, en als je valt sta je weer op. En mensen zullen je niet vergeten; en juist alleen maar meer van je houden.
Toe.
We blijven bij je, maar je moet nu echt stoppen, en een nieuwe weg inslaan.
Vorig Archief - Volgend Archief
zaterdag 31 januari
vrijdag 30 januari
7 | 22:54
Keitje
‘Pas maar op jij’, waarschuwde ik haar; ‘In mijn fantasie ben jij al lang vervangen’
‘Oh ja lieverd’, zei ze geamuseerd en niet in het minst bedreigd; ‘hoe dat dan?’
‘Nou dat gaat dan van: “Ooooh... Mijnheer Lijstje...!!”’
Bij nader inzien vond ik dat zelf ook niet overtuigend klinken.
‘Pas maar op jij’, waarschuwde ik haar; ‘In mijn fantasie ben jij al lang vervangen’
‘Oh ja lieverd’, zei ze geamuseerd en niet in het minst bedreigd; ‘hoe dat dan?’
‘Nou dat gaat dan van: “Ooooh... Mijnheer Lijstje...!!”’
Bij nader inzien vond ik dat zelf ook niet overtuigend klinken.
1 | 15:43
Privé
Mensen zonder moraal moet je koesteren. Ze kunnen altijd nog van pas komen.
Op woensdagavond zat er bij mij in het sportgroepje een vrouw met wie ik het goed kon vinden.
Ze was vrolijk en geestig. Ze was net als ik relatief kort bezig met sporten; ze had er net zo'n hekel aan als ik en we konden daar samen heerlijk over klagen. We hadden net zo'n beroerde conditie, met het verschil dat zij midden vijftig was, net genezen van kanker, en niet meer in bezit van rechterborst inclusief spier (dat u meteen een idee hebt van mijn belabberde conditie..).
Voor ons allebei was sporten bittere noodzaak: ik moet sporten om mijn hele spiersysteem te verstevigen, in verband met een bindweefsel-/gewrichtskapselaandoening; zij moest sporten om haar lichaam in vorm te krijgen voor een nogal zware borstherstellende operatie.
Die operatie zou begin februari plaatsvinden en afgelopen woensdag zou dus haar laatste dag zijn.
En ik had me hevig voorgenomen gedag te zeggen, sterkte te wensen, heel heel veel succes en tot over een maand of twee.
Blijkt dat het woensdag stormde en sneeuwde en ik bovendien één grote bal van humeurigheid en moeheid was.
Geen sport voor Puck, maar wat dan te doen met mijn 'sportmaatje'?
Ik had namelijk geen adres. Om heel eerlijk te zijn niet eens een naam.
Dat is het vreemde van een sportschool.
Compleet stoned van het trainen en bovendien in de vaste overtuiging dat je laatste uur geslagen is (en het dus toch allemaal niet meer uitmaakt) deel je lief en leed met degene op het martelwerktuig naast je.
Om er vervolgens, als je wakker wordt en nog in leven blijkt, achter te komen dat je geen flauw idee hebt hoe die ander eigenlijk heet.
Wat ik wel wist, vaag onthouden van één keer noemen, was dat ze ongeveer een vergelijkbare naam had als één van de instructrices.
Maar dan waren er nog legio mogelijkheden. Want de meest waarschijnlijke naam heeft een stuk of tien spellingsvariaties.
(Het wordt hoog tijd dat namen als Jan Piet Klaas en Els weer in zwang komen)
Vanochtend naar de baas van het zootje.
"Dag mijnheer, ik heb een vraag.
Er is een vrouw, die traint alleen woensdagavond, en die is woensdag voor het laatst geweest omdat ze naar het ziekenhuis moet. Nou wou ik zo graag een kaartje sturen, maar ik weet alleen dat ze vermoedelijk J. heet.
Kunt u helpen?"
Mijn idee was eigenlijk dat die mijnheer mijn J zou vinden, en dat ik dan zou smeken of hij mijn kaartje aan haar kon sturen.
In plaats daarvan struinde Mijnheer drie weken database af.
J. bleek zelf ook niet te zijn geweest, afgelopen week. Noch de week ervoor.
Maar de week dáárvoor had hij haar. Map met inschrijvingen er zelfs bijgepakt om te verifiëren of het de goede was.
Waarna hij een papiertje pakte, al haar gegevens opschreef en het vlotweg aan mij gaf.
Zodat ik nu op mijn gemakje stapels brieven kan gaan schrijven, mocht ik dat willen.
Vandaar: mensen zonder moraal moet je koesteren.
Je moet ze alleen niet in je vriendenkring toelaten. Dat zou dan weer dom zijn.
Mensen zonder moraal moet je koesteren. Ze kunnen altijd nog van pas komen.
Op woensdagavond zat er bij mij in het sportgroepje een vrouw met wie ik het goed kon vinden.
Ze was vrolijk en geestig. Ze was net als ik relatief kort bezig met sporten; ze had er net zo'n hekel aan als ik en we konden daar samen heerlijk over klagen. We hadden net zo'n beroerde conditie, met het verschil dat zij midden vijftig was, net genezen van kanker, en niet meer in bezit van rechterborst inclusief spier (dat u meteen een idee hebt van mijn belabberde conditie..).
Voor ons allebei was sporten bittere noodzaak: ik moet sporten om mijn hele spiersysteem te verstevigen, in verband met een bindweefsel-/gewrichtskapselaandoening; zij moest sporten om haar lichaam in vorm te krijgen voor een nogal zware borstherstellende operatie.
Die operatie zou begin februari plaatsvinden en afgelopen woensdag zou dus haar laatste dag zijn.
En ik had me hevig voorgenomen gedag te zeggen, sterkte te wensen, heel heel veel succes en tot over een maand of twee.
Blijkt dat het woensdag stormde en sneeuwde en ik bovendien één grote bal van humeurigheid en moeheid was.
Geen sport voor Puck, maar wat dan te doen met mijn 'sportmaatje'?
Ik had namelijk geen adres. Om heel eerlijk te zijn niet eens een naam.
Dat is het vreemde van een sportschool.
Compleet stoned van het trainen en bovendien in de vaste overtuiging dat je laatste uur geslagen is (en het dus toch allemaal niet meer uitmaakt) deel je lief en leed met degene op het martelwerktuig naast je.
Om er vervolgens, als je wakker wordt en nog in leven blijkt, achter te komen dat je geen flauw idee hebt hoe die ander eigenlijk heet.
Wat ik wel wist, vaag onthouden van één keer noemen, was dat ze ongeveer een vergelijkbare naam had als één van de instructrices.
Maar dan waren er nog legio mogelijkheden. Want de meest waarschijnlijke naam heeft een stuk of tien spellingsvariaties.
(Het wordt hoog tijd dat namen als Jan Piet Klaas en Els weer in zwang komen)
Vanochtend naar de baas van het zootje.
"Dag mijnheer, ik heb een vraag.
Er is een vrouw, die traint alleen woensdagavond, en die is woensdag voor het laatst geweest omdat ze naar het ziekenhuis moet. Nou wou ik zo graag een kaartje sturen, maar ik weet alleen dat ze vermoedelijk J. heet.
Kunt u helpen?"
Mijn idee was eigenlijk dat die mijnheer mijn J zou vinden, en dat ik dan zou smeken of hij mijn kaartje aan haar kon sturen.
In plaats daarvan struinde Mijnheer drie weken database af.
J. bleek zelf ook niet te zijn geweest, afgelopen week. Noch de week ervoor.
Maar de week dáárvoor had hij haar. Map met inschrijvingen er zelfs bijgepakt om te verifiëren of het de goede was.
Waarna hij een papiertje pakte, al haar gegevens opschreef en het vlotweg aan mij gaf.
Zodat ik nu op mijn gemakje stapels brieven kan gaan schrijven, mocht ik dat willen.
Vandaar: mensen zonder moraal moet je koesteren.
Je moet ze alleen niet in je vriendenkring toelaten. Dat zou dan weer dom zijn.
donderdag 29 januari
6 | 15:38
Dag dag
Rare dag, saaie dag.
Langzaam wakkerworden, vroeg naar fysio.
Bas die voorzichtig vraagt of mijn rug niet wat stijfjes voelt.
Stijfjes? Het voelt of mijn wervels in beton zijn gegoten.
Ja, ik wou het aardig brengen, maar als je het zelf zegt..
Terug naar huis.
Ruzie over hoe naar de psych.
Geen fiets, brult ma, het is GLAD.
Geen taxi, brul ik, dat DURF IK NIET.
Toch fiets. Ik krijg altijd mijn zin. Aldus het verwijt.
Sneeuwmodder spat op mijn nieuwe witte broek. Moe straft onmiddellijk, via God.
Uiteraard - hoe kan het ook anders - niets tegen de domme Augusta gezegd, over al mijn grieven.
Augusta had redelijk leuk haar vandaag en was liever en socialer dan ooit.
Ze heeft nog niet helemaal door dat de psychiater-from-hell mij heeft bestempeld als patient-from-hell. Dat ik beteugeld dien te worden, van repliek gediend, voortdurend en altijd. Dat mij niets mag worden gegund en dat ik bestraft dien te worden.
Ergens in het stafoverleg heeft ze die boodschap niet meegekregen.
Integendeel.
Natuurlijk begrijpt A. dat het een drukke tijd is. Dat er spanningen zijn. Natuurlijk hoef ik niet meteen in actie te komen vanaf 1 februari; het is goed dat ze weten wat ik wil, dat ik een beslissing heb genomen, maar natuurlijk mag ik een maandje wachten met beginnen. Eerst ook maar een kennismakingsgesprek met die ander; dan overleggen hoe nu verder.
Dat ik straks met mijn vader alleen kom, natuurlijk is dat niet goed en bedreigend en verontrustend. Maar kan er dan niet met spoed een woning worden geregeld voor mij? Dan wil zij natuurlijk best een brief schrijven aan de woningbouwvereniging. Natuurlijk. Want dat ik van hen eerst op kamers zou moeten is (natuurlijk) belachelijk, en bovendien helemaal geen optie.
Natuurlijk. Alles prima, alles goed. Laat maar horen hoe het gaat, wat je wilt, je mag zo vaak je wilt bij mij langskomen, al is het gewoon om je verhaal te doen, kijk maar wat mogelijk is, bel in elk geval die mevrouw en de woningbouw en het RIBW en mail me even, dan kijken we verder.
Stomme trut.
Ik had haar net zo'n duidelijke plek gegeven, gaat ze daar een beetje aan zitten sjorren.
Terug thuis. Lange dag, en toch pas halfelf.
Hapje eten.
Wachten. Wachten. Wachten.
Pakje dat zou komen maar niet wil, niet zal komen. Toch wachten.
Buiten regen, sneeuw, nieuwe regen, storm.
Bellen naar nieuwe loog, bellen naar woningbouw, bellen naar RIBW.
Alles geregeld, nog steeds saai.
Ma gaat naar haar huis, door weer en wind.
Ik kan niet mee, moet wachten op het pakje dat niet komt.
Was opgehangen, nieuwe was gedraaid, nieuwe was opgehangen.
Almaar wachten.
Te lusteloos voor totale paniek; zacht sudderend hyperventileren.
Beetje mailen, beetje uitgestelde zaken regelen.
Halfvier.
Lange dag, kale dag, vreemde dag.
En nu..?
Rare dag, saaie dag.
Langzaam wakkerworden, vroeg naar fysio.
Bas die voorzichtig vraagt of mijn rug niet wat stijfjes voelt.
Stijfjes? Het voelt of mijn wervels in beton zijn gegoten.
Ja, ik wou het aardig brengen, maar als je het zelf zegt..
Terug naar huis.
Ruzie over hoe naar de psych.
Geen fiets, brult ma, het is GLAD.
Geen taxi, brul ik, dat DURF IK NIET.
Toch fiets. Ik krijg altijd mijn zin. Aldus het verwijt.
Sneeuwmodder spat op mijn nieuwe witte broek. Moe straft onmiddellijk, via God.
Uiteraard - hoe kan het ook anders - niets tegen de domme Augusta gezegd, over al mijn grieven.
Augusta had redelijk leuk haar vandaag en was liever en socialer dan ooit.
Ze heeft nog niet helemaal door dat de psychiater-from-hell mij heeft bestempeld als patient-from-hell. Dat ik beteugeld dien te worden, van repliek gediend, voortdurend en altijd. Dat mij niets mag worden gegund en dat ik bestraft dien te worden.
Ergens in het stafoverleg heeft ze die boodschap niet meegekregen.
Integendeel.
Natuurlijk begrijpt A. dat het een drukke tijd is. Dat er spanningen zijn. Natuurlijk hoef ik niet meteen in actie te komen vanaf 1 februari; het is goed dat ze weten wat ik wil, dat ik een beslissing heb genomen, maar natuurlijk mag ik een maandje wachten met beginnen. Eerst ook maar een kennismakingsgesprek met die ander; dan overleggen hoe nu verder.
Dat ik straks met mijn vader alleen kom, natuurlijk is dat niet goed en bedreigend en verontrustend. Maar kan er dan niet met spoed een woning worden geregeld voor mij? Dan wil zij natuurlijk best een brief schrijven aan de woningbouwvereniging. Natuurlijk. Want dat ik van hen eerst op kamers zou moeten is (natuurlijk) belachelijk, en bovendien helemaal geen optie.
Natuurlijk. Alles prima, alles goed. Laat maar horen hoe het gaat, wat je wilt, je mag zo vaak je wilt bij mij langskomen, al is het gewoon om je verhaal te doen, kijk maar wat mogelijk is, bel in elk geval die mevrouw en de woningbouw en het RIBW en mail me even, dan kijken we verder.
Stomme trut.
Ik had haar net zo'n duidelijke plek gegeven, gaat ze daar een beetje aan zitten sjorren.
Terug thuis. Lange dag, en toch pas halfelf.
Hapje eten.
Wachten. Wachten. Wachten.
Pakje dat zou komen maar niet wil, niet zal komen. Toch wachten.
Buiten regen, sneeuw, nieuwe regen, storm.
Bellen naar nieuwe loog, bellen naar woningbouw, bellen naar RIBW.
Alles geregeld, nog steeds saai.
Ma gaat naar haar huis, door weer en wind.
Ik kan niet mee, moet wachten op het pakje dat niet komt.
Was opgehangen, nieuwe was gedraaid, nieuwe was opgehangen.
Almaar wachten.
Te lusteloos voor totale paniek; zacht sudderend hyperventileren.
Beetje mailen, beetje uitgestelde zaken regelen.
Halfvier.
Lange dag, kale dag, vreemde dag.
En nu..?
1 | 15:22
To & From
Nou dàt weer:
Nog geen uur later:
Nou ja. In elk geval geven ze, voor de verandering, bijna onheilspellend snel antwoord.
Nou dàt weer:
To: info@nokia-codes.com
Subject: default code Nokia 3100
Dear Sir, Madam,
Recently I bought a Nokia 3100.
I haven't changed any of the default codes, except for my PIN-code (the one which is asked for when you switch on your phone).
Today, I wanted to change the default lock code, which should be 12345, but this code didn't work.
The default code, in other words, is not the default as said in the guide or manual of tutorial.
Could you help me please?
There seem to be a lot of functions for which one needs this code; all of which functions I can't use now.
Kind regards,
Ms Puck
Nog geen uur later:
From: clubnokiacareline.dut@nokia.comBut I didn't change anything verdorie!!!
Subject: RE:pc/vvm/29/01/04 Fw: default code Nokia 3100 | Our Ref: 1-3KQY5 5
Dear Sir/Madam
Thank you for contacting Club Nokia Careline.
The default security code for Nokia mobile phones is 12345.
If your phone does not accept this, the code has been changed. In order to
obtain the security code, you can take your phone to one of your Service
Points where it can be scanned. Please note that there may be a charge
attached to the service. You can contact a Nokia Authorized Service Point
for further information. Your closest service point can be found on
www.nokia.be
If you have any further questions, please do not hesitate to contact us
again.
Yours faithfully
Nokia Service Professional
UK & Ireland Team
Club Nokia Careline
Nou ja. In elk geval geven ze, voor de verandering, bijna onheilspellend snel antwoord.
9 | 07:50
Pat
Vandaag om halftien heb ik een afspraak met mijn psychologe.
Eindelijk zal ik haar de waarheid zeggen.
Ik zal haar zeggen dat ze dom is, te stompzinnig om voor de duvel te dansen. Dat ze mij niet begrijpt, me ook nooit zàl begrijpen, dat ik niet eens wil dat ze me begrijpt. Omdat dat begrijpen een toevalstreffer zal zijn, en ik niet wil weten wat haar oenige brein verder met die plots verkregen kennis zal doen.
Dat ze beter van baan kan wisselen, omdat haar gebrek aan daadkracht en haar vriendelijk optimisme, haar hypersociale dweilerige houding niet aan mij besteed is en dat ze beter kleuterjuf kan worden omdat dat een leeftijdsgroep is waarbij ze vast meer aansluiting zal vinden.
Ik zal haar zeggen dat ze er ook dom uitziet, met haar grote dwaze ogen en haar iets openstaande mond. Dat ze een suf kapsel heeft en zich slecht kleedt. Dat de enige reden waarom ze wat mij betreft mag blijven is dat ze bloedmooie schoenen heeft.
Maandag heb ik een afspraak met mijn psychiater.
Eindelijk zal ik hem de waarheid vertellen.
Ik zal hem zeggen dat hij een arrogante kwal is, een hyperactieve klootzak zonder gevoel, die dwars over me heenwalst en niet van plan is ooit naar me te luisteren. Dat God een fout heeft begaan door hem zoveel intellect toe te bedelen, want dat hij het niet waard is omdat hij het misbruikt; nooit gebruikt en inzet voor zijn beroepsuitoefening.
Ik zal hem zeggen dat hij de grootste borderliner van al is, dat hij zichzelf eens pillen moet voorschrijven. Dat hij moet opgroeien, in plaats van zich als een puber te gedragen. Recalcitrant, aanmatigend, respectloo en kleinerend. Denkend alle wijsheid is pacht te hebben, niet naar zijn leeftijd en ambt levend. Nog niet de suggestie van bescherming of veiligheid uitstralend. Bloed onder de nagels vandaan halend. Weerzinwekkend mannetje, met zijn stoere cowboylaarzen en strakke leren broek.
Ik ga het ze zeggen.
Ik ga me lekker niet aan de opgelegde termijn houden, van "1 februari en dan moeten we weten hoe je verder wilt anders schrijven we je uit."
Pfff.
Ik heb ze helemaal niet nodig.
Zo slecht gaat het toch niet met me..?
Vandaag om halftien heb ik een afspraak met mijn psychologe.
Eindelijk zal ik haar de waarheid zeggen.
Ik zal haar zeggen dat ze dom is, te stompzinnig om voor de duvel te dansen. Dat ze mij niet begrijpt, me ook nooit zàl begrijpen, dat ik niet eens wil dat ze me begrijpt. Omdat dat begrijpen een toevalstreffer zal zijn, en ik niet wil weten wat haar oenige brein verder met die plots verkregen kennis zal doen.
Dat ze beter van baan kan wisselen, omdat haar gebrek aan daadkracht en haar vriendelijk optimisme, haar hypersociale dweilerige houding niet aan mij besteed is en dat ze beter kleuterjuf kan worden omdat dat een leeftijdsgroep is waarbij ze vast meer aansluiting zal vinden.
Ik zal haar zeggen dat ze er ook dom uitziet, met haar grote dwaze ogen en haar iets openstaande mond. Dat ze een suf kapsel heeft en zich slecht kleedt. Dat de enige reden waarom ze wat mij betreft mag blijven is dat ze bloedmooie schoenen heeft.
Maandag heb ik een afspraak met mijn psychiater.
Eindelijk zal ik hem de waarheid vertellen.
Ik zal hem zeggen dat hij een arrogante kwal is, een hyperactieve klootzak zonder gevoel, die dwars over me heenwalst en niet van plan is ooit naar me te luisteren. Dat God een fout heeft begaan door hem zoveel intellect toe te bedelen, want dat hij het niet waard is omdat hij het misbruikt; nooit gebruikt en inzet voor zijn beroepsuitoefening.
Ik zal hem zeggen dat hij de grootste borderliner van al is, dat hij zichzelf eens pillen moet voorschrijven. Dat hij moet opgroeien, in plaats van zich als een puber te gedragen. Recalcitrant, aanmatigend, respectloo en kleinerend. Denkend alle wijsheid is pacht te hebben, niet naar zijn leeftijd en ambt levend. Nog niet de suggestie van bescherming of veiligheid uitstralend. Bloed onder de nagels vandaan halend. Weerzinwekkend mannetje, met zijn stoere cowboylaarzen en strakke leren broek.
Ik ga het ze zeggen.
Ik ga me lekker niet aan de opgelegde termijn houden, van "1 februari en dan moeten we weten hoe je verder wilt anders schrijven we je uit."
Pfff.
Ik heb ze helemaal niet nodig.
Zo slecht gaat het toch niet met me..?
§ | 05:42
Wien gloeiend bloed door d'aadren vloeit
Ha lekker, raampje open: lekker fris.
Waarmee dan maar weer is bewezen dat men bij ernstige kou niets heeft aan warme truien, dikke dekens en de CV op maximaal. De meest simpele en meest effectieve remedie is nog altijd: koud douchen.
Ha lekker, raampje open: lekker fris.
Waarmee dan maar weer is bewezen dat men bij ernstige kou niets heeft aan warme truien, dikke dekens en de CV op maximaal. De meest simpele en meest effectieve remedie is nog altijd: koud douchen.
woensdag 28 januari
4 | 14:33
Tussendoor
Hé, ik ben thuis.
Kijk mij nou.
Half uurtje, dan weer weg.
Wat hebben we tot nu toe gedaan?
Precies volgens planning, eigenlijk.
Eerst markt.
KOUD!!
Maar wel een prachtige theedoek gekregen. De bakker was ook trots op mijn volle spaarkaart.
Toen gewerkt.
Ik moest invallen en werte samen met een boomlange Pim en een Afghaanse mevrouw. De Afghaanse had drie kinderen, waarvan twee op mijn eigen oude gymnasium zaten. Dat zou kunnen binden, maar deed het niet, aangezien de kinderen ergens de afgelopen jaren al hun kennis voor zichzelf hadden gehouden en ik dus drie uur bezig was met vertellen wat hagelslag en jam en servetten en zakdoekjes zijn.
De boomlange Pim was vooral nonchalant en zwierde vrolijk door winkel en huis.
Waardoor ik, de invalkracht en assistent, feitelijk de hele winkel runde. Wat ook wel weer stoer was.
Die portemonnee van mij, dat had ik goed door. Die lag daar onder de toonbank en die moest ik beslist niet vergeten mee te nemen. En dat zou ook niet gaan gebeuren, oh nee.
Aldus herinnerde ik me toen ik geldloos bij het reformhuis stond.
Ik sta in het zwarte boek nu. Wat ook wel weer stoer was.
Daarna, ook geheel volgens planning, anderhalf uur wachten op moeders bij de sociale dienst.
Wist u dat ze daar een wc hebben met blacklight?
Hele gemeen. Sta je te wachten op bijzondere bijstand voor de aanschaf van, ik noem maar wat, een stofzuiger; ga je naar de wc en blijkt je hele trui op te lichten, door alle kleine stofjes die erin zijn gekropen.
En mijn benen gaven licht. Het is hoog tijd dat het zomer wordt.
Ik schreef een brief aan H., at vier fruitmentosjes en een stophoest en dronk een blikje cola, en toen was ik heel misselijk.
Toen dat net was gezakt hoorde ik een keiharde gewrichts-krak.
Ik kromp in elkaar, keek op en zag de Afrikaanse reus tegenover me net zo verveeld zitten zijn als ik. Mijn ineenkrimpen gaf hem geloof ik een goed gevoel, dus zei ik bibberig dat 'that can't be good..!'.
Hij sprak enkel Engels, you know.
Meneer grijnsde en keek trots, en zei dat dat nou eenmaal gebeurde als je trainde.
Pff. Ik train ook, en ik heb nooit knak. Ik kan wel al mijn gewrichten heen en weer buigen, op een zeer tegennatuurlijke manier.
Hij knakte nog meer, en ik deed nog meer krimp en verschrikt en giechelig. Wat hij weer leuk vond. Gun hem ook z'n lol.
Toen kwam er een dame heel hoog klikklakkend op hakjes, en we deden het allebei spottend na met ons hoofd.
Reuze knus allemaal.
Hij vroeg me of die mevrouw, net naast mij, mijn mother was geweest, ik zei van yes en deed weer giechelig en 'no really??' toen hij zei dat we zo alike waren.
Allemaal nog knusser.
En toen kwam moeders terug uit haar bijstandshokje; ik zei koeler dan cool 'bye' en marcheerde weg. De eerst zo trotse meneer sip achterlatend.
Gun mij ook mijn lol.
Terug op de fiets, koud koud KOUD, portemonnee afgehaald, even thuis, kopje koffie, straks weer weg.
En verder, volgens planning.
Hé, ik ben thuis.
Kijk mij nou.
Half uurtje, dan weer weg.
Wat hebben we tot nu toe gedaan?
Precies volgens planning, eigenlijk.
Eerst markt.
KOUD!!
Maar wel een prachtige theedoek gekregen. De bakker was ook trots op mijn volle spaarkaart.
Toen gewerkt.
Ik moest invallen en werte samen met een boomlange Pim en een Afghaanse mevrouw. De Afghaanse had drie kinderen, waarvan twee op mijn eigen oude gymnasium zaten. Dat zou kunnen binden, maar deed het niet, aangezien de kinderen ergens de afgelopen jaren al hun kennis voor zichzelf hadden gehouden en ik dus drie uur bezig was met vertellen wat hagelslag en jam en servetten en zakdoekjes zijn.
De boomlange Pim was vooral nonchalant en zwierde vrolijk door winkel en huis.
Waardoor ik, de invalkracht en assistent, feitelijk de hele winkel runde. Wat ook wel weer stoer was.
Die portemonnee van mij, dat had ik goed door. Die lag daar onder de toonbank en die moest ik beslist niet vergeten mee te nemen. En dat zou ook niet gaan gebeuren, oh nee.
Aldus herinnerde ik me toen ik geldloos bij het reformhuis stond.
Ik sta in het zwarte boek nu. Wat ook wel weer stoer was.
Daarna, ook geheel volgens planning, anderhalf uur wachten op moeders bij de sociale dienst.
Wist u dat ze daar een wc hebben met blacklight?
Hele gemeen. Sta je te wachten op bijzondere bijstand voor de aanschaf van, ik noem maar wat, een stofzuiger; ga je naar de wc en blijkt je hele trui op te lichten, door alle kleine stofjes die erin zijn gekropen.
En mijn benen gaven licht. Het is hoog tijd dat het zomer wordt.
Ik schreef een brief aan H., at vier fruitmentosjes en een stophoest en dronk een blikje cola, en toen was ik heel misselijk.
Toen dat net was gezakt hoorde ik een keiharde gewrichts-krak.
Ik kromp in elkaar, keek op en zag de Afrikaanse reus tegenover me net zo verveeld zitten zijn als ik. Mijn ineenkrimpen gaf hem geloof ik een goed gevoel, dus zei ik bibberig dat 'that can't be good..!'.
Hij sprak enkel Engels, you know.
Meneer grijnsde en keek trots, en zei dat dat nou eenmaal gebeurde als je trainde.
Pff. Ik train ook, en ik heb nooit knak. Ik kan wel al mijn gewrichten heen en weer buigen, op een zeer tegennatuurlijke manier.
Hij knakte nog meer, en ik deed nog meer krimp en verschrikt en giechelig. Wat hij weer leuk vond. Gun hem ook z'n lol.
Toen kwam er een dame heel hoog klikklakkend op hakjes, en we deden het allebei spottend na met ons hoofd.
Reuze knus allemaal.
Hij vroeg me of die mevrouw, net naast mij, mijn mother was geweest, ik zei van yes en deed weer giechelig en 'no really??' toen hij zei dat we zo alike waren.
Allemaal nog knusser.
En toen kwam moeders terug uit haar bijstandshokje; ik zei koeler dan cool 'bye' en marcheerde weg. De eerst zo trotse meneer sip achterlatend.
Gun mij ook mijn lol.
Terug op de fiets, koud koud KOUD, portemonnee afgehaald, even thuis, kopje koffie, straks weer weg.
En verder, volgens planning.
15 | 06:35
Niet vergeten: printje mail H. mee
Planning van vandaag:
8.00 : markt - boodschappen
8.30 - 11.30 : werk
12.00 - 13.30 : MaPuck naar sociale dienst en bijstandsdinges, Puck mee voor support enzo (niet vergeten: printje mail H. mee, antwoord schrijven)
14.00 - 18.00 : KlussenZonderKijkers
18.45 - 19.45 : Sporten
20.00 - 20.30 : kleren opruimen/wasmand; mezelf opruimen/wasmand; spullen volgende ochtend klaarleggen; fruithapje/medicijnen/thee
20.30 - 21.30 tv + wachten op slaap
Tussen bedrijven door: eten en drinken. Misschien even thuis voor mail en hallo lieve schat ik hou van jou.
In the meantime hier de beloofde foto (snel handelen voor ik me bedenk).
Genomen door Rob met een mij onbekende camera op 29-09-2001.
Mocht u op grond van deze foto zeggen: "verdomd, ik ken jou", dan zou ik het graag horen.
Helaas, u heeft uw kans gehad.
Op veler verzoek (en dank met grijns aan Luuk) is de foto weer weggehaald.
Pech gehad, volgende keer beter.
Dag dag, tot later.
Planning van vandaag:
8.00 : markt - boodschappen
8.30 - 11.30 : werk
12.00 - 13.30 : MaPuck naar sociale dienst en bijstandsdinges, Puck mee voor support enzo (niet vergeten: printje mail H. mee, antwoord schrijven)
14.00 - 18.00 : KlussenZonderKijkers
18.45 - 19.45 : Sporten
20.00 - 20.30 : kleren opruimen/wasmand; mezelf opruimen/wasmand; spullen volgende ochtend klaarleggen; fruithapje/medicijnen/thee
20.30 - 21.30 tv + wachten op slaap
Tussen bedrijven door: eten en drinken. Misschien even thuis voor mail en hallo lieve schat ik hou van jou.
Genomen door Rob met een mij onbekende camera op 29-09-2001.
Mocht u op grond van deze foto zeggen: "verdomd, ik ken jou", dan zou ik het graag horen.
Helaas, u heeft uw kans gehad.
Op veler verzoek (en dank met grijns aan Luuk) is de foto weer weggehaald.
Pech gehad, volgende keer beter.
Dag dag, tot later.
dinsdag 27 januari
5 | 19:30
Spanning en Sensatie
Oh wacht.
Ik had wèl wat meegemaakt vandaag.
Ik zou een kleed gaan kopen, omdat mijn linoleum zo koud en lelijk is.
Het kleed was mooi, maar het andere kleed ook. Dus sloot ik een deal met de kleedmeneer: ik zou ze allebei kopen, en dan thuis uitproberen en om vijf uur de afvaller terugbrengen.
Zo gezegd, zo gedaan. Soort van.
Om elk kleed drie vuilniszakken en boel plakband ter bescherming. Mam de lichtste, ik de zwaarste op de fiets. Stap stap stap naar huis. Dat is twintig minuten, vanaf de kleedmeneer.
Toen ging het regenen. Drup drup splat splat kletter kletter drijf zwem.
Geen van beide kleden bleek in mijn interieur te passen. Afstotingsverschijnselen.
Mijn vloer bleek naast de kleden ineens wel èrg armoedig. Flets. Zielig. Sneu.
Dus beide kleden weer opgerold. En in droge vuilniszakken gewikkeld.
Lang telefoongesprek gehad met een vinylmeneer. Een hele lieve meneer, die me allerlei hoopvolle dingen vertelde over gratis langskomen en linoleum opschuren of vinyl over linoleum 'zonder het extra kostenplaatje van weghalen'.
Toen waren er ineens drie uur voorbij en gingen we weer terug. Met twee kleden. Mam de lichtste, ik de zwaarste op de fiets. En natuurlijk weer het fijne gezelschap van de regen.
Onderweg kwamen we ex-vriendje D. tegen.
Mijn moeder snapt het nog steeds niet. Dat, als je zestien bent, zo'n torso heel belangrijk is. Zo belangrijk dat je het voor lief neemt dat de eigenaar ervan ook nog praat. Maar dat als je zesentwintig bent en in de regen loopt en ten eerste het torso is ingepakt in lagen kleding en ten tweede je hormoonhuishouding wat meer op orde is zodat je ook voorbij torso kan denken, er alleen nog maar het gebrek aan inhoud is. En de onharmonieuze stem. En de schelle platte taal. En de nog steeds even onvolwassen humor en gespreksonderwerpen. En dat je dan niet met zo iemand wil oplopen.
Maar even later was het voorbij en had ik mijn geld terug en was D. naar huis en gingen we weer verfbranden.
En toen en toen en toen.
Zesjarig proza, zesjarig avontuur.
Met uitzondering van het feit dat het me ineens frappeerde hoe hardnekkig een eetstoornis is.
Dat ik, na al die tijd, niet denk in hoeveelheid gedane arbeid, maar in vermoede hoeveelheid verbrande calorieën.
En nu zijn we weer thuis.
Oh, en mijn haar is waanzinnig lang opeens.
Ik vermoed dat dat al een tijdje zo is, of langzaam zo is geworden, maar het viel me ineens op. Hoe lang het weer is. Voor mijn doen dan. Gezien de afgelopen stekeltjesjaren.
Ik zal nog eens een foto plaatsen, trouwens. Speciaal voor de hardcore lezers: dat u kunt zien hoe ik toen was. Daar lijk ik toch geen klap meer op.
Tenzij u zegt: nou nee, laat maar. Dan niet.
En nu?
Weet niet.
Fruithapje. Medicijnen. Kopje thee. Slapen.
Morgen weer een dag.
Oh wacht.
Ik had wèl wat meegemaakt vandaag.
Ik zou een kleed gaan kopen, omdat mijn linoleum zo koud en lelijk is.
Het kleed was mooi, maar het andere kleed ook. Dus sloot ik een deal met de kleedmeneer: ik zou ze allebei kopen, en dan thuis uitproberen en om vijf uur de afvaller terugbrengen.
Zo gezegd, zo gedaan. Soort van.
Om elk kleed drie vuilniszakken en boel plakband ter bescherming. Mam de lichtste, ik de zwaarste op de fiets. Stap stap stap naar huis. Dat is twintig minuten, vanaf de kleedmeneer.
Toen ging het regenen. Drup drup splat splat kletter kletter drijf zwem.
Geen van beide kleden bleek in mijn interieur te passen. Afstotingsverschijnselen.
Mijn vloer bleek naast de kleden ineens wel èrg armoedig. Flets. Zielig. Sneu.
Dus beide kleden weer opgerold. En in droge vuilniszakken gewikkeld.
Lang telefoongesprek gehad met een vinylmeneer. Een hele lieve meneer, die me allerlei hoopvolle dingen vertelde over gratis langskomen en linoleum opschuren of vinyl over linoleum 'zonder het extra kostenplaatje van weghalen'.
Toen waren er ineens drie uur voorbij en gingen we weer terug. Met twee kleden. Mam de lichtste, ik de zwaarste op de fiets. En natuurlijk weer het fijne gezelschap van de regen.
Onderweg kwamen we ex-vriendje D. tegen.
Mijn moeder snapt het nog steeds niet. Dat, als je zestien bent, zo'n torso heel belangrijk is. Zo belangrijk dat je het voor lief neemt dat de eigenaar ervan ook nog praat. Maar dat als je zesentwintig bent en in de regen loopt en ten eerste het torso is ingepakt in lagen kleding en ten tweede je hormoonhuishouding wat meer op orde is zodat je ook voorbij torso kan denken, er alleen nog maar het gebrek aan inhoud is. En de onharmonieuze stem. En de schelle platte taal. En de nog steeds even onvolwassen humor en gespreksonderwerpen. En dat je dan niet met zo iemand wil oplopen.
Maar even later was het voorbij en had ik mijn geld terug en was D. naar huis en gingen we weer verfbranden.
En toen en toen en toen.
Zesjarig proza, zesjarig avontuur.
Met uitzondering van het feit dat het me ineens frappeerde hoe hardnekkig een eetstoornis is.
Dat ik, na al die tijd, niet denk in hoeveelheid gedane arbeid, maar in vermoede hoeveelheid verbrande calorieën.
En nu zijn we weer thuis.
Oh, en mijn haar is waanzinnig lang opeens.
Ik vermoed dat dat al een tijdje zo is, of langzaam zo is geworden, maar het viel me ineens op. Hoe lang het weer is. Voor mijn doen dan. Gezien de afgelopen stekeltjesjaren.
Ik zal nog eens een foto plaatsen, trouwens. Speciaal voor de hardcore lezers: dat u kunt zien hoe ik toen was. Daar lijk ik toch geen klap meer op.
Tenzij u zegt: nou nee, laat maar. Dan niet.
En nu?
Weet niet.
Fruithapje. Medicijnen. Kopje thee. Slapen.
Morgen weer een dag.
3 | 15:03
Inspiratiecreatieprestatie
Eigenlijk bestaan mijn dagen op het moment voornamelijk uit slapen, eten, drinken, verfafbranden en in paniek zijn.
Goed beschouwd is het best knap dat ik hier überhaupt nog iets weet te schrijven.
Eigenlijk bestaan mijn dagen op het moment voornamelijk uit slapen, eten, drinken, verfafbranden en in paniek zijn.
Goed beschouwd is het best knap dat ik hier überhaupt nog iets weet te schrijven.
maandag 26 januari
10 | 18:33
Spoed
Eerst zat er helemaal niets. Behalve gewoon buik.
Toen zat er ineens een moedervlekje.
Het moedervlekje werd groter en boller.
En toen ging het stuk en schrok ik me een ongeluk.
Huisarts, dus.
De huisarts liep een halfuur achter en de wachtkamer zat bomvol.
Ergens kwam de huisarts om een hoek voor een volgende patient; we hoorden hem zeggen "zo, kom verder, hoe is het?" en mijn moeder zei hardop: "wat een onzinnige vraag! Natuurlijk gaat het niet goed, wat dacht hij dan? Dat we hier voor de gezelligheid kwamen?"
Zelden heeft ze met een opmerking zo'n succes gehad. Ieders ijs was gebroken en het werd, inderdaad, een reuze gezellige boel.
Zeker toen de oudere dame naast ons uitgebreid vertelde hoe ze was beroofd van handtas en pinpas en vervolgens van al haar spaarcentjes.
En helemaal toen het spoedgevalletje (boel spoed, klein geval) werd binnengereden.
Klein kindeke in buggy, brede grijns onder een zo mogelijk nog bredere jaap in het voorhoofd. Bloed gutsend over het hoofdje, iedereen in afgrijzen behalve het kind zelf.
De assistente bleef koelbloedig en ging met lapjes en water in de weer, met de onsterfelijke woorden "daar gaan we wat aan doen, je ziet er niet uit natuurlijk!"
Het bracht de wachtenden nog meer samen.
Kind werd afgevoerd naar de spreekkamer, alwaar al spoedig een luid gebrul weerklonk. Of het kind geslacht werd.
Nu mijn moeder toch de stand-upper van de ruimte was kwam ze helemaal los en zei duister: "Net lachtte ze nog. De dokter is een beul, dat merken we nu maar".
De rest deed mee.
De man die monter bij binnenkomst had gezegd: "zo, goed beklante zaak hier!" en bij het neerzitten een geruststellend "ik heb geen griep hoor!" sprak zei nu (nog altijd zeer in zijn schik): "misschien kan hij er wel helemaal niets van".
Drama alom. Knus samen griezelen.
Wie durft er nog naar binnen?
Ik. Ik moest wel, ik was de eerstvolgende. Na een uur. Dat halve uur vertraging was wat vertraagd.
Dokter was in een opperbest humeur. Gewoonlijk is het een humeurige vent, van een verzuurde ouwelijkheid die absoluut niet strookt met zijn jeugd, maar spoedgevallen doen hem altijd goed.
Eens had mijn vader een nachtelijke astma-aanval; dokter-lief kwam vijf keer langs en 's ochtends nog twee keer, schreef voor en injecteerde en suste en was werkelijk de charme zelve.
Ik zei hem: u realiseert zich wel dat iedereen in de wachtkamer nu zit te sidderen en u beschouwt als beul..?
Hij leek in zijn nopjes om dat idee en schaterlachte.
Daarna mocht ik strippen.
Geen bewondering om mijn schitterende Bert&Ernie-pleister (Merel: de laatste!!) en daarmee natuurlijk mijn ego kwetsend; vervolgens mijn bultje een 'wratje' noemen en me nog meer beledigend.
Wratjes zijn die roze pruttige fruttige gedrochtjes waarom je op de lagere school zelfs de populairste van de klas ineens mijlenver uit de buurt ging. Wratten klinken smerig en brrrr en gatverdamme. En beslist niet ernstig.
Ik had een dingetje waarom ik me wekenlang had zitten opvreten van de zenuwen; dat mag men niet zomaar een wratje noemen.
Maar nee hoor: 3D-moedervlekken heten in dermatologische kringen ineens wratten.
Afijn.
In de gaten houden, nieuwe pleister, over drie weken terugkomen en dan zou hij hem wegvriezen.
Pardon? Kon hij dat zomaar? Ook die andere, die ik al vanaf mijn geboorte heb en waarvoor ik al van kleinsaf aan een Grote Griezelige Snijafspraak in mijn hoofd had zitten?
Domme ik, om die zomaar te noemen. Hij was op dreef, immers.
"Ja hoor. Maak maar een dubbele afspraak, dan doen we alles in één keer."
Over drie weken. En ga ik dan net zo hard gillen als dat kind net?
Weer een schaterlach. "Nee hoor."
Over drie weken.. op welke dag bent u op uw best?
"Ik ben altijd heel goed"
En daar moeten we dan maar op hopen.
Als u op donderdag de 12e een enthousiasmerend spoedgeval wilt zijn, dan zou ik u zeer dankbaar zijn.
Eerst zat er helemaal niets. Behalve gewoon buik.
Toen zat er ineens een moedervlekje.
Het moedervlekje werd groter en boller.
En toen ging het stuk en schrok ik me een ongeluk.
Huisarts, dus.
De huisarts liep een halfuur achter en de wachtkamer zat bomvol.
Ergens kwam de huisarts om een hoek voor een volgende patient; we hoorden hem zeggen "zo, kom verder, hoe is het?" en mijn moeder zei hardop: "wat een onzinnige vraag! Natuurlijk gaat het niet goed, wat dacht hij dan? Dat we hier voor de gezelligheid kwamen?"
Zelden heeft ze met een opmerking zo'n succes gehad. Ieders ijs was gebroken en het werd, inderdaad, een reuze gezellige boel.
Zeker toen de oudere dame naast ons uitgebreid vertelde hoe ze was beroofd van handtas en pinpas en vervolgens van al haar spaarcentjes.
En helemaal toen het spoedgevalletje (boel spoed, klein geval) werd binnengereden.
Klein kindeke in buggy, brede grijns onder een zo mogelijk nog bredere jaap in het voorhoofd. Bloed gutsend over het hoofdje, iedereen in afgrijzen behalve het kind zelf.
De assistente bleef koelbloedig en ging met lapjes en water in de weer, met de onsterfelijke woorden "daar gaan we wat aan doen, je ziet er niet uit natuurlijk!"
Het bracht de wachtenden nog meer samen.
Kind werd afgevoerd naar de spreekkamer, alwaar al spoedig een luid gebrul weerklonk. Of het kind geslacht werd.
Nu mijn moeder toch de stand-upper van de ruimte was kwam ze helemaal los en zei duister: "Net lachtte ze nog. De dokter is een beul, dat merken we nu maar".
De rest deed mee.
De man die monter bij binnenkomst had gezegd: "zo, goed beklante zaak hier!" en bij het neerzitten een geruststellend "ik heb geen griep hoor!" sprak zei nu (nog altijd zeer in zijn schik): "misschien kan hij er wel helemaal niets van".
Drama alom. Knus samen griezelen.
Wie durft er nog naar binnen?
Ik. Ik moest wel, ik was de eerstvolgende. Na een uur. Dat halve uur vertraging was wat vertraagd.
Dokter was in een opperbest humeur. Gewoonlijk is het een humeurige vent, van een verzuurde ouwelijkheid die absoluut niet strookt met zijn jeugd, maar spoedgevallen doen hem altijd goed.
Eens had mijn vader een nachtelijke astma-aanval; dokter-lief kwam vijf keer langs en 's ochtends nog twee keer, schreef voor en injecteerde en suste en was werkelijk de charme zelve.
Ik zei hem: u realiseert zich wel dat iedereen in de wachtkamer nu zit te sidderen en u beschouwt als beul..?
Hij leek in zijn nopjes om dat idee en schaterlachte.
Daarna mocht ik strippen.
Geen bewondering om mijn schitterende Bert&Ernie-pleister (Merel: de laatste!!) en daarmee natuurlijk mijn ego kwetsend; vervolgens mijn bultje een 'wratje' noemen en me nog meer beledigend.
Wratjes zijn die roze pruttige fruttige gedrochtjes waarom je op de lagere school zelfs de populairste van de klas ineens mijlenver uit de buurt ging. Wratten klinken smerig en brrrr en gatverdamme. En beslist niet ernstig.
Ik had een dingetje waarom ik me wekenlang had zitten opvreten van de zenuwen; dat mag men niet zomaar een wratje noemen.
Maar nee hoor: 3D-moedervlekken heten in dermatologische kringen ineens wratten.
Afijn.
In de gaten houden, nieuwe pleister, over drie weken terugkomen en dan zou hij hem wegvriezen.
Pardon? Kon hij dat zomaar? Ook die andere, die ik al vanaf mijn geboorte heb en waarvoor ik al van kleinsaf aan een Grote Griezelige Snijafspraak in mijn hoofd had zitten?
Domme ik, om die zomaar te noemen. Hij was op dreef, immers.
"Ja hoor. Maak maar een dubbele afspraak, dan doen we alles in één keer."
Over drie weken. En ga ik dan net zo hard gillen als dat kind net?
Weer een schaterlach. "Nee hoor."
Over drie weken.. op welke dag bent u op uw best?
"Ik ben altijd heel goed"
En daar moeten we dan maar op hopen.
Als u op donderdag de 12e een enthousiasmerend spoedgeval wilt zijn, dan zou ik u zeer dankbaar zijn.
3 | 05:42
Vaag
[Grote warrige massa van heen en weer reizen en een groot zakelijk gebouw en een groot cultureel gebouw en heel veel mensen en elkaar mislopen en terugvinden en foute vriendjes die uiteindelijk toch goed blijken te zijn en een zolder met een wenteltrap en natuurlijk een supermarkt oh en een tram en..]
Chris Zegers kent invloedrijke oude dametjes.
Einde droom.
[Grote warrige massa van heen en weer reizen en een groot zakelijk gebouw en een groot cultureel gebouw en heel veel mensen en elkaar mislopen en terugvinden en foute vriendjes die uiteindelijk toch goed blijken te zijn en een zolder met een wenteltrap en natuurlijk een supermarkt oh en een tram en..]
Chris Zegers kent invloedrijke oude dametjes.
Einde droom.
zondag 25 januari
8 | 07:27
Kaalslag
Daar zit ik dan, in een kale kamer. Koud en kil, verlaten en hol. Muf.
En ik wil u waarschuwen. Zodat u niet hetzelfde zal overkomen.
Wellicht zult u in de - verre of nabije - toekomst iemand helpen met verbouwen.
Of opruimen. Of schoonmaken.
En ondanks dat u elke dag afgemat bent, ondanks dat u altijd vies en plakkerig of stoffig lijkt te zijn, ondanks dat uw vingers ruw, uw handen beblaard en uw knieën geschaafd zijn, ondanks dat het schuren en schrobben en hameren en boenen u op een gegeven moment de neus uitkomt en u niet gelooft er ooit nog aan te willen beginnen - ondanks dat alles zal er een moment komen dat u thuiskomt en denkt: dat tapijt ziet er natuurlijk niet uit.
Geef geen gehoor aan die stem.
Natuurlijk is het zo. Dat tapijt ziet er ook niet uit.
Eens was het grijsblauw, nu voornamelijk vaalgrauw.
Het komt van Leenbakker - geen geld voor beter - en het is zelf gelegd - geen geld voor leggen - over het oude linoleum heen - geen geld om dat te verwijderen.
Het bobbelt al vanaf dag één, het is een stofnest en al met al moet het gewoon wèg.
Maar doe het niet.
Of wacht tenminste, tot een vrije, rustige dag.
Want voor u het weet bent u om vijf uur 's avonds uw dressoir aan het uitladen, om het vervolgens de kamer uit te zeulen om zodoende nog iets van ruimte te creeeren. En begint u uw tapijt om de overige meubels heen weg te snijden.
De schuimlaag op de achterzijde blijkt te hebben losgelaten; het weefselpatroon is op mysterieuze wijze tot in het linoleum doorgetrokken, zodat dat nu geribbeld is; o-ve-ral schuim, vastgeplakt en ingebed in de ontstane kanaaltjes.
U weet opeens weer waarom het tapijt er in de eerste plaats moest komen: want God wat is dat linoleum lelijk. Donkergrijs met een zachtblauw dat wordt weggejaagd als zomerlucht door een onweersbui. Duister, grauw, hard.
En vlekken. Overal vlekken. Nagellak, dat potje dat omviel toen je een jaar of min-tien was. Verf. Tipp-ex. Zwart, bruin, wit, rood van ondefinieerbare herkomst.
En voor u het weet zit u tot acht uur te schrapen en te schrobben.
Met een plamuurmes, voor het schuim.
Met aceton, voor de verf- en nagellakvlekken.
Met een houten borstel en vim. Stapje voor stapje, centimeter voor centimeter.
Met Saint Marc. Die u later in de wc wegspoelt; waarna u tijdens het plassen een soort Vicks-sensatie hebt die, na enig overwegen, heel beslist heel onprettig is maar nog uren voelbaar blijft.
En voor u het weet wordt u op zondagochtend om halfzes wakker.
U zet uw warme slaapvoeten op een onverwacht ijskoud stuk vloer, hoort uw rillen en klapperen van tanden tegen muur en vloer weerkaatsen en beseft dat u op deze vroege vrije ochtend uw bureau zult moeten uitruimen en verplaatsen. Alsook uw bed. Om de rest van de vloer te schuren en vegen en soppen.
Ik zeg het u.
Doe het niet.
Heus, uw huis is goed zo.
Daar zit ik dan, in een kale kamer. Koud en kil, verlaten en hol. Muf.
En ik wil u waarschuwen. Zodat u niet hetzelfde zal overkomen.
Wellicht zult u in de - verre of nabije - toekomst iemand helpen met verbouwen.
Of opruimen. Of schoonmaken.
En ondanks dat u elke dag afgemat bent, ondanks dat u altijd vies en plakkerig of stoffig lijkt te zijn, ondanks dat uw vingers ruw, uw handen beblaard en uw knieën geschaafd zijn, ondanks dat het schuren en schrobben en hameren en boenen u op een gegeven moment de neus uitkomt en u niet gelooft er ooit nog aan te willen beginnen - ondanks dat alles zal er een moment komen dat u thuiskomt en denkt: dat tapijt ziet er natuurlijk niet uit.
Geef geen gehoor aan die stem.
Natuurlijk is het zo. Dat tapijt ziet er ook niet uit.
Eens was het grijsblauw, nu voornamelijk vaalgrauw.
Het komt van Leenbakker - geen geld voor beter - en het is zelf gelegd - geen geld voor leggen - over het oude linoleum heen - geen geld om dat te verwijderen.
Het bobbelt al vanaf dag één, het is een stofnest en al met al moet het gewoon wèg.
Maar doe het niet.
Of wacht tenminste, tot een vrije, rustige dag.
Want voor u het weet bent u om vijf uur 's avonds uw dressoir aan het uitladen, om het vervolgens de kamer uit te zeulen om zodoende nog iets van ruimte te creeeren. En begint u uw tapijt om de overige meubels heen weg te snijden.
De schuimlaag op de achterzijde blijkt te hebben losgelaten; het weefselpatroon is op mysterieuze wijze tot in het linoleum doorgetrokken, zodat dat nu geribbeld is; o-ve-ral schuim, vastgeplakt en ingebed in de ontstane kanaaltjes.
U weet opeens weer waarom het tapijt er in de eerste plaats moest komen: want God wat is dat linoleum lelijk. Donkergrijs met een zachtblauw dat wordt weggejaagd als zomerlucht door een onweersbui. Duister, grauw, hard.
En vlekken. Overal vlekken. Nagellak, dat potje dat omviel toen je een jaar of min-tien was. Verf. Tipp-ex. Zwart, bruin, wit, rood van ondefinieerbare herkomst.
En voor u het weet zit u tot acht uur te schrapen en te schrobben.
Met een plamuurmes, voor het schuim.
Met aceton, voor de verf- en nagellakvlekken.
Met een houten borstel en vim. Stapje voor stapje, centimeter voor centimeter.
Met Saint Marc. Die u later in de wc wegspoelt; waarna u tijdens het plassen een soort Vicks-sensatie hebt die, na enig overwegen, heel beslist heel onprettig is maar nog uren voelbaar blijft.
En voor u het weet wordt u op zondagochtend om halfzes wakker.
U zet uw warme slaapvoeten op een onverwacht ijskoud stuk vloer, hoort uw rillen en klapperen van tanden tegen muur en vloer weerkaatsen en beseft dat u op deze vroege vrije ochtend uw bureau zult moeten uitruimen en verplaatsen. Alsook uw bed. Om de rest van de vloer te schuren en vegen en soppen.
Ik zeg het u.
Doe het niet.
Heus, uw huis is goed zo.
vrijdag 23 januari
15 | 13:00
Vrij
Af en toe - nou oké: vrij vaak - ben ik ietwat hoogmoedig en arrogant. Dan denk ik dat ik de wereld kan verbeteren. Dat ik tot grootse daden en denkbeelden in staat ben; dat ik, ik noem maar wat, een hele nieuwe politieke of religieuze of sociaal-maatschappelijke en pedagogische stroming kan ontwikkelen.
Puckisme.
(Op welk moment ik onmiddellijk het woord ‘puke’ claim en vervolgens schrap uit de engelse taal, aangezien ik anders bespot ben voor ik goed en wel ben begonnen.)
Het Puckisme moet als basis vrijheid hebben. Respect, elkaar vrijlaten. Waarbij in de religieuze tak het symbolisme een belangrijke plaats moet hebben. De bijbel vrij geïnterpreteerd: als een leidraad, waarbij de nadruk zou moeten liggen op de praktische toepassing van antieke wetten. Specificatie binnen een tijdperk en binnen een maatschappij. Analyse van gedragscodes, hun oorsprong en hun huidige relevantie.
Zou het bijvoorbeeld niet zo kunnen zijn dat het volk van Mozes een losgeslagen troepje was, die wel godsvrezend waren en 'in naam van de Heer' een stuk gehoorzamer werden? Dat iets als kosher eten in die tijd noodzakelijk was, vanuit gezondheidskundig oogpunt? En dat een godheid de enige manier was om discipline bij te brengen, respect en orde?
Op die manier zou een eventueel geloofsboek dan ook in de huidige samenleving moeten worden toegepast. Wat is het praktisch nut, in hoeverre kan geloof helpen om in harmonie met onszelf en elkaar om te gaan, daarbij de ander (en onszelf) respecterend.
Zoiets.
Maar vrijheid is zo relatief.
Vrijheid blijkt helemaal niet zo eenduidig te zijn als het in eerste instantie misschien lijkt.
Iemand die zijn levensbeschouwing baseert op vrijheid, is impliciet tegen een ieder die een aanslag doet op die vrijheid. Iedereen mag blijven, behalve de vrijheidberovers.
Waarmee de vrijheidsstrijder in wezen net zo denkt als de vrijheidsbestrijder. Het komt altijd neer op: die groep mag blijven, maar die andere groep moet weg. Het absolute vrijlaten bestaat niet, want dan zouden zij die willen overheersen en onderdrukken ook moeten worden vrijgelaten.
En dat terwijl onderdrukken zo veel vaker gebeurt dan men zou denken. Waarbij het 'grote' onderdrukken, dat binnen dictaturen, staatsvormen, haast nog de prettigste want meest herkenbare is.
Veel enger is het kleine, alledaagse van vrijheid benemen en benomen worden. Op het werk, in een relatie, in familiekring. In haat maar vooral onder het mom van liefde.
Tweemaal deze week zag ik op tv hetzelfde thema, op dezelfde manier uitgewerkt. In het ene geval ging het om fictie, in de dramaserie 'Family Law'; in het andere om realiteit, in het programma 'Zij gelooft, zij niet'.
In beide gevallen wilde een vrouw beschikken over (het einde van) haar leven en wilde haar dochter dat voorkomen.
In Family Law was de vrouw doodziek en in de laatste maanden van haar leven. Door met haar insuline te stoppen wilde ze op een waardige manier ze haar leven beeindigen; haar dochter eiste de medische voogdij over haar moeder op om haar zodoende zo lang mogelijk in leven te houden.
In 'Zij gelooft, zij niet' had de dochter het licht gezien. God, om specifiek te zijn. En ze was er nu van overtuigd dat de mens niet zomaar over eigen leven en sterven mocht beslissen; hoe erg het lijden ook zou zijn, het was van God gegeven en Hij zou ook de kracht geven het te doorstaan. En ook haar moeder mocht, nee: moest, de liefde en kracht van God voelen, en daarom zou zij als dochter alles doen om te voorkomen dat haar moeder door euthanasie zou overlijden. Alles: ze stelde een anti-euthanasieverklaring waarin ze stelde dat zij, mocht haar moeder geen medische beslissingen meer kunnen nemen, alle zorg en alle te maken keuzes op zich zou nemen.
Alles met een lach. Alles met liefde.
Ik ben weggezapt, zo eng vond ik het.
Veel beangstigender dan haat is de terreur van liefde. Blinde liefde, verblindende liefde. Liefde die niet wil zien wat de ander werkelijk wil, waar de ander zich prettig bij voelt. Liefde die zegt: ik hou van je, ik wil alleen het beste voor je, maar ik ben ervan overtuigd dat mijn opvattingen waar zijn, dus leef daarnaar, want anders kan ik niet geloven dat het goed met je zal gaan (en ik wil immers alleen het beste voor je want ik hou zoveel van je). Liefde die 'vergeeft'. 'Vergeeft' dat de ander 'verkeerd ziet'.
Liefde als vrijspraak voor onbegrip; onbegrip voor het feit dat die ander helemaal niet hetzelfde denkt en voelt en wil.
‘Maar ik zal voor je zorgen. Ik zal bij je zijn. Ik laat je niet alleen.’
Onbegrip voor het feit dat de ander juist dat niet wil: verzorgd worden. Gezelschap hebben. Ontnomen van autonomie.
Ik zeg niet dat ik voor euthanasie ben. Of tegen. Ik kan nu niet zeggen wat ik op een bepaald moment in mijn leven wel of niet wil.
Wat ik wel weet is dat ik vrijheid van zelf beslissen wil hebben. En dat de grootste, gemeenste vorm van manipulatie is: die eeuwige glimlach, en de alles verbiedende liefde.
Wat gij niet wil dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet.
‘Ik wil niet dat je zo denkt, zo spreekt, zo doet. Het beangstigt me, hou ermee op.’
Precies zo denkt die ander waarschijnlijk ook.
Laat elkaar.
Respecteer elkaar.
Gun elkaar die zo relatieve vrijheid van het dagelijks leven en functioneren.
Niets is erger dan je in je naaste omgeving belemmerd te voelen in denken en handelen.
Af en toe - nou oké: vrij vaak - ben ik ietwat hoogmoedig en arrogant. Dan denk ik dat ik de wereld kan verbeteren. Dat ik tot grootse daden en denkbeelden in staat ben; dat ik, ik noem maar wat, een hele nieuwe politieke of religieuze of sociaal-maatschappelijke en pedagogische stroming kan ontwikkelen.
Puckisme.
(Op welk moment ik onmiddellijk het woord ‘puke’ claim en vervolgens schrap uit de engelse taal, aangezien ik anders bespot ben voor ik goed en wel ben begonnen.)
Het Puckisme moet als basis vrijheid hebben. Respect, elkaar vrijlaten. Waarbij in de religieuze tak het symbolisme een belangrijke plaats moet hebben. De bijbel vrij geïnterpreteerd: als een leidraad, waarbij de nadruk zou moeten liggen op de praktische toepassing van antieke wetten. Specificatie binnen een tijdperk en binnen een maatschappij. Analyse van gedragscodes, hun oorsprong en hun huidige relevantie.
Zou het bijvoorbeeld niet zo kunnen zijn dat het volk van Mozes een losgeslagen troepje was, die wel godsvrezend waren en 'in naam van de Heer' een stuk gehoorzamer werden? Dat iets als kosher eten in die tijd noodzakelijk was, vanuit gezondheidskundig oogpunt? En dat een godheid de enige manier was om discipline bij te brengen, respect en orde?
Op die manier zou een eventueel geloofsboek dan ook in de huidige samenleving moeten worden toegepast. Wat is het praktisch nut, in hoeverre kan geloof helpen om in harmonie met onszelf en elkaar om te gaan, daarbij de ander (en onszelf) respecterend.
Zoiets.
Maar vrijheid is zo relatief.
Vrijheid blijkt helemaal niet zo eenduidig te zijn als het in eerste instantie misschien lijkt.
Iemand die zijn levensbeschouwing baseert op vrijheid, is impliciet tegen een ieder die een aanslag doet op die vrijheid. Iedereen mag blijven, behalve de vrijheidberovers.
Waarmee de vrijheidsstrijder in wezen net zo denkt als de vrijheidsbestrijder. Het komt altijd neer op: die groep mag blijven, maar die andere groep moet weg. Het absolute vrijlaten bestaat niet, want dan zouden zij die willen overheersen en onderdrukken ook moeten worden vrijgelaten.
En dat terwijl onderdrukken zo veel vaker gebeurt dan men zou denken. Waarbij het 'grote' onderdrukken, dat binnen dictaturen, staatsvormen, haast nog de prettigste want meest herkenbare is.
Veel enger is het kleine, alledaagse van vrijheid benemen en benomen worden. Op het werk, in een relatie, in familiekring. In haat maar vooral onder het mom van liefde.
Tweemaal deze week zag ik op tv hetzelfde thema, op dezelfde manier uitgewerkt. In het ene geval ging het om fictie, in de dramaserie 'Family Law'; in het andere om realiteit, in het programma 'Zij gelooft, zij niet'.
In beide gevallen wilde een vrouw beschikken over (het einde van) haar leven en wilde haar dochter dat voorkomen.
In Family Law was de vrouw doodziek en in de laatste maanden van haar leven. Door met haar insuline te stoppen wilde ze op een waardige manier ze haar leven beeindigen; haar dochter eiste de medische voogdij over haar moeder op om haar zodoende zo lang mogelijk in leven te houden.
In 'Zij gelooft, zij niet' had de dochter het licht gezien. God, om specifiek te zijn. En ze was er nu van overtuigd dat de mens niet zomaar over eigen leven en sterven mocht beslissen; hoe erg het lijden ook zou zijn, het was van God gegeven en Hij zou ook de kracht geven het te doorstaan. En ook haar moeder mocht, nee: moest, de liefde en kracht van God voelen, en daarom zou zij als dochter alles doen om te voorkomen dat haar moeder door euthanasie zou overlijden. Alles: ze stelde een anti-euthanasieverklaring waarin ze stelde dat zij, mocht haar moeder geen medische beslissingen meer kunnen nemen, alle zorg en alle te maken keuzes op zich zou nemen.
Alles met een lach. Alles met liefde.
Ik ben weggezapt, zo eng vond ik het.
Veel beangstigender dan haat is de terreur van liefde. Blinde liefde, verblindende liefde. Liefde die niet wil zien wat de ander werkelijk wil, waar de ander zich prettig bij voelt. Liefde die zegt: ik hou van je, ik wil alleen het beste voor je, maar ik ben ervan overtuigd dat mijn opvattingen waar zijn, dus leef daarnaar, want anders kan ik niet geloven dat het goed met je zal gaan (en ik wil immers alleen het beste voor je want ik hou zoveel van je). Liefde die 'vergeeft'. 'Vergeeft' dat de ander 'verkeerd ziet'.
Liefde als vrijspraak voor onbegrip; onbegrip voor het feit dat die ander helemaal niet hetzelfde denkt en voelt en wil.
‘Maar ik zal voor je zorgen. Ik zal bij je zijn. Ik laat je niet alleen.’
Onbegrip voor het feit dat de ander juist dat niet wil: verzorgd worden. Gezelschap hebben. Ontnomen van autonomie.
Ik zeg niet dat ik voor euthanasie ben. Of tegen. Ik kan nu niet zeggen wat ik op een bepaald moment in mijn leven wel of niet wil.
Wat ik wel weet is dat ik vrijheid van zelf beslissen wil hebben. En dat de grootste, gemeenste vorm van manipulatie is: die eeuwige glimlach, en de alles verbiedende liefde.
Wat gij niet wil dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet.
‘Ik wil niet dat je zo denkt, zo spreekt, zo doet. Het beangstigt me, hou ermee op.’
Precies zo denkt die ander waarschijnlijk ook.
Laat elkaar.
Respecteer elkaar.
Gun elkaar die zo relatieve vrijheid van het dagelijks leven en functioneren.
Niets is erger dan je in je naaste omgeving belemmerd te voelen in denken en handelen.
3 | 08:22
Uitje
4 flessen Spa rood
1 sixpack cola light
1 suikerbrood
1 kuipje Fries Roggebrood
en:
storing bij de PIN-automaat, tien minuten wachten
maar:
voor het eerst in weken in mijn eentje
Hartelijk dank.
En vanzelfsprekend (hoewel verwonderlijk), aan U in het bijzonder.
4 flessen Spa rood
1 sixpack cola light
1 suikerbrood
1 kuipje Fries Roggebrood
en:
storing bij de PIN-automaat, tien minuten wachten
maar:
voor het eerst in weken in mijn eentje
Hartelijk dank.
En vanzelfsprekend (hoewel verwonderlijk), aan U in het bijzonder.
4 | 06:36
Inputting
Woord van de dag.
Ik ben er nog niet helemaal over uit wat het betekent, of wat de spammer ermee bedoelde, maar het klinkt goed.
Woord van de dag.
Ik ben er nog niet helemaal over uit wat het betekent, of wat de spammer ermee bedoelde, maar het klinkt goed.
donderdag 22 januari
9 | 11:01
Voor behang, verf, lijmresten en al uw overbodige extremiteiten
Pas op, scherp mes!, waarschuwt de behangkrabber.
Tamelijk overbodig.
Het beschermkapje zit zo stevig dat je, bij het eindelijk losschieten, vanzelf wel die scherpte bemerkt. Aan het gat in de muis van je hand, om precies te zijn.
Pas op, scherp mes!, waarschuwt de behangkrabber.
Tamelijk overbodig.
Het beschermkapje zit zo stevig dat je, bij het eindelijk losschieten, vanzelf wel die scherpte bemerkt. Aan het gat in de muis van je hand, om precies te zijn.
4 | 08:47
Puur en ongezoet
De laatste droom die ik had ging over een eend en een muis.
De eend was sterk vermagerd.
Toen zei ik: “Wat jammer dat ik nou net de laatste kruimeltjes heb weggegooid”
Maar toen keek ik in het zakje en daar bleken toch nog wat kruimeltjes in te zitten. Die strooide ik op het gras.
Ik leidde eerst de muis ernaartoe, die was natuurlijk snel verzadigd; toen duwde ik de eend ook naar de kruimels zodat die kon eten.
Toen was de droom uit.
Weerzinwekkend, die onschuld van mijn vader.
De laatste droom die ik had ging over een eend en een muis.
De eend was sterk vermagerd.
Toen zei ik: “Wat jammer dat ik nou net de laatste kruimeltjes heb weggegooid”
Maar toen keek ik in het zakje en daar bleken toch nog wat kruimeltjes in te zitten. Die strooide ik op het gras.
Ik leidde eerst de muis ernaartoe, die was natuurlijk snel verzadigd; toen duwde ik de eend ook naar de kruimels zodat die kon eten.
Toen was de droom uit.
Weerzinwekkend, die onschuld van mijn vader.
5 | 06:44
Postnocturnale vermoeidheid - een conflictsituatie
Kunt u me alsublieft over exact een uur wakker maken?
Ik moet naar de fysio en mijn wekker is ziekjes.
Kunt u me alsublieft over exact een uur wakker maken?
Ik moet naar de fysio en mijn wekker is ziekjes.
woensdag 21 januari
4 | 16:07
Diep
Neef W. kwam helpen met het verfbranden.
We raakten in discussie over het al dan niet totaal afbranden van raamkozijnen.
"Weet je wat het is?", zei ik; "ik snap ook wel dat het het werk niet waard is en dat het in sommige gevallen zefs schadelijk kan zijn voor het hout... maar ik kan er niet tegen niet te weten wat er onder zit. Ik wil vanaf de basis opnieuw beginnen"
"Dat begrijp ik", zei W. "Maar dat is een conceptueel probleem."
Ik had geen idee wat hij precies bedoelde, maar Neef W. doet aan Kunst en dit klonk goed en diep.
Het suggereerde een worsteling. Een filosofische stroming, een verlangen naar geboorte waar slechts ziekte en verderf aanwezig is; een utopische gedachte in botsing met de realiteit; de idee in plaats van het idee.
Ik keek naar hem omhoog, de twee meter lengte en werelden van denken trachtend te overbruggen, en knikte zwijgend. Een dilemma. En wij, de denkers en dromers en scheppers, moesten proberen ons aan te passen aan wat niet veranderd kon, nee: wilde worden.
Toch wilde ik het even zeker weten vandaag. Of ik het wel echt goed had begrepen.
Van Dale sprak:
Eigenlijk had W. gezegd: niet zo emmeren, gewoon even handjes uit de mouwen.
Neef W. kwam helpen met het verfbranden.
We raakten in discussie over het al dan niet totaal afbranden van raamkozijnen.
"Weet je wat het is?", zei ik; "ik snap ook wel dat het het werk niet waard is en dat het in sommige gevallen zefs schadelijk kan zijn voor het hout... maar ik kan er niet tegen niet te weten wat er onder zit. Ik wil vanaf de basis opnieuw beginnen"
"Dat begrijp ik", zei W. "Maar dat is een conceptueel probleem."
Ik had geen idee wat hij precies bedoelde, maar Neef W. doet aan Kunst en dit klonk goed en diep.
Het suggereerde een worsteling. Een filosofische stroming, een verlangen naar geboorte waar slechts ziekte en verderf aanwezig is; een utopische gedachte in botsing met de realiteit; de idee in plaats van het idee.
Ik keek naar hem omhoog, de twee meter lengte en werelden van denken trachtend te overbruggen, en knikte zwijgend. Een dilemma. En wij, de denkers en dromers en scheppers, moesten proberen ons aan te passen aan wat niet veranderd kon, nee: wilde worden.
Toch wilde ik het even zeker weten vandaag. Of ik het wel echt goed had begrepen.
Van Dale sprak:
- con·cep·tu·eel (bn.)
- 1 abstract
Eigenlijk had W. gezegd: niet zo emmeren, gewoon even handjes uit de mouwen.
7 | 06:11
Voogje
Shhhh.... nou even stil.
Hè, stil nou.
Nou even niet zo brullen en schreeuwen en bewegen en doen.
Niet zo oreren en klagen en zaniken en hoog van de toren blazen.
Wees nou even stil.
En luister.
Daar. Hoor je wel?
Nee, dat komt omdat je niet stil bent.
Toe nou.
Ssssttt...
...
Mooi he...?
dinsdag 20 januari
9 | 17:30
Postuum
Eens mailde ik een vriend het volgende:
Al weken was ik bij de receptie gaan vragen: hoe gaat het met Meneer B? Woont hij hier nog wel? Of is hij ziek? Ik zie hem nooit meer beneden, in het winkeltje of bij de soos..
Nee hoor. Met Meneer B was alles best, die zagen ze regelmatig. “Hij zal gewoon geen zin hebben in de soos.” Werd mij koeltjes meegedeeld.
Vanochtend lag de nieuwe bewonerslijst in het winkeltje. Opgesteld 30 december 2003.
Geen Meneer B.
Waar was meneer B gebleven?
Naar de receptie maar weer.
Ik zie net dat Meneer B niet meer op de lijst staat; is hij verhuisd? Toch niet overleden...?
Jazeker! Al een tijd geleden hoor.
Oh? Maar was dat zo plotseling dan?
Nee hoor, hij lag eerst een tijd in het ziekenhuis al.
Weken geleden.
Maar 'hij had gewoon geen zin om naar de soos te gaan'. Eikels.
Behalve heel treurig ben ik ook heel kwaad. Ik mag dan niet sociaal zijn, maar dit was een begrafenis die ik had willen bijwonen.
Dag Meneer B.
Het ga u goed.
Eens mailde ik een vriend het volgende:
ik ben zondig, wist je dat? Ik ben hevig verliefd op één van de oudjes uit het bejaardentehuis. Hij heet M. B. en hij 83 en geweldig. AR weet dit niet. Gruwelijk zeg.en:
(...)
Ik heb net Senseocupjes voor hem gekocht bij C1000, omdat hij zelf niet zo goed loopt.
Ik ben wel verliefd maar niet sociaal, dus ik heb de cupjes voor zijn deur gezet, heb aangebeld en ben toen heel hard weggerend. Met de trap 5 verdiepingen naar benee, want de lift staat altijd vol rollatorende dementen die halverwege de rit zijn vergeten waar ze heen wouen en dan met hun wieltje stuk komen te zitten tussen de deuren.
Behalve het niet zo goed meer lopen is hij nog wel heel vief hoor, ik kies niet zo maar iemand uit natuurlijk.
Hij is lang en lenig en fier, hij hoort nog goed en ziet nog goed en is nonchalant knorrig. Als ik in de soos vraag of hij thee wil kijkt hij me aan of ik gek geworden ben en zegt: 'ja maar dat haal ik zelf wel hoor'.
Hij was tennisleraar, naar hij uitstraalt tot twee maand geleden, maar toen is hij geopereerd en nou werkt de boel niet meer zo goed.
Ja. Heel gruwelijk is dit.
Dhr B. heeft mij streng toegesproken trouwens, maandag. Gisteren.Al weken had ik de man niet meer gezien.
Waarom ik zomaar was weggelopen, vroeg hij zonder verdere inleiding. Ik denk dat ik purperrood ben geworden.
En daarna heeft hij me overdracht van de C1000-bon afgedwongen.
Hij blijft lief en geweldig.
Al weken was ik bij de receptie gaan vragen: hoe gaat het met Meneer B? Woont hij hier nog wel? Of is hij ziek? Ik zie hem nooit meer beneden, in het winkeltje of bij de soos..
Nee hoor. Met Meneer B was alles best, die zagen ze regelmatig. “Hij zal gewoon geen zin hebben in de soos.” Werd mij koeltjes meegedeeld.
Vanochtend lag de nieuwe bewonerslijst in het winkeltje. Opgesteld 30 december 2003.
Geen Meneer B.
Waar was meneer B gebleven?
Naar de receptie maar weer.
Ik zie net dat Meneer B niet meer op de lijst staat; is hij verhuisd? Toch niet overleden...?
Jazeker! Al een tijd geleden hoor.
Oh? Maar was dat zo plotseling dan?
Nee hoor, hij lag eerst een tijd in het ziekenhuis al.
Weken geleden.
Maar 'hij had gewoon geen zin om naar de soos te gaan'. Eikels.
Behalve heel treurig ben ik ook heel kwaad. Ik mag dan niet sociaal zijn, maar dit was een begrafenis die ik had willen bijwonen.
Dag Meneer B.
Het ga u goed.
maandag 19 januari
2 | 20:11
Sabotage
Het huis zal oorspronkelijk één geheel zijn geweest, maar het wordt nu verhuurd als twee woningen.
Mijn moeder heeft de onderste woning, en in haar gang zit een nis, die wordt gevormd door de trap erboven. Ongeveer zo (klik).
In de nis zit de electriciteitsmeter en de hoofdkraan van het gas.
De nis was in slechte staat. Hij is krapjes en vreemd gevormd, en vermoedelijk om die redenen nauwelijks onderhouden. De plinten waren smerig, het pleisterwerk gebarsten en vergeeld.
Nou zijn er stucadoors, vandaag en morgen.
Die stucadoors komen, in opdracht van de huisbaas, alle muren in het huis nalopen, op zoek naar scheuren en gaten, en maken alles gereed voor het toekomstige behangen.
In de keuken hebben ze vandaag al het oude pleisterwerk weggehaald en opnieuw aangebracht, en dat zag er wel èrg verleidelijk uit. Dat moest ook in de nis, maar hoe?
We hadden ze horen mompelen, de baas en zijn collega. De één zei: 'gaten dichtgooien, klaar'. De ander zei: 'alles eraf en opnieuw'. We waren pal vóór die laatste, dat begrijpt u. Maar die ander moest mee.
Vanavond besloten we hun besluit wat te vergemakkelijken. En dat kon maar op één manier: zelf slopen.
Dus zijn we naar het huis gegaan en hebben met plamuurmes en hamer driekwart van het oude pleisterwerk naar beneden gehaald. Mijn moeder wierp al haar beeldhouwervaring in de strijd, en we hadden een geweldig uurtje. Bij Klussen met Kijkers breken ze ook af, alleen moeten zij het daarna ook zelf weer heelmaken. Dat hoefden wij niet.
Het viel wel op. Het zal de stucadoors morgen ook opvallen.
Dus hingen we een briefje op, met gerichte vragen, om hen af te leiden van hun ontsteltenis.
"Geachte Heren; tijdens het verwijderen van behang ontdekten we een scheur in de nisboog, die tot aan het plafond bleek door te lopen. Kunt u dit herstellen?" - en zo nog wat.
Dat behang, dat was niet echt overtuigend. Dat zat er namelijk gewoon nog, aan de aanliggende muur.
Dus besloten we ons schrijven waar te maken. En brachten een volgend vrolijk uurtje door met het afsteken van glasweefsel, wat - maar dit terzijde - evil spul is. Als u enige consideratie heeft met een eventuele volgende bewoner behangt u daar nóóit uw muren mee.
Alles kwam onder het pluis te zitten. En onder de kalk. En verf.
En toen we klaar waren lag er een gifgroene muur bloot.
Ik kan u zeggen: de uitdrukking 'de muren komen op je af' wordt nooit zo waar als wanneer die muren gifgroen zijn.
Morgenochtend halfacht komen de stucadoors weer.
We vermoeden dat ze, tegen dat ze van de groene schrik zijn bekomen, niet meer zo ontstemd zullen zijn over onze afbraakacties.
Het huis zal oorspronkelijk één geheel zijn geweest, maar het wordt nu verhuurd als twee woningen.
Mijn moeder heeft de onderste woning, en in haar gang zit een nis, die wordt gevormd door de trap erboven. Ongeveer zo (klik).
In de nis zit de electriciteitsmeter en de hoofdkraan van het gas.
De nis was in slechte staat. Hij is krapjes en vreemd gevormd, en vermoedelijk om die redenen nauwelijks onderhouden. De plinten waren smerig, het pleisterwerk gebarsten en vergeeld.
Nou zijn er stucadoors, vandaag en morgen.
Die stucadoors komen, in opdracht van de huisbaas, alle muren in het huis nalopen, op zoek naar scheuren en gaten, en maken alles gereed voor het toekomstige behangen.
In de keuken hebben ze vandaag al het oude pleisterwerk weggehaald en opnieuw aangebracht, en dat zag er wel èrg verleidelijk uit. Dat moest ook in de nis, maar hoe?
We hadden ze horen mompelen, de baas en zijn collega. De één zei: 'gaten dichtgooien, klaar'. De ander zei: 'alles eraf en opnieuw'. We waren pal vóór die laatste, dat begrijpt u. Maar die ander moest mee.
Vanavond besloten we hun besluit wat te vergemakkelijken. En dat kon maar op één manier: zelf slopen.
Dus zijn we naar het huis gegaan en hebben met plamuurmes en hamer driekwart van het oude pleisterwerk naar beneden gehaald. Mijn moeder wierp al haar beeldhouwervaring in de strijd, en we hadden een geweldig uurtje. Bij Klussen met Kijkers breken ze ook af, alleen moeten zij het daarna ook zelf weer heelmaken. Dat hoefden wij niet.
Het viel wel op. Het zal de stucadoors morgen ook opvallen.
Dus hingen we een briefje op, met gerichte vragen, om hen af te leiden van hun ontsteltenis.
"Geachte Heren; tijdens het verwijderen van behang ontdekten we een scheur in de nisboog, die tot aan het plafond bleek door te lopen. Kunt u dit herstellen?" - en zo nog wat.
Dat behang, dat was niet echt overtuigend. Dat zat er namelijk gewoon nog, aan de aanliggende muur.
Dus besloten we ons schrijven waar te maken. En brachten een volgend vrolijk uurtje door met het afsteken van glasweefsel, wat - maar dit terzijde - evil spul is. Als u enige consideratie heeft met een eventuele volgende bewoner behangt u daar nóóit uw muren mee.
Alles kwam onder het pluis te zitten. En onder de kalk. En verf.
En toen we klaar waren lag er een gifgroene muur bloot.
Ik kan u zeggen: de uitdrukking 'de muren komen op je af' wordt nooit zo waar als wanneer die muren gifgroen zijn.
Morgenochtend halfacht komen de stucadoors weer.
We vermoeden dat ze, tegen dat ze van de groene schrik zijn bekomen, niet meer zo ontstemd zullen zijn over onze afbraakacties.
12 | 10:13
Stofjes
Ik schaam me diep.
Vanochtend heb ik toegegeven aan een impuls.
Ik heb, toen de psych even weg was en mij in zijn kamertje alleen liet, met een papieren handdoekje de - zeer afleidende - dikke laag stof van zijn Dell-monitor afgeveegd.
We mogen met recht zeggen dat zijn pilletjes hun belofte niet waarmaken, en in elk geval niet helpen tegen dwangmatig gedrag.
Ik schaam me diep.
Vanochtend heb ik toegegeven aan een impuls.
Ik heb, toen de psych even weg was en mij in zijn kamertje alleen liet, met een papieren handdoekje de - zeer afleidende - dikke laag stof van zijn Dell-monitor afgeveegd.
We mogen met recht zeggen dat zijn pilletjes hun belofte niet waarmaken, en in elk geval niet helpen tegen dwangmatig gedrag.
zondag 18 januari
7 | 18:50
Pyromaantje leef je nog
Verfbrandavontuurtjes
Grappig maar vermoedelijk niet helemaal goed:
- dat de verf ongelijk verdeeld is; dat daardoor af en toe vlak naast verfvlakken al stukken hout vrij zijn, waardoor het hout gaat gloeien en vonken
- als het metaal van de brander per ongeluk tegen je huid komt gebeurt er precies hetzelfde als met de verf: de huid gaat bubbelen. En je voelt er niks van.
helemaal niet goed en absoluut niet grappig:
- onzichtbare overgebleven flintertjes behang naast de plint vatten spontaan vlam en schieten weg. Vliegende vlammen, recht op je af.
- dat je al die tijd de brander wat verkeerd gericht had. Waardoor het verlengsnoer doorbrandt.
- krullen gesmolten verf glijden van de krabber. Vol in je handpalm.
Waarschijnlijk ook niet helemaal verstandig is het feit dat mijn werktrui van 100% acryl is. Het soort dat al in plastic verandert als je te dicht bij het fornuis staat.
Mijn moeder staat doodsangsten uit als ze me bezig ziet, maar gelukkig ben ik alleen waar het mezelf betreft wat onzorgvuldig.
Het huis verandert langzaam maar zeker in een prachtig gladgebrande en -geschuurde vlakte waarin het straks heerlijk verven en behangen wordt.
Verfbrandavontuurtjes
Grappig maar vermoedelijk niet helemaal goed:
- dat de verf ongelijk verdeeld is; dat daardoor af en toe vlak naast verfvlakken al stukken hout vrij zijn, waardoor het hout gaat gloeien en vonken
- als het metaal van de brander per ongeluk tegen je huid komt gebeurt er precies hetzelfde als met de verf: de huid gaat bubbelen. En je voelt er niks van.
helemaal niet goed en absoluut niet grappig:
- onzichtbare overgebleven flintertjes behang naast de plint vatten spontaan vlam en schieten weg. Vliegende vlammen, recht op je af.
- dat je al die tijd de brander wat verkeerd gericht had. Waardoor het verlengsnoer doorbrandt.
- krullen gesmolten verf glijden van de krabber. Vol in je handpalm.
Waarschijnlijk ook niet helemaal verstandig is het feit dat mijn werktrui van 100% acryl is. Het soort dat al in plastic verandert als je te dicht bij het fornuis staat.
Mijn moeder staat doodsangsten uit als ze me bezig ziet, maar gelukkig ben ik alleen waar het mezelf betreft wat onzorgvuldig.
Het huis verandert langzaam maar zeker in een prachtig gladgebrande en -geschuurde vlakte waarin het straks heerlijk verven en behangen wordt.
2 | 07:25
Klakkeloos
‘Aha’, dacht ik terwijl ik in mijn droom rondkeek; ’dus zó ziet George eruit..’
Wat, zo bedacht ik me naderhand, nonsens is. Ik heb George ontmoet, en 'zo' ziet hij er in de verste verte nog niet uit.
‘Aha’, dacht ik terwijl ik in mijn droom rondkeek; ’dus zó ziet George eruit..’
Wat, zo bedacht ik me naderhand, nonsens is. Ik heb George ontmoet, en 'zo' ziet hij er in de verste verte nog niet uit.
zaterdag 17 januari
5 | 19:20
Zelvferzekerd
Mijn moeder is een stuk stelliger over haar fouten dan ik:
PaPuck: Zeg, jij had "fort" met een f geschreven in plaats van met een v!
MaPuck: Nee, dat is met een v
PaP: Ja, maar jij had geschreven "wij zijn fort". Met een f!
MaP: Het voelde als een v.
Mijn moeder is een stuk stelliger over haar fouten dan ik:
PaPuck: Zeg, jij had "fort" met een f geschreven in plaats van met een v!
MaPuck: Nee, dat is met een v
PaP: Ja, maar jij had geschreven "wij zijn fort". Met een f!
MaP: Het voelde als een v.
3 | 15:30
Ongelegen
U zult het niet geloven, maar ik verheug me elk jaar op mijn belastingaangifte. Fijn alles op orde, meteen in de gelegenheid al mijn mapjes en formuliertjes en allerhande administratieve papierkes te ordenen en opruimen.
Alles op de computer, geen boekwerken vol bijlages en instructie: gewoon wat vaste zaken invullen. Niets moeilijks, wel elk jaar de uitdaging om kruip-door-sluip-door weggetjes te vinden.
Bij mijn eerste aangifte was ik niet helemaal zeker van mijn zaak en maakte ik een afspraak bij de belastingdienst om mijn bende ingevulde papieren te laten nakijken. Het eind van het liedje was dat vier hoge heren om me heen kwamen staan en met open mond toekeken hoe 'een echte Wajonger' (nee mevrouw, wij hebben hier eigenlijk nooit iemand met een Wajong-uitkering; de meesten hoeven ofwel geen aangifte te doen ofwel hebben een voogd die dat regelt) hen precies liet zien: kijk, dit kan ook nog, en hier heb ik recht op, en dit is op mij van toepassing.
Oh ja.. oh ja.. jeetje...
Belastingaangifte doen is leuk en vorig jaar was ik hevig teleurgesteld dat mijn jaaropgave later kwam dan de aangiftediskette.
Maar vorige week al was de jaaropgave er.
En nu net is zat bij de post de welbekende, langverwachte dikke blauwe envelop.
En eigenlijk heb ik er nu helemaal geen zin in...
U zult het niet geloven, maar ik verheug me elk jaar op mijn belastingaangifte. Fijn alles op orde, meteen in de gelegenheid al mijn mapjes en formuliertjes en allerhande administratieve papierkes te ordenen en opruimen.
Alles op de computer, geen boekwerken vol bijlages en instructie: gewoon wat vaste zaken invullen. Niets moeilijks, wel elk jaar de uitdaging om kruip-door-sluip-door weggetjes te vinden.
Bij mijn eerste aangifte was ik niet helemaal zeker van mijn zaak en maakte ik een afspraak bij de belastingdienst om mijn bende ingevulde papieren te laten nakijken. Het eind van het liedje was dat vier hoge heren om me heen kwamen staan en met open mond toekeken hoe 'een echte Wajonger' (nee mevrouw, wij hebben hier eigenlijk nooit iemand met een Wajong-uitkering; de meesten hoeven ofwel geen aangifte te doen ofwel hebben een voogd die dat regelt) hen precies liet zien: kijk, dit kan ook nog, en hier heb ik recht op, en dit is op mij van toepassing.
Oh ja.. oh ja.. jeetje...
Belastingaangifte doen is leuk en vorig jaar was ik hevig teleurgesteld dat mijn jaaropgave later kwam dan de aangiftediskette.
Maar vorige week al was de jaaropgave er.
En nu net is zat bij de post de welbekende, langverwachte dikke blauwe envelop.
En eigenlijk heb ik er nu helemaal geen zin in...
7 | 06:49
Prinses op de erwt polyether staafjes
Ik weet eigenlijk niet hoe het ging toen ik klein was. Misschien heb ik gewoon altijd hetzelfde kussen gehad, is het kussen in de loop der jaren langzaam ingezakt en platgestampt en ben ik meegegroeid. Meegedaald.
Feit is in elk geval dat ik een jaar of vijf geleden merkte dat ik absoluut niet op een gewoon kussen kon slapen. Te dik. Ik kreeg pijn in mijn nek, of ik schoof halverwege de nacht het hele ding opzij en werd wakker met nek- èn hoofdpijn (helemaal geen kussen is weer tè plat).
Maar het einde van mijn kussen naderde met rasse schreden - hij was vermoedelijk (mijn vader en zijn eeuwige 'die is nog van Thuis...' aangaande allerhande huishoudelijke artikelen kennende) een jaar of dertig oud, dus het mocht ook - en ik had geen vervanging.
Mijn ouders hadden twee gloednieuwe kussens over. Mijn moeder had ze gekocht, voor mijn vader, omdat ze zich zorgen maakte om zijn rug, maar vreemd genoeg waren zijn klachten acuut over toen het tot hem doordrong dat zijn eigen 'Die zijn nog van Thuis...'-kussens het veld moesten ruimen voor deze vieze heldere jonkjes.
Dus kreeg ik ze.
Grote dikke dingen, waarop al mijn bezoek jaloers is. En die ik nooit gebruik.
Ik zocht mijn toevlucht bij een stoelkussentje: 50x50cm, ongeveer 3cm plat. En geen pluizigheid te bekennen: feitelijk gewoon een verhoging op mijn matras. Perfect, precies wat ik moest hebben! Ik maakte er drie eigen kleine sloopjes voor.
En aldus sliep ik de afgelopen twee jaar op een minikussentje.
Niettemin.
Het zat me niet lekker; 'het hoorde niet', en wat niet hoort bevalt me niet. Ik moest iets normalers hebben, gewoon normaal doen, en niet dat kleine petieterige onvolwassene. Volwassenheid is all about conformeren, dus niet al dat gezeik: ik moest maar wennen. In mijn hoofd bereidde ik mezelf langzaam voor op de hel van groot en donzig en nekklachten.
Tot ik een maand of wat geleden toevallig door de Wehkampgids bladerde en mijn oog bleef haken op dittum.
Groot maar plat. Hypoallergeen en te wassen op zestig graden. Inclusief geborduurde beertjes en een label: "mijn eerste kussen" (naam...., adres...., woonplaats....). Een kinderkussen, merk Prinses.
Kinderhoofdjes op mijn weg naar volwassenheid: hoe ironisch.
Ik heb het besteld en er een paar weken naar gekeken. Tussendoor een keer geretourneerd en opnieuw besteld. Een mens moet geen overhaaste beslissingen nemen.
Vannacht heb ik er dan eindelijk voor het eerst op geslapen en ik moet zeggen: ik ben het totaal ontwend, zoveel kussen. Over de hele oppervlakte van mijn hoofdeind: kussen. Overal waar ik lig en draai: kussen. Overal zacht en pluis en vering. Een beetje vreemd. En eigenlijk helemaal niet lekker. Zelfs wat te dik naar mijn smaak.
Zou het nog wennen..?
Ik weet eigenlijk niet hoe het ging toen ik klein was. Misschien heb ik gewoon altijd hetzelfde kussen gehad, is het kussen in de loop der jaren langzaam ingezakt en platgestampt en ben ik meegegroeid. Meegedaald.
Feit is in elk geval dat ik een jaar of vijf geleden merkte dat ik absoluut niet op een gewoon kussen kon slapen. Te dik. Ik kreeg pijn in mijn nek, of ik schoof halverwege de nacht het hele ding opzij en werd wakker met nek- èn hoofdpijn (helemaal geen kussen is weer tè plat).
Maar het einde van mijn kussen naderde met rasse schreden - hij was vermoedelijk (mijn vader en zijn eeuwige 'die is nog van Thuis...' aangaande allerhande huishoudelijke artikelen kennende) een jaar of dertig oud, dus het mocht ook - en ik had geen vervanging.
Mijn ouders hadden twee gloednieuwe kussens over. Mijn moeder had ze gekocht, voor mijn vader, omdat ze zich zorgen maakte om zijn rug, maar vreemd genoeg waren zijn klachten acuut over toen het tot hem doordrong dat zijn eigen 'Die zijn nog van Thuis...'-kussens het veld moesten ruimen voor deze vieze heldere jonkjes.
Dus kreeg ik ze.
Grote dikke dingen, waarop al mijn bezoek jaloers is. En die ik nooit gebruik.
Ik zocht mijn toevlucht bij een stoelkussentje: 50x50cm, ongeveer 3cm plat. En geen pluizigheid te bekennen: feitelijk gewoon een verhoging op mijn matras. Perfect, precies wat ik moest hebben! Ik maakte er drie eigen kleine sloopjes voor.
En aldus sliep ik de afgelopen twee jaar op een minikussentje.
Niettemin.
Het zat me niet lekker; 'het hoorde niet', en wat niet hoort bevalt me niet. Ik moest iets normalers hebben, gewoon normaal doen, en niet dat kleine petieterige onvolwassene. Volwassenheid is all about conformeren, dus niet al dat gezeik: ik moest maar wennen. In mijn hoofd bereidde ik mezelf langzaam voor op de hel van groot en donzig en nekklachten.
Tot ik een maand of wat geleden toevallig door de Wehkampgids bladerde en mijn oog bleef haken op dittum.
Groot maar plat. Hypoallergeen en te wassen op zestig graden. Inclusief geborduurde beertjes en een label: "mijn eerste kussen" (naam...., adres...., woonplaats....). Een kinderkussen, merk Prinses.
Kinderhoofdjes op mijn weg naar volwassenheid: hoe ironisch.
Ik heb het besteld en er een paar weken naar gekeken. Tussendoor een keer geretourneerd en opnieuw besteld. Een mens moet geen overhaaste beslissingen nemen.
Vannacht heb ik er dan eindelijk voor het eerst op geslapen en ik moet zeggen: ik ben het totaal ontwend, zoveel kussen. Over de hele oppervlakte van mijn hoofdeind: kussen. Overal waar ik lig en draai: kussen. Overal zacht en pluis en vering. Een beetje vreemd. En eigenlijk helemaal niet lekker. Zelfs wat te dik naar mijn smaak.
Zou het nog wennen..?
vrijdag 16 januari
7 | 16:54
Beroepsethiek
Zeg, glazenwassers en schilders en schoorsteenvegers en dakbedekkers en andere mensen met ladders, die hebben toch wel een soort van zwijgplicht...?
Ik bedoel:
zojuist werd ik mij niet alleen bewust van het feit dat ik stond te koken in mijn ondergoed, in roze sokken op slippers, met mijn haar in een knot recht op mijn hoofd, terwijl ik op de maat van het roeren bil- en buikspieroefeningen deed, maar ik werd me vooral uitermate bewust van de aanwezigheid van verhuizers, die af en aan met hun hoogwerkertje naar het balkon naast het onze bewogen..
Zeg, glazenwassers en schilders en schoorsteenvegers en dakbedekkers en andere mensen met ladders, die hebben toch wel een soort van zwijgplicht...?
Ik bedoel:
zojuist werd ik mij niet alleen bewust van het feit dat ik stond te koken in mijn ondergoed, in roze sokken op slippers, met mijn haar in een knot recht op mijn hoofd, terwijl ik op de maat van het roeren bil- en buikspieroefeningen deed, maar ik werd me vooral uitermate bewust van de aanwezigheid van verhuizers, die af en aan met hun hoogwerkertje naar het balkon naast het onze bewogen..
6 | 09:33
Verhitte gemoederen
Behalve een entree, koffiehoek, kleedkamer met toilet en twee sportzaaltjes heeft onze sportschool ook ettelijke verwarmingselementen, een doucheruimte en een sauna. Veel water en veel hitte.
Bij de ingang rook het al alsof ergens in de relatie tussen die twee iets was misgegaan. Schroeierig, broeierig. Natte handdoeken op een hete CV. Vies, bijtend heet in de neusholten.
Het werd alleen maar erger en in de kleedkamer was de stank niet te harden. De toiletten roken alsof een gigantische waterketel stond droog te koken, met op de bodem een lijk.
Paniek alom. Ik stelde me vlammend teer voor. De sauna-installatie die bezig was door te branden. Gassen. Groot en gewelddadig en vooral ontraceerbaar maar dodelijk.
Toen ik op het punt kwam dat ik serieus in overweging nam dat De Terroristen tot ons land waren binnengedrongen en als eerste doelwit ons hadden verkozen, de Vrije Vrouwen die sporten, besloot ik dat het hoog tijd werd om op te stappen. Ik liep toch al krom van de spierpijn, ik moet vanochtend nog een hoop doen, het kwam ook eigenlijk wel beter uit te vluchten.
Terwijl ik bij de balie op mijn pasje stond te wachten hoorde ik dat de supermarkt recht boven de sportschool bezig was met onderhoud aan liften. Lassen enzo. Dat daar de stank vandaan kwam.
Niettemin: als u vandaag of morgen op het nieuws hoort dat een Haagse sportschool is ontploft, dan wist u het al. En dan ben ik zojuist aan de dood ontsnapt.
Behalve een entree, koffiehoek, kleedkamer met toilet en twee sportzaaltjes heeft onze sportschool ook ettelijke verwarmingselementen, een doucheruimte en een sauna. Veel water en veel hitte.
Bij de ingang rook het al alsof ergens in de relatie tussen die twee iets was misgegaan. Schroeierig, broeierig. Natte handdoeken op een hete CV. Vies, bijtend heet in de neusholten.
Het werd alleen maar erger en in de kleedkamer was de stank niet te harden. De toiletten roken alsof een gigantische waterketel stond droog te koken, met op de bodem een lijk.
Paniek alom. Ik stelde me vlammend teer voor. De sauna-installatie die bezig was door te branden. Gassen. Groot en gewelddadig en vooral ontraceerbaar maar dodelijk.
Toen ik op het punt kwam dat ik serieus in overweging nam dat De Terroristen tot ons land waren binnengedrongen en als eerste doelwit ons hadden verkozen, de Vrije Vrouwen die sporten, besloot ik dat het hoog tijd werd om op te stappen. Ik liep toch al krom van de spierpijn, ik moet vanochtend nog een hoop doen, het kwam ook eigenlijk wel beter uit te vluchten.
Terwijl ik bij de balie op mijn pasje stond te wachten hoorde ik dat de supermarkt recht boven de sportschool bezig was met onderhoud aan liften. Lassen enzo. Dat daar de stank vandaan kwam.
Niettemin: als u vandaag of morgen op het nieuws hoort dat een Haagse sportschool is ontploft, dan wist u het al. En dan ben ik zojuist aan de dood ontsnapt.
5 | 06:53
Beweging
Nederland in Beweging, dat was toch dat programma dat het meest weghad van bejaardengym? Met rustige pasjes, een stoeltje om op te steunen als het allemaal niet zo ging, zittend als het helemaal niet ging; normale mensen aan wie je je kon relateren zonder selfconscious te zijn over je eigen stramheid, ouderdom, gewicht, ochtendhumeur en gebrek aan hipheid.
Heerlijk ontspannend trok het 's ochtends aan je voorbij. Beetje staren naar stonede visjes in een aquarium.
Ik weet niet waar de mensen zijn en wat er met het concept is gebeurd, maar ineens is het een en al blijheid, trendiness en swingen. Iedereen gehuld in dagelijks een andere Pixie-outfit, slanke lenige mensen, die ene 65+-er die nog een marathon kan lopen, en een reeks pasjes en combinaties die ik met mijn 3x-per-week sportschool niet kan bijhouden.
Nederland in Beweging, dat was toch dat programma dat het meest weghad van bejaardengym? Met rustige pasjes, een stoeltje om op te steunen als het allemaal niet zo ging, zittend als het helemaal niet ging; normale mensen aan wie je je kon relateren zonder selfconscious te zijn over je eigen stramheid, ouderdom, gewicht, ochtendhumeur en gebrek aan hipheid.
Heerlijk ontspannend trok het 's ochtends aan je voorbij. Beetje staren naar stonede visjes in een aquarium.
Ik weet niet waar de mensen zijn en wat er met het concept is gebeurd, maar ineens is het een en al blijheid, trendiness en swingen. Iedereen gehuld in dagelijks een andere Pixie-outfit, slanke lenige mensen, die ene 65+-er die nog een marathon kan lopen, en een reeks pasjes en combinaties die ik met mijn 3x-per-week sportschool niet kan bijhouden.
3 | 06:10
Andere wereld
In het staartje van de nacht liep ik door een supermarkt/warenhuis.
Ik botste op tegen een oud-collega van mijn vader; ik tutoyeerde haar en deed erg familiair, wat zo ontstellend is dat ik me zelfs in de droom al afvroeg of ik daarmee wel helemaal goed zat, en zij, toch een gerenommeerd kunsthistorica, liet me copieen zien uit een prentenboek, over elfenkinderen en andere mysterieuze verschijnselen in de bossen. Allemaal erg new age en balden met Ssssppiritualiteit (die van het dweilerige soort).
Een droom die zo helemaal nergens op sloeg, zo totaal geen raakvlakken met of zelfs maar fragmenten van de realiteit en het dagelijks leven bevatte, dat ik hoofdschuddend van verbazing wakker werd.
In het staartje van de nacht liep ik door een supermarkt/warenhuis.
Ik botste op tegen een oud-collega van mijn vader; ik tutoyeerde haar en deed erg familiair, wat zo ontstellend is dat ik me zelfs in de droom al afvroeg of ik daarmee wel helemaal goed zat, en zij, toch een gerenommeerd kunsthistorica, liet me copieen zien uit een prentenboek, over elfenkinderen en andere mysterieuze verschijnselen in de bossen. Allemaal erg new age en balden met Ssssppiritualiteit (die van het dweilerige soort).
Een droom die zo helemaal nergens op sloeg, zo totaal geen raakvlakken met of zelfs maar fragmenten van de realiteit en het dagelijks leven bevatte, dat ik hoofdschuddend van verbazing wakker werd.
donderdag 15 januari
4 | 11:20
Impulsief
Terwijl ik tandpasta op mijn tandenborstel doe, valt mijn oog op de wasbak.
Vies.
Dat kan eigenlijk niet meer zo. Daar moet iets aan gedaan worden en wel nú.
Zo gezegd, zo gedaan.
En, als ik dan toch een sponsje in de hand heb, dan ook maar meteen het dressoir. De TV. Oh, en de vloer van de WC moest ook nog gedaan.
Alles met nog altijd de tandenborstel loos in de mond hangend..
Terwijl ik tandpasta op mijn tandenborstel doe, valt mijn oog op de wasbak.
Vies.
Dat kan eigenlijk niet meer zo. Daar moet iets aan gedaan worden en wel nú.
Zo gezegd, zo gedaan.
En, als ik dan toch een sponsje in de hand heb, dan ook maar meteen het dressoir. De TV. Oh, en de vloer van de WC moest ook nog gedaan.
Alles met nog altijd de tandenborstel loos in de mond hangend..
11 | 06:17
Taak
Mijnnatte hond roggebrood is op!
Mijn roggebrood heeft nog maar één sneetje en ik heb vandaag beslist geen tijd om naar wat voor winkel dan ook te gaan!
Waarom heeft niemand me dat gezegd?!
Dinsdag ofzo. Desnoods gisterochtend heel vroeg.
Nee hoor.
Niks.
Niemand.
Bah.
Maar:
we spreken af.
Morgen wordt er nieuw roggebrood gekocht. Vermoedelijk. Ergens, als ik dan wèl tijd heb (wat ik ook al niet heb - waarom heeft niemand me gewoon dinsdag gewaarschuwd?!).
Zaterdag wordt het eerste sneetje van het nieuwe pak gegeten - dat betekent dus dat het laatste sneetje op maandag de 26ste aan de beurt is.
Dus: weest u nou zo vriendelijk om me op vrijdag de 23ste even te waarschuwen. Kleine moeite voor u, groot plezier voor mij.
Ja?
Mooi.
Dank u wel.
Mijn
Mijn roggebrood heeft nog maar één sneetje en ik heb vandaag beslist geen tijd om naar wat voor winkel dan ook te gaan!
Waarom heeft niemand me dat gezegd?!
Dinsdag ofzo. Desnoods gisterochtend heel vroeg.
Nee hoor.
Niks.
Niemand.
Bah.
Maar:
we spreken af.
Morgen wordt er nieuw roggebrood gekocht. Vermoedelijk. Ergens, als ik dan wèl tijd heb (wat ik ook al niet heb - waarom heeft niemand me gewoon dinsdag gewaarschuwd?!).
Zaterdag wordt het eerste sneetje van het nieuwe pak gegeten - dat betekent dus dat het laatste sneetje op maandag de 26ste aan de beurt is.
Dus: weest u nou zo vriendelijk om me op vrijdag de 23ste even te waarschuwen. Kleine moeite voor u, groot plezier voor mij.
Ja?
Mooi.
Dank u wel.
woensdag 14 januari
1 | 20:52
Viezerd (x2)
Redelijk genante momenten van deez' dag:
- vorige week donderdag streepte Bas-de-Fysio één van mijn wervels aan met een eenvoudige Bic-pen. Zes dagen en evenzovele douchebeurten later mompelt hij verbaasd boven mijn rug: 'hé, dat streepje zit er nog steeds!'
- terloops en bijna retorisch (hoe kon immers het antwoord bevestigend zijn, als ik alles - van peterselie tot pepermunt - had gedaan om dat te voorkomen..?) vroeg ik mijn moeder of ik naar knoflook rook. 'Nou.. ik wou het niet zeggen.. maar eigenlijk is het een schande dat je bent gaan sporten..'. En ik daar maar lucht happen en veelvuldig blazen. Vijf kwartier lang.
Redelijk genante momenten van deez' dag:
- vorige week donderdag streepte Bas-de-Fysio één van mijn wervels aan met een eenvoudige Bic-pen. Zes dagen en evenzovele douchebeurten later mompelt hij verbaasd boven mijn rug: 'hé, dat streepje zit er nog steeds!'
- terloops en bijna retorisch (hoe kon immers het antwoord bevestigend zijn, als ik alles - van peterselie tot pepermunt - had gedaan om dat te voorkomen..?) vroeg ik mijn moeder of ik naar knoflook rook. 'Nou.. ik wou het niet zeggen.. maar eigenlijk is het een schande dat je bent gaan sporten..'. En ik daar maar lucht happen en veelvuldig blazen. Vijf kwartier lang.
3 | 16:10
Liever lui dan..
Door de stromende regen ploeterden we op onze fietsjes naar de markt.
Veel stromender nog, haast zelf vloeibaar geworden, liep de roodgejaste achter zijn roodbetaste kruiwagentje.
‘PTT-ers zijn de dapperste mensen die er zijn’
‘Ja. En niemand die ooit hun waardering toont. Zullen wij hem even gaan bedanken, voor zijn heldhaftige werk?’
‘Nee. Daar is het te nat voor.’
Door de stromende regen ploeterden we op onze fietsjes naar de markt.
Veel stromender nog, haast zelf vloeibaar geworden, liep de roodgejaste achter zijn roodbetaste kruiwagentje.
‘PTT-ers zijn de dapperste mensen die er zijn’
‘Ja. En niemand die ooit hun waardering toont. Zullen wij hem even gaan bedanken, voor zijn heldhaftige werk?’
‘Nee. Daar is het te nat voor.’
3 | 10:43
Terug naar de werkvloer
Daar stond hij: De Manager. Inspirator, zo u wilt.
Klein van stuk, zakenlunchbuikje; strak in het pak, zijden das, designbril. De luttele haren zorgvuldig over zijn schedel gedrapeerd. Gladgeschoren, klein sneetje bij de bovenlip (niets menselijks is ons vreemd); geurend naar eau de toilette en aftershave. Geslaagd en voldaan, zijn portret bij de ingang waargemaakt en immer uitdragend.
Daar stond hij.
Zielstevreden stickertjes plakkend op de afgeprijsde artikelen.
Daar stond hij: De Manager. Inspirator, zo u wilt.
Klein van stuk, zakenlunchbuikje; strak in het pak, zijden das, designbril. De luttele haren zorgvuldig over zijn schedel gedrapeerd. Gladgeschoren, klein sneetje bij de bovenlip (niets menselijks is ons vreemd); geurend naar eau de toilette en aftershave. Geslaagd en voldaan, zijn portret bij de ingang waargemaakt en immer uitdragend.
Daar stond hij.
Zielstevreden stickertjes plakkend op de afgeprijsde artikelen.
3 | 09:49
Puck goes wild
Aangeschaft, voor de schone prijs van €1,48 : één felturquoise onderbroek.
(niet dat ik iets bewijzen wil..)
Aangeschaft, voor de schone prijs van €1,48 : één felturquoise onderbroek.
(niet dat ik iets bewijzen wil..)
dinsdag 13 januari
7 | 13:56
Ballon
Iederen praat maar en doet maar en ik begrijp er helemaal niets meer van.
Ontroostbaar, onstelpbaar en onbedwingbaar janken lijkt de logische reactie, maar helpt niets. Het lijkt de afstand tussen mij en de wereld alleen maar groter te maken, en meer vacuüm te zuigen.
Iederen praat maar en doet maar en ik begrijp er helemaal niets meer van.
Ontroostbaar, onstelpbaar en onbedwingbaar janken lijkt de logische reactie, maar helpt niets. Het lijkt de afstand tussen mij en de wereld alleen maar groter te maken, en meer vacuüm te zuigen.
4 | 05:55
Taal der liefde
‘gah ge goh gah ge..?’, gaapte ik;
‘ja lieverd, ik hou nog van je’, antwoordde ze;
‘En zeg nooit meer dat ik niet naar je luister.’
‘gah ge goh gah ge..?’, gaapte ik;
‘ja lieverd, ik hou nog van je’, antwoordde ze;
‘En zeg nooit meer dat ik niet naar je luister.’
maandag 12 januari
12 | 18:17
Susserij
Dit is 'm.
Het Makita HG5002 heteluchtpistool.
Mijn mams heeft hem gehuurd, om de verf van haar raamkozijnen af te branden, en toen schoot ze in de stress.
500° kan hij worden!!
Daar beginnen we niet aan, dat is té eng, die gaat meteen weer terug.
Natuurlijk ga ik dan, om haar paniek wat te sussen, heel stoer en cool doen. Welnee, dat doen we even, dat doe ik wel, kom op zeg, niet zo bang, iedereen kan dat, dat deden wij in de eerste al bij techniek. Eitje!
Maar - niet verder vertellen - onder die dappere taal zit een klein hartje, dat af en toe al terugschrikt van de Vlammen van het gasfornuis.
Vertelt u mij eens eerlijk: kan inderdaad iedereen dat..? Met behoud van gezondheid èn vingertjes èn houtwerk?
Dit is 'm.
Het Makita HG5002 heteluchtpistool.
Mijn mams heeft hem gehuurd, om de verf van haar raamkozijnen af te branden, en toen schoot ze in de stress.
500° kan hij worden!!
Daar beginnen we niet aan, dat is té eng, die gaat meteen weer terug.
Natuurlijk ga ik dan, om haar paniek wat te sussen, heel stoer en cool doen. Welnee, dat doen we even, dat doe ik wel, kom op zeg, niet zo bang, iedereen kan dat, dat deden wij in de eerste al bij techniek. Eitje!
Maar - niet verder vertellen - onder die dappere taal zit een klein hartje, dat af en toe al terugschrikt van de Vlammen van het gasfornuis.
Vertelt u mij eens eerlijk: kan inderdaad iedereen dat..? Met behoud van gezondheid èn vingertjes èn houtwerk?
2 | 10:06
Promotie
Het heet ineens mijn bureau.
Niet gek, voor een eens-per-week-vrijwilliger!
Hoi Puck,Wow.
heb de liturgie op je bureau gelegd (...)
Het heet ineens mijn bureau.
Niet gek, voor een eens-per-week-vrijwilliger!
9 | 05:39
Surreëel
Vannacht woonde ik in Amsterdam.
Ik had een zesling en twee 'losse' kinderen, en ik was zwanger van mijn tweede zesling. Heel mooi zwanger, met een klein rond stevig buikje. Mijn artsen waren die van Strong Medicine.
Mijn appel smaakt naar verf, het roggebrood ruikt naar natte hond.
En in vier vingers bonzen nog steeds zeven splinters.
Vanochtend is een beetje vreemd.
Vannacht woonde ik in Amsterdam.
Ik had een zesling en twee 'losse' kinderen, en ik was zwanger van mijn tweede zesling. Heel mooi zwanger, met een klein rond stevig buikje. Mijn artsen waren die van Strong Medicine.
Mijn appel smaakt naar verf, het roggebrood ruikt naar natte hond.
En in vier vingers bonzen nog steeds zeven splinters.
Vanochtend is een beetje vreemd.
zondag 11 januari
6 | 06:03
Puck en de Pijnigende Pincet
In tegenstelling wat het stukske hieronder mag doen vermoeden, ben ik in het gewone, gematigde leven van alledag niet bijzonder gesteld op pijn. In het geheel niet, eigenlijk. En heb ik het bepaald niet op het maar klakkeloos openen van wat gesloten is.
Hetgeen ik natuurlijk had moeten bedenken vóór ik gisteren aan de slag ging in mijn moeders wannabe-tuin.
Zeker vóór ik die drie gedoornde struiken uitspitte.
Zodat ik nu met zeven splinters zit, verdeeld over vier vingertoppen.
En die moeten er ook weer uit..
In tegenstelling wat het stukske hieronder mag doen vermoeden, ben ik in het gewone, gematigde leven van alledag niet bijzonder gesteld op pijn. In het geheel niet, eigenlijk. En heb ik het bepaald niet op het maar klakkeloos openen van wat gesloten is.
Hetgeen ik natuurlijk had moeten bedenken vóór ik gisteren aan de slag ging in mijn moeders wannabe-tuin.
Zeker vóór ik die drie gedoornde struiken uitspitte.
Zodat ik nu met zeven splinters zit, verdeeld over vier vingertoppen.
En die moeten er ook weer uit..
vrijdag 09 januari
33 | 19:44
Littekens
Er was een tijd dat ik deed aan wat men wel 'krassen’ noemt.
Sommigen houden niet zo van eufemismen en spreken liever onverbloemd over automutilatie. Zelfbeschadiging.
In tijden van opperste drift, wanhoop, machteloosheid, op momenten dat ik niet meer wist wat ik met mijn tegenstrijdigheid van gevoelens aanmoest en me in het nauw gedreven voelde, richtte ik het op mezelf. Ik maakte mezelf kapot, deed mezelf pijn. Heel direct, heel letterlijk. Ik kraste in mijn arm met de punt van een oud hobbymesje. Of iets anders; alles wat maar een beetje scherp was. De rand van een frisdrankdopje, een paperclip.
Ik sloeg met mijn vuisten tegen deurposten, met mijn armen, trapte tegen de muur, wreef heel hard met de achterkant van mijn hand over de stenen buitenmuur. Of ik brandde mezelf.
Zelfbeschadiging is een vreemd iets.
Het is verslavend; hoe vreemd dat ook in de oren van een gezond persoon mag klinken.
Waar de initiële reden ligt in gevoelens waarmee men op een andere manier niet kan (of denkt te kunnen) omgaan, wordt de zelfbeschadiging haar eigen reden. Ze voedt zichzelf.
Ze is verslavend om chemische redenen: bij elke pijnsensatie maken de hersenen endorfine aan, wat tegelijk opwekkend en ontspannend werkt.
Het geeft een kick.
Het kan een gevoel van leven geven; wakker schudden.
En dan is er nog het dubieuze aspect 'aandacht'.
Aandacht is zelden of nooit een aanleiding tot zelfbeschadiging. Denken dat iemand zichzelf beschadigt louter en alleen om aandacht te krijgen is kortzichtig. Op zijn minst kan men zich afvragen wat er met iemand aan de hand is dat hij of zij om aandacht te krijgen bereid is zover te gaan om zichzelf kapot te maken.
Aandacht werkte bij mij wel instandhoudend en vooral zeer verwarrend.
Ik geloof niet dat ik besta.
Ik geloof niet dat mensen om me geven.
Ik geloof niet dat ik ook maar enigszins leuk ben.
Het dringt pas door wanneer men kwaad wordt. Als mijn moeder, na mijn eindeloze gezeur over uiterlijkheden, uitschreeuwt: 'en nou moet je godverdomme ophouden! Hoe je het dúrft om zó te klagen als je er zó verdomde mooi uitziet..!!'.
En het feit dat men om mij geeft dringt door als men zich zorgen maakt.
Als iemand zich zorgen om me maakt betekent dat dat ie genoeg om me geeft om te willen dat het goed gaat, en om zich werkelijk bezig te houden met mijn welzijn. Als iemand dan ook nog kwaad wordt, betekent dat dat ik genoeg voorstel om al die energie waard te zijn. Dat mensen bovendien meemaken dat het slecht gaat: dat ze me niet ver voordien de rug hebben toegekeerd omdat ik niet meer leuk en zorgeloos was. Als men zich zorgen maakt om mij, kwaad wordt vanuit zorg, betekent dat dat ik voorbij het gedoogbeleid ben waarvan ik me altijd voorstel dat het op mij wordt toegepast.
Bezorgdheid is de ultieme liefdesverklaring, de enige liefdesverklaring in elk geval die tot me doordringt - en dat is gevaarlijk. Want als die liefde voor mij belangrijker wordt dan mijn eigen lichaam, kan ik dat lichaam best opofferen 'voor de goede zaak'. Als ik kapot ga, zal ik weten wie zich zorgen maakt. En wie van me houdt.
Maar ik zei niets.
Want niemand mocht het weten.
Mijn eigen gedrag, mijn zelfbeschadiging, was (en is, met terugwerkende kracht) het meest beschamende, minderwaardige en walgelijke dat er is. En ik zou daarover nooit zomaar praten, zeker niet een los voorval direct melden.
Dat was het verwarrende, het frustrerende: de enorme behoefte dat iemand van mijn woede wist, mijn onmacht, mijn verdriet. Maar het niet kunnen zeggen, het niet eens willen zeggen. Bij elk gesprek in die richting een gevoel van nagel-over-schoolbord in de keel. Alles vertrokken en gespannen. Hou op, ga weg. De schaamte, de zelfhaat om de daad; die zelfhaat die juist de daad uitlokte.
Zodra ik toegaf aan de drang van beschadigen zat ik in de gevarenzone: het gevaar van niet meer kunnen stoppen. Cycli van dagen achtereen. De drempel steeds lager. De verwarring die maar toenam; de angst voor de buitenwereld steeds groter.
Stoppen omdat er geen plek meer was, niet omdat de drang er niet meer was.
Maar langzaam is het afgezwakt. Met name door mijn vriendin.
Ik wilde niet dat zij het zou zien. Niemand mocht het zien, maar bij een partner is het nou eenmaal moeilijker te verbergen.
En dus kraste ik niet meer. Of eenmalig. De deceptie: de eindelijk herstelde huid weer kapot. De walging om het gedane, die handeling; het van bovenaf op jezelf toezien en jezelf verafschuwen.
Maar vooral: het me niet kunnen veroorloven.
Eén keer krassen betekende een maand geen korte mouwen, en twee maanden geen vriendin zien.
December 2002 was het laatste incident. De laatste tomeloze, nauwelijks te stoppen cyclus was vèr daarvoor.
De littekens gaan waarschijnlijk nooit meer weg, maar er zullen er geen nieuwe meer bijkomen.
Want ik heb een vriendin.
En ik sport, wat moeilijk gaat in een wintertrui.
En ik heb dure T-shirtjes en een vrekkige aard, die zegt dat ik die dingen moet dragen.
En ik moet verbouwen, en afgebladderde verf en houtstof in open wonden zal bepaald niet bevorderlijk voor de gezondheid zijn.
Natuurlijk ben ik blij dat ik het niet meer doe. Natuurlijk ben ik trots.
Maar tegelijk knaagt het.
Want wat is er nou wezenlijk opgelost, als niet de innerlijke drang weg is, maar slechts de praktische mogelijkheid..?
Er was een tijd dat ik deed aan wat men wel 'krassen’ noemt.
Sommigen houden niet zo van eufemismen en spreken liever onverbloemd over automutilatie. Zelfbeschadiging.
In tijden van opperste drift, wanhoop, machteloosheid, op momenten dat ik niet meer wist wat ik met mijn tegenstrijdigheid van gevoelens aanmoest en me in het nauw gedreven voelde, richtte ik het op mezelf. Ik maakte mezelf kapot, deed mezelf pijn. Heel direct, heel letterlijk. Ik kraste in mijn arm met de punt van een oud hobbymesje. Of iets anders; alles wat maar een beetje scherp was. De rand van een frisdrankdopje, een paperclip.
Ik sloeg met mijn vuisten tegen deurposten, met mijn armen, trapte tegen de muur, wreef heel hard met de achterkant van mijn hand over de stenen buitenmuur. Of ik brandde mezelf.
Zelfbeschadiging is een vreemd iets.
Het is verslavend; hoe vreemd dat ook in de oren van een gezond persoon mag klinken.
Waar de initiële reden ligt in gevoelens waarmee men op een andere manier niet kan (of denkt te kunnen) omgaan, wordt de zelfbeschadiging haar eigen reden. Ze voedt zichzelf.
Ze is verslavend om chemische redenen: bij elke pijnsensatie maken de hersenen endorfine aan, wat tegelijk opwekkend en ontspannend werkt.
Het geeft een kick.
Het kan een gevoel van leven geven; wakker schudden.
En dan is er nog het dubieuze aspect 'aandacht'.
Aandacht is zelden of nooit een aanleiding tot zelfbeschadiging. Denken dat iemand zichzelf beschadigt louter en alleen om aandacht te krijgen is kortzichtig. Op zijn minst kan men zich afvragen wat er met iemand aan de hand is dat hij of zij om aandacht te krijgen bereid is zover te gaan om zichzelf kapot te maken.
Aandacht werkte bij mij wel instandhoudend en vooral zeer verwarrend.
Ik geloof niet dat ik besta.
Ik geloof niet dat mensen om me geven.
Ik geloof niet dat ik ook maar enigszins leuk ben.
Het dringt pas door wanneer men kwaad wordt. Als mijn moeder, na mijn eindeloze gezeur over uiterlijkheden, uitschreeuwt: 'en nou moet je godverdomme ophouden! Hoe je het dúrft om zó te klagen als je er zó verdomde mooi uitziet..!!'.
En het feit dat men om mij geeft dringt door als men zich zorgen maakt.
Als iemand zich zorgen om me maakt betekent dat dat ie genoeg om me geeft om te willen dat het goed gaat, en om zich werkelijk bezig te houden met mijn welzijn. Als iemand dan ook nog kwaad wordt, betekent dat dat ik genoeg voorstel om al die energie waard te zijn. Dat mensen bovendien meemaken dat het slecht gaat: dat ze me niet ver voordien de rug hebben toegekeerd omdat ik niet meer leuk en zorgeloos was. Als men zich zorgen maakt om mij, kwaad wordt vanuit zorg, betekent dat dat ik voorbij het gedoogbeleid ben waarvan ik me altijd voorstel dat het op mij wordt toegepast.
Bezorgdheid is de ultieme liefdesverklaring, de enige liefdesverklaring in elk geval die tot me doordringt - en dat is gevaarlijk. Want als die liefde voor mij belangrijker wordt dan mijn eigen lichaam, kan ik dat lichaam best opofferen 'voor de goede zaak'. Als ik kapot ga, zal ik weten wie zich zorgen maakt. En wie van me houdt.
Maar ik zei niets.
Want niemand mocht het weten.
Mijn eigen gedrag, mijn zelfbeschadiging, was (en is, met terugwerkende kracht) het meest beschamende, minderwaardige en walgelijke dat er is. En ik zou daarover nooit zomaar praten, zeker niet een los voorval direct melden.
Dat was het verwarrende, het frustrerende: de enorme behoefte dat iemand van mijn woede wist, mijn onmacht, mijn verdriet. Maar het niet kunnen zeggen, het niet eens willen zeggen. Bij elk gesprek in die richting een gevoel van nagel-over-schoolbord in de keel. Alles vertrokken en gespannen. Hou op, ga weg. De schaamte, de zelfhaat om de daad; die zelfhaat die juist de daad uitlokte.
Zodra ik toegaf aan de drang van beschadigen zat ik in de gevarenzone: het gevaar van niet meer kunnen stoppen. Cycli van dagen achtereen. De drempel steeds lager. De verwarring die maar toenam; de angst voor de buitenwereld steeds groter.
Stoppen omdat er geen plek meer was, niet omdat de drang er niet meer was.
Maar langzaam is het afgezwakt. Met name door mijn vriendin.
Ik wilde niet dat zij het zou zien. Niemand mocht het zien, maar bij een partner is het nou eenmaal moeilijker te verbergen.
En dus kraste ik niet meer. Of eenmalig. De deceptie: de eindelijk herstelde huid weer kapot. De walging om het gedane, die handeling; het van bovenaf op jezelf toezien en jezelf verafschuwen.
Maar vooral: het me niet kunnen veroorloven.
Eén keer krassen betekende een maand geen korte mouwen, en twee maanden geen vriendin zien.
December 2002 was het laatste incident. De laatste tomeloze, nauwelijks te stoppen cyclus was vèr daarvoor.
De littekens gaan waarschijnlijk nooit meer weg, maar er zullen er geen nieuwe meer bijkomen.
Want ik heb een vriendin.
En ik sport, wat moeilijk gaat in een wintertrui.
En ik heb dure T-shirtjes en een vrekkige aard, die zegt dat ik die dingen moet dragen.
En ik moet verbouwen, en afgebladderde verf en houtstof in open wonden zal bepaald niet bevorderlijk voor de gezondheid zijn.
Natuurlijk ben ik blij dat ik het niet meer doe. Natuurlijk ben ik trots.
Maar tegelijk knaagt het.
Want wat is er nou wezenlijk opgelost, als niet de innerlijke drang weg is, maar slechts de praktische mogelijkheid..?
10 | 06:56
Onder bewust
Nou heb ik, zo zei ik mijn Lief; sokken in alle kleuren van de regenboog. Nauwelijks basic blauw, zwart of grijs. Waar juist sokken moeten matchen met de rest van de kleding; sokken moeten dienen en ondersteunen, niet zelf de aandacht vragen. Maar mijn ondergoed: dàt is allemaal wit of zwart. En een serie lichtblauw, maar daar heb ik spijt van. Terwijl niemand dat ziet; dat helemaal van mij is en ik bij de keuze helemaal 'los' zou kunnen gaan. Wat is dat toch voor rare tegenstelling?
Heel simpel, antwoordde Lief; Je wilt naar de buitenwereld toe je behoefte aan kleur uitdragen middels die sokken. Maar voor jezelf doe je wat je het liefst wilt, namelijk dat basic.
Nou moet men een Lief nooit gelijk geven. Da's vragen om moeilijkheden.
Dat zal ik ook zeker niet doen nu, maar ik vraag me ergens wel af: zou er inderdaad een soort onbewuste psychologie, een mechanisme, zitten, achter de keuze van zaken als ondergoed en sokken..?
Nou heb ik, zo zei ik mijn Lief; sokken in alle kleuren van de regenboog. Nauwelijks basic blauw, zwart of grijs. Waar juist sokken moeten matchen met de rest van de kleding; sokken moeten dienen en ondersteunen, niet zelf de aandacht vragen. Maar mijn ondergoed: dàt is allemaal wit of zwart. En een serie lichtblauw, maar daar heb ik spijt van. Terwijl niemand dat ziet; dat helemaal van mij is en ik bij de keuze helemaal 'los' zou kunnen gaan. Wat is dat toch voor rare tegenstelling?
Heel simpel, antwoordde Lief; Je wilt naar de buitenwereld toe je behoefte aan kleur uitdragen middels die sokken. Maar voor jezelf doe je wat je het liefst wilt, namelijk dat basic.
Nou moet men een Lief nooit gelijk geven. Da's vragen om moeilijkheden.
Dat zal ik ook zeker niet doen nu, maar ik vraag me ergens wel af: zou er inderdaad een soort onbewuste psychologie, een mechanisme, zitten, achter de keuze van zaken als ondergoed en sokken..?
donderdag 08 januari
17 | 11:50
Maliënkolder en andere trivialiteiten
En dan is er nog de kwestie inlognaam.
Voor zowel xs4all als demon geldt: ip-nummer = inlognaam.provider.nl en mail = inlognaam@provider.nl
Zou ik als inlognaam gewoon, net als bij mijn huidige kabeltje, mijn voornaam nemen, of voorletter.achternaam, dan hoef ik maar één keer als Puck te reageren of ik ben mijn zo gekoesterde anonimiteit kwijt. En zou ik een Puck-inlog nemen, dan heb ik geen privémail meer.
Dus moet er iets heel nieuws komen, een nietszeggende algemeen bruikbare naam of betiteling.
En bij gebrek aan inspiratie of teveel aan besluiteloosheid was daar gisteravond gelukkig de cijfermethode.
De cijfermethode is dè manier om geheel ontdaan van verantwoordelijkheid keuzes af te dwingen. De cijfermethode vraagt, in geval van overdaad aan keuzemogelijkheden, om één willekeurig gekozen cijfer per sectie. Met vertrouwen in kabbala en 'er bestaat geen toeval' is een volkomen bizarre uitkomst dan altijd te rechtvaardigen.
Voorbeeld is het probleem 'de vakantie gaat beginnen ik moet boeken maar ik weet niets'.
Men lope naar de bibliotheek, vrage aan moeder of vader of voorbijganger twee getallen en telle af. In het geval 67 en 18: het 18e boek van de 67e plank. In het geval 37 - 4 - 9: het 9e boek van de 4e plank van de 37e kast.
In dit geval trok ik het woordenboek en vroeg mijn lief om getallen voor bladzij (1 - 515), kolom (1 of 2) en woord (trefwoord, geen verklaring; ca 25/kolom).
Volgende resultaten deel ik graag met u:
197, 2.. en 8
- muskaatboom! Muskaatboom-punt-xs4all.nl. Ik vind het wel stoer!
Ja, zoals jij het uitspreekt wel..
396, 2, 16
- stapelgek. stapelgek-punt-demon.nl
het is wel alomvattend...
Voorts waren daar kwik, vooraf en zwijgend.
Nou ben ik niet helemaal eerlijk.
Al mijn vertrouwen in mijn eigen methoden leggend, had ik natuurlijk bij muskaatboom moeten stoppen.
In plaats daarvan wijs ik af en probeer opnieuw.
En ben nog immer niet tevreden.
Het woord is dus nu aan u.
Wat vindt u dat mijn nieuwe inlognaam moet worden...?
En dan is er nog de kwestie inlognaam.
Voor zowel xs4all als demon geldt: ip-nummer = inlognaam.provider.nl en mail = inlognaam@provider.nl
Zou ik als inlognaam gewoon, net als bij mijn huidige kabeltje, mijn voornaam nemen, of voorletter.achternaam, dan hoef ik maar één keer als Puck te reageren of ik ben mijn zo gekoesterde anonimiteit kwijt. En zou ik een Puck-inlog nemen, dan heb ik geen privémail meer.
Dus moet er iets heel nieuws komen, een nietszeggende algemeen bruikbare naam of betiteling.
En bij gebrek aan inspiratie of teveel aan besluiteloosheid was daar gisteravond gelukkig de cijfermethode.
De cijfermethode is dè manier om geheel ontdaan van verantwoordelijkheid keuzes af te dwingen. De cijfermethode vraagt, in geval van overdaad aan keuzemogelijkheden, om één willekeurig gekozen cijfer per sectie. Met vertrouwen in kabbala en 'er bestaat geen toeval' is een volkomen bizarre uitkomst dan altijd te rechtvaardigen.
Voorbeeld is het probleem 'de vakantie gaat beginnen ik moet boeken maar ik weet niets'.
Men lope naar de bibliotheek, vrage aan moeder of vader of voorbijganger twee getallen en telle af. In het geval 67 en 18: het 18e boek van de 67e plank. In het geval 37 - 4 - 9: het 9e boek van de 4e plank van de 37e kast.
In dit geval trok ik het woordenboek en vroeg mijn lief om getallen voor bladzij (1 - 515), kolom (1 of 2) en woord (trefwoord, geen verklaring; ca 25/kolom).
Volgende resultaten deel ik graag met u:
197, 2.. en 8
- muskaatboom! Muskaatboom-punt-xs4all.nl. Ik vind het wel stoer!
Ja, zoals jij het uitspreekt wel..
396, 2, 16
- stapelgek. stapelgek-punt-demon.nl
het is wel alomvattend...
Voorts waren daar kwik, vooraf en zwijgend.
Nou ben ik niet helemaal eerlijk.
Al mijn vertrouwen in mijn eigen methoden leggend, had ik natuurlijk bij muskaatboom moeten stoppen.
In plaats daarvan wijs ik af en probeer opnieuw.
En ben nog immer niet tevreden.
Het woord is dus nu aan u.
Wat vindt u dat mijn nieuwe inlognaam moet worden...?
10 | 10:03
ADSL vs ADSL
Wij vergelijken:
Nog meer zaken die belangrijk zijn..?
En wat is in praktijk het verschil tussen bbned en kpn?
Wij vergelijken:
xs4all | demon |
Lite : €36,95 - 1024/320; datalimiet 5Gb Basic: €51,15 - 2048/320 | 1: €19,95 - 512/256 2: €39,00 - 1024/512 3: €55,00 - 2048/1024 |
KPN | bbned |
5 popboxen; 50 mail-aliassen | 1 popbox; onbep. mail-aliassen zie ook |
50 MB website; www.xs4all.nl/~naam | 20 MB website; www.naam.demon.nl |
gesplitste rekening kpn/xs4all | één rekening bbned |
Nog meer zaken die belangrijk zijn..?
En wat is in praktijk het verschil tussen bbned en kpn?
2 | 05:43
En dan waren er nog die Manolo Blahnik's...
Toen ik bij de bushalte aankwam lagen daar violen.
Een stapel vioolkisten, met daarin violen die allen in zeer slechte staat verkeerden. Ik pakte mijn eigen viool uit en vergeleek hem. Stukken mooier natuurlijk.
Nog voor ik mijn viool weer kon inpakken kwam de bus eraan. Ik greep de hele zooi (kist, hoes, doeken, viool-met-steun) onder mijn arm en stapte in.
Net toen de bus wegreed zag ik achter de bus mijn goede vriendin Jenna Elfman (aka Dharma Finkelstein) aanrennen, met in haar hand [onbestemd iets wat heel belangrijk was maar wat ik nu ben vergeten]. Ik riep door de bus naar de chauffeur dat hij moest stoppen, want zij moet ook nog...!! - de buschauffeur werd heel kwaad, maar Jenna wist toch nog in te stappen. We kregen een lachstuip, en al giechelend en hikkend zagen we bijna onze halte voorbij gaan en we rolden ongeveer de bus uit. Te laat beseften we dat mijn viool nog in de bus lag... en de bus was alweer vertrokken.
Even later, ergens anders, zanderig en bij een houten schutting, lagen muntstukken. Heel veel muntstukken. Euro's. Een soort opzichter vertelde me een heel verhaal over de herkomst van die munten; hoe ze daar kwamen, van wie ze waren geweest. Toeristen die.. tsja, wàt..?. Hij kende het allemaal al, maar ik mocht best pakken hoor.
Score, totaal:
Bijna vergeten: 1 Jenna Elfman incl 1 Zeer Belangrijk Iets
Gevonden: oude violen; geld
Vergeten: eigen viool
Nou weet ik dat dromen over geld iets symbolisch is. Dromen dat je iets vindt ook. Dromen dat je iets vergeet of verliest ook.
Maar wat ik nou met deze combinatie moet...?
Toen ik bij de bushalte aankwam lagen daar violen.
Een stapel vioolkisten, met daarin violen die allen in zeer slechte staat verkeerden. Ik pakte mijn eigen viool uit en vergeleek hem. Stukken mooier natuurlijk.
Nog voor ik mijn viool weer kon inpakken kwam de bus eraan. Ik greep de hele zooi (kist, hoes, doeken, viool-met-steun) onder mijn arm en stapte in.
Net toen de bus wegreed zag ik achter de bus mijn goede vriendin Jenna Elfman (aka Dharma Finkelstein) aanrennen, met in haar hand [onbestemd iets wat heel belangrijk was maar wat ik nu ben vergeten]. Ik riep door de bus naar de chauffeur dat hij moest stoppen, want zij moet ook nog...!! - de buschauffeur werd heel kwaad, maar Jenna wist toch nog in te stappen. We kregen een lachstuip, en al giechelend en hikkend zagen we bijna onze halte voorbij gaan en we rolden ongeveer de bus uit. Te laat beseften we dat mijn viool nog in de bus lag... en de bus was alweer vertrokken.
Even later, ergens anders, zanderig en bij een houten schutting, lagen muntstukken. Heel veel muntstukken. Euro's. Een soort opzichter vertelde me een heel verhaal over de herkomst van die munten; hoe ze daar kwamen, van wie ze waren geweest. Toeristen die.. tsja, wàt..?. Hij kende het allemaal al, maar ik mocht best pakken hoor.
Score, totaal:
Bijna vergeten: 1 Jenna Elfman incl 1 Zeer Belangrijk Iets
Gevonden: oude violen; geld
Vergeten: eigen viool
Nou weet ik dat dromen over geld iets symbolisch is. Dromen dat je iets vindt ook. Dromen dat je iets vergeet of verliest ook.
Maar wat ik nou met deze combinatie moet...?
woensdag 07 januari
8 | 13:54
Leeg
Eindelijk heb ik het dan geleerd, gevoeld, ingezien. Dat mensen niet inwisselbaar zijn, dat het niet altijd zo is dat een houding van 'nieuwe eraf, weggooien, rug toekeren en opnieuw beginnen' mogelijk is. Dat sommige mensen uniek en onvervangbaar zijn, en bij vertrek een gigantisch gat achterlaten in hart en ziel.
Wrang is het, dat zo'n grote verrijking aan inzicht moet samengaan met zo'n groot verlies.
Eindelijk heb ik het dan geleerd, gevoeld, ingezien. Dat mensen niet inwisselbaar zijn, dat het niet altijd zo is dat een houding van 'nieuwe eraf, weggooien, rug toekeren en opnieuw beginnen' mogelijk is. Dat sommige mensen uniek en onvervangbaar zijn, en bij vertrek een gigantisch gat achterlaten in hart en ziel.
Wrang is het, dat zo'n grote verrijking aan inzicht moet samengaan met zo'n groot verlies.
5 | 05:55
Waarvan akte
Hierbij verklaar ik, Puck, dat ik reeds gedurende 8 dagen overtijdse kruidcake eet bij mijn ontbijt.
Dit is een verzetsdaad tegen mijn hypochondrie en latente smetvrees.
Voorspellingen op basis van secuur meetonderzoek zeggen dat de cake nog drie dagen zal meegaan.
Mocht ik in of vlak na die dagen dood in mijn kamer gevonden worden, dan weet u hoe het komt.
Hierbij verklaar ik, Puck, dat ik reeds gedurende 8 dagen overtijdse kruidcake eet bij mijn ontbijt.
Dit is een verzetsdaad tegen mijn hypochondrie en latente smetvrees.
Voorspellingen op basis van secuur meetonderzoek zeggen dat de cake nog drie dagen zal meegaan.
Mocht ik in of vlak na die dagen dood in mijn kamer gevonden worden, dan weet u hoe het komt.
dinsdag 06 januari
3 | 19:30
Kritisch
Goedenavond, u spreekt met Puck, ik heb een aantal vragen over hosting.
Biedt u uw klanten ook de mogelijkheid van statistieken?
Is het mogelijk om de configuratie van deze statistieken zelf aan te passen, of kan dat op aanvraag worden gedaan, zodat bijvoorbeeld van bezoekers of zoektermen niet alleen de top-20 maar de hele lijst wordt getoond?
Welke versie PHP biedt u?
Ik werk met een Content Management System waarvoor PHP niet in safemode mag staan; staat safemode bij u uit of kan die worden uitgezet?
Kan ik zelf permissies veranderen?
Is het mogelijk dat ik verlenging van mijn domeinen zelf in de hand houd en dat u zuiver en alleen de hosting verzorgt?
Is het mogelijk om voor een bepaald domein alleen mailhosting te krijgen?
Wow.
Ik verbaas mezelf.
Goedenavond, u spreekt met Puck, ik heb een aantal vragen over hosting.
Biedt u uw klanten ook de mogelijkheid van statistieken?
Is het mogelijk om de configuratie van deze statistieken zelf aan te passen, of kan dat op aanvraag worden gedaan, zodat bijvoorbeeld van bezoekers of zoektermen niet alleen de top-20 maar de hele lijst wordt getoond?
Welke versie PHP biedt u?
Ik werk met een Content Management System waarvoor PHP niet in safemode mag staan; staat safemode bij u uit of kan die worden uitgezet?
Kan ik zelf permissies veranderen?
Is het mogelijk dat ik verlenging van mijn domeinen zelf in de hand houd en dat u zuiver en alleen de hosting verzorgt?
Is het mogelijk om voor een bepaald domein alleen mailhosting te krijgen?
Wow.
Ik verbaas mezelf.
21 | 06:39
Gastheer (m/v)
Terwijl u nog fijn verder mag reageren op mijn ADSL-vraag (graag zelfs!) gaan we gaan door met enqueteren.
Vandaag een vraag specifiek voor de sitebeheerders onder u.
Wie is uw hostingprovider, wat biedt die u, voor welke prijs en bent u tevreden?
Terwijl u nog fijn verder mag reageren op mijn ADSL-vraag (graag zelfs!) gaan we gaan door met enqueteren.
Vandaag een vraag specifiek voor de sitebeheerders onder u.
Wie is uw hostingprovider, wat biedt die u, voor welke prijs en bent u tevreden?
maandag 05 januari
32 | 09:03
ADSL vs kabel
Poll, soort van:
We hebben nu kabelinternet, Wanadoo Cable Premium, om precies te zijn.
Houden of overstappen?
ADSL of gewoon blijven kabelen?
Waarom en zo ja: waarom niet?
Wie wat welke wat-voor-een en hoe?
Wat doe ik met mijn router?
Toe. Deel uw wijsheid.
Poll, soort van:
We hebben nu kabelinternet, Wanadoo Cable Premium, om precies te zijn.
Houden of overstappen?
ADSL of gewoon blijven kabelen?
Waarom en zo ja: waarom niet?
Wie wat welke wat-voor-een en hoe?
Wat doe ik met mijn router?
Toe. Deel uw wijsheid.
zondag 04 januari
6 | 18:05
Toverbal
Het leek zo mooi. Dat oorspronkelijke behang. Maar toch, het zat wat los, aan de hoekjes. En dus moesten we misschien toch overwegen om in elk geval de voorkamer opnieuw te behangen.
Dus we trokken aan zo'n los hoekje.
Ging dat even makkelijk.
Grote plakken lieten los, waren zonder moeite te verwijderen.
En gaven enige gruwelen prijs.
Spinnewebben, natuurlijk.
Afbladderende kalk.
Gaten in de muren.
Een grote scheur zelfs: van de vensterbank tot de vloer (en over hoe diep hij de muur in loopt willen we niet eens nadenken).
Viezigheid. Heel veel viezigheid. Grijzige 'witte' verf over een behang eronder; zwarte vegen, schimmelachtige vlekken.
Maar dat behang eronder. Dat deed het hem.
Niet het behang direct onder het eerste, maar de derde laag.
In kleurtjes:
Eén van de vele voorgaande bewoners had een alcoholprobleem, schijnt.
Daar moeten we deze uitspatting dan maar op gooien..
Het leek zo mooi. Dat oorspronkelijke behang. Maar toch, het zat wat los, aan de hoekjes. En dus moesten we misschien toch overwegen om in elk geval de voorkamer opnieuw te behangen.
Dus we trokken aan zo'n los hoekje.
Ging dat even makkelijk.
Grote plakken lieten los, waren zonder moeite te verwijderen.
En gaven enige gruwelen prijs.
Spinnewebben, natuurlijk.
Afbladderende kalk.
Gaten in de muren.
Een grote scheur zelfs: van de vensterbank tot de vloer (en over hoe diep hij de muur in loopt willen we niet eens nadenken).
Viezigheid. Heel veel viezigheid. Grijzige 'witte' verf over een behang eronder; zwarte vegen, schimmelachtige vlekken.
Maar dat behang eronder. Dat deed het hem.
Niet het behang direct onder het eerste, maar de derde laag.
In kleurtjes:
de muren aan de korte kant | een zijmuur | en nog één |
Eén van de vele voorgaande bewoners had een alcoholprobleem, schijnt.
Daar moeten we deze uitspatting dan maar op gooien..
9 | 06:34
Zinvol geweld
Oh ja, dat was ik nog vergeten te vertellen.
Wanneer men in een wat destructieve bui is doet men er goed aan een te verbouwen huis op te zoeken.
Gisteren gedaan:
En nu ben ik natuurlijk weer een en al pais en vreê, verpakt in een zwartwollen trui met kimonomouwen, een blauw eendje en de indringende woorden:
Oh ja, dat was ik nog vergeten te vertellen.
Wanneer men in een wat destructieve bui is doet men er goed aan een te verbouwen huis op te zoeken.
Gisteren gedaan:
- 1 deur (voor en achter) geschuurd;
- 4 ruiten (binnen en buiten) gesopt, inclusief houtwerk;
- 1 deur (voor en achter) gesopt en geschuursponsd
En nu ben ik natuurlijk weer een en al pais en vreê, verpakt in een zwartwollen trui met kimonomouwen, een blauw eendje en de indringende woorden:
QUACK
QUACK
6 | 06:23
Terug
Tip, gratis en voor nop: kijk niet vlak voor het slapen naar programma's als Silent Witness of Crime Scene Investigations (of, al zappende, naar beide). Het zou er voor kunnen zorgen dat u tot de ochtend droomt van dingen als...
of nee. Dat wilt u helemaal niet weten. Daarover wilt u zelfs niet nadenken.
Snel snel, ander onderwerp.
Vertelt u mij eens: denkt u dat het mogelijk is om mijn creditcardcredit (vreemd woord) van mijn Visa-rekening teruggestort te krijgen op mijn bankrekening, en zo ja: hoe?
Tip, gratis en voor nop: kijk niet vlak voor het slapen naar programma's als Silent Witness of Crime Scene Investigations (of, al zappende, naar beide). Het zou er voor kunnen zorgen dat u tot de ochtend droomt van dingen als...
of nee. Dat wilt u helemaal niet weten. Daarover wilt u zelfs niet nadenken.
Snel snel, ander onderwerp.
Vertelt u mij eens: denkt u dat het mogelijk is om mijn creditcardcredit (vreemd woord) van mijn Visa-rekening teruggestort te krijgen op mijn bankrekening, en zo ja: hoe?
zaterdag 03 januari
9 | 10:46
Onweer
Zo.
Dan lijkt het me nu een goed moment om het hele huis aan puin te slaan.
Te beginnen met de bewoners.
Zo.
Dan lijkt het me nu een goed moment om het hele huis aan puin te slaan.
Te beginnen met de bewoners.
vrijdag 02 januari
6 | 16:47
Ik heb..
Heden ben ik opgestaan om kwart over vijf in den ochtend.
Ik heb gesport, ik heb na de officiële les twintig minuten extra gefietst en gestept; ik heb drie wassen gedraaid en opgehangen; ik heb drie volle koffers van de hoge plank in de bergkamer afgehaald, uitgezocht, opnieuw ingedeeld en teruggezet; ik heb een oude stereoinstallatie met twee boxjes achterop de fiets naar het nieuwe huis van 'ons mam' gebracht; aldaar heb ik twee keukenkastjes ontdaan van dikke lagen aangekoekt vet en muizenkeutels; ik heb leren omgaan met een schuurmachine en ik ben in een inmiddels snijdende kou weer terug naar huis gefietst.
Ik vind dat ik genoeg heb gedaan.
(Natuurlijk was geen van bovenbeschreven activiteiten onderdeel van mijn Goede Voornemens)
Heden ben ik opgestaan om kwart over vijf in den ochtend.
Ik heb gesport, ik heb na de officiële les twintig minuten extra gefietst en gestept; ik heb drie wassen gedraaid en opgehangen; ik heb drie volle koffers van de hoge plank in de bergkamer afgehaald, uitgezocht, opnieuw ingedeeld en teruggezet; ik heb een oude stereoinstallatie met twee boxjes achterop de fiets naar het nieuwe huis van 'ons mam' gebracht; aldaar heb ik twee keukenkastjes ontdaan van dikke lagen aangekoekt vet en muizenkeutels; ik heb leren omgaan met een schuurmachine en ik ben in een inmiddels snijdende kou weer terug naar huis gefietst.
Ik vind dat ik genoeg heb gedaan.
(Natuurlijk was geen van bovenbeschreven activiteiten onderdeel van mijn Goede Voornemens)
donderdag 01 januari
20 | 05:53
Nieuw
En net toen ik een nieuwe auto kreeg, die ik inreed in de ondergrondse garage van de vorige eigenaar, een maffiabaas die brullend van het huilen het lichaam van zijn dode vrouw, Natalie Woods, meenam in een kartonnen doos van de bloemenveiling, net tòen ging de wekker. Die mij wakkermaakte uit de eerste oudjaarsnacht in mijn leven waar ik grandioos doorheen ben geslapen.
Gelukkig Nieuwjaar!
En net toen ik een nieuwe auto kreeg, die ik inreed in de ondergrondse garage van de vorige eigenaar, een maffiabaas die brullend van het huilen het lichaam van zijn dode vrouw, Natalie Woods, meenam in een kartonnen doos van de bloemenveiling, net tòen ging de wekker. Die mij wakkermaakte uit de eerste oudjaarsnacht in mijn leven waar ik grandioos doorheen ben geslapen.
Gelukkig Nieuwjaar!